Gelijknamige breuken optellen en aftrekken, C1E, L59

Wat gaan we deze les doen?

Breuken vereenvoudigen herhalen + huiswerk bespreken
Gelijknamige breuken optellen en aftrekken
Uitleg
Samen oefenen
Zelfstandig werken
Nabespreken

1 / 36

Slide 1: Tekstslide

WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Lesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?

Breuken vereenvoudigen herhalen + huiswerk bespreken
Gelijknamige breuken optellen en aftrekken
Uitleg
Samen oefenen
Zelfstandig werken
Nabespreken

Slide 1 - Tekstslide

Na de les weet je:
- Hoe je een breuk vereenvoudigt
- Wat een gelijknamige breuk is
- Hoe je een gelijknamige breuk optelt en aftrekt

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis activeren

Slide 3 - Tekstslide

Is dit de teller of de noemer?

\frac{​ 6 ​ ​}{​ 8 ​}

teller

noemer

Slide 4 - Quizvraag

Als je een breuk vereenvoudigt:

Voorbeeld

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 9 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​}

wordt

deel je de teller door een getal

deel je de noemer door een getal

deel je de teller en de noemer allebei door hetzelfde getal

deel je de teller en de noemer door een ander getal

Slide 5 - Quizvraag

Bereken (en vereenvoudig!)

\frac{​ 9 ​ ​}{​ 2 7 ​}

\frac{​ 9 ​ ​}{​ 2 7 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​}

\frac{​ 4 , 5 ​ ​}{​ 1 3 , 5 ​}

kan niet

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Rekenen met hele breuken

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 5 ​} = 1

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 3 ​} = 1

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 8 ​} = 1

Slide 8 - Tekstslide

hele uit de breuk halen

Slide 9 - Tekstslide

helen uit de breuk halen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Nu gaan we je huiswerk nakijken

blz. 55+56 lees de theorie

blz.55 opg.1

blz.57 maken

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Blz. 58 opg.6

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Even oefenen, daarna zelf aan de slag!

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 1 2 ​} - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 1 2 ​} =

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 9 ​} + \frac{​ 2 ​ ​}{​ 9 ​} =

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 1 5 ​} - \frac{​ 2 ​ ​}{​ 1 5 ​} =

Slide 22 - Tekstslide

Zelf doen

blz.59 Test opgave

blz.59 opg.10

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Ik kan gelijknamige breuken optellen en aftrekken

🤯NEEE

🤔nee

😐Misschien

🙂ja

😁JAAA

Slide 26 - Poll

Huiswerk

blz.58 theorie

blz.59 afmaken

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Wat blijft hetzelfde als je een breuk optelt of aftrekt?

De teller

De noemer

Slide 30 - Quizvraag

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} =

Slide 31 - Woordweb

Huiswerk donderdag 20 mei

Paragraaf 9.1

Opgave 9, 10, 11

Via de digitale methode!

Magister > leermiddelen > wiskunde > planning > 9.1 a gelijknamige breuken optellen en aftrekken

Meenemen: laptop & schrift

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Wat is hetzelfde bij een gelijknamige breuk?
De noemer of de teller?