H1 DROMEN oefenen

Toetsweek 3
Handvaardigheid
maandag 29 maart

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
HandvaardigheidMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Toetsweek 3
Handvaardigheid
maandag 29 maart

Slide 1 - Tekstslide

OEFENEN
Leerstof: 
H1 Dromen (uit het boek Kunstactief)
Basisbegrippen klas 3
Alles te vinden op de ELO/studiewijzers/Ha 3 mavo

Slide 2 - Tekstslide

Aspecten van de VOORSTELLING
Beschrijven wat er te zien is:                            

  • Wat is het? (2D / 3D)
  • Is het werk figuratief of abstract ?
  • Wat is de voorstelling, wat is er letterlijk te zien?
  • Wat is het onderwerp / thema?
                                                                       

Slide 3 - Tekstslide

De Voorstelling:
  • Wat is het? (2D / 3D)
  • Is het werk figuratief of abstract ?
  • Wat is de voorstelling, wat is er letterlijk te zien?
  • Wat is het onderwerp / thema?


Dit kunstwerk is een foto van een eskimo bij een iglo.

Slide 4 - Tekstslide

De voorstelling is:
A
Abstract
B
Figuratief
C
2D
D
3D

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het
onderwerp/ thema?

Slide 6 - Open vraag

De Voorstelling:
  • Wat is het? (2D / 3D)
  • Is het werk figuratief of abstract ?
  • Wat is de voorstelling, wat is er letterlijk te zien?
  • Wat is het onderwerp / thema?

Slide 7 - Tekstslide

De voorstelling is:
A
Abstract
B
Figuratief
C
2D
D
3D

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de voorstelling, wat is er letterlijk te zien?

Slide 9 - Open vraag

Aspecten van de VOORSTELLING
Vincent van Gogh

Beschrijf de voorstelling
in het kort:

Slide 10 - Tekstslide

Beschrijf de voorstelling
in het kort:

Slide 11 - Open vraag

Aspecten van de VORMGEVING

Materiaal, techniek en de Beeldaspecten:
  1. Compositie
  2. Kleur
  3. Vorm
  4. Licht
  5. Lijn
  6. Ruimte
  7. Textuur/Structuur

Slide 12 - Tekstslide

Beeldaspect COMPOSITIE
grondlijnen
bewegings suggestie:
statisch / dynamisch
compositiesoorten:
driehoeks
centraal
diagonaal
a- / symmetrisch
overall


Slide 13 - Tekstslide

Beeldaspect VORM
basisvormen: 2D / 3D

vormsoorten: 
open / gesloten
organisch / geometrisch
figuratief / abstract
symmetrisch / a-symmetrisch
positief / negatief



Slide 14 - Tekstslide

Beeldaspect KLEUR
kleurgebruik
primaire / secundaire kleuren
verzadigde kleuren / zuivere kleuren  
warm / koud contrast
licht / donker contrast
complementair kleurcontrast




Slide 15 - Tekstslide

Beeldaspect RUIMTE
ruimtesuggestie:
voorgrond / achtergrond
groot / klein
lijn- / atmosferisch perspectief
afsnijding
overlapping
plasticiteit
standpunt



Slide 16 - Tekstslide

Beeldaspect STRUCTUUR
TEXTUUR

structuur
Hoe is iets opgebouwd, 
Waar bestaat het uit?

textuur
Hoe voelt iets aan, 
Hoe ziet iets eruit?

2D-3D
plasticiteit 
stofuitdrukking


. . . . . .  

Slide 17 - Tekstslide

De hanterings- of werkwijze
Het gebruik van het materiaal en de techniek

  • Welk materiaal is gebruikt, 
  • Welke techniek en op welke manier is er toegepast? 
  • Wat is het effect van de gebruikte techniek op het totale beeld.

Slide 18 - Tekstslide

Aspecten van de VORMGEVING
Vincent van Gogh
Beschrijf het schilderij aan de hand van de 
beeldaspecten bij vormgeving:
Compositie
Kleur
Vorm
Licht
Lijn
Ruimte
Textuur/Structuur

Slide 19 - Tekstslide

Noem een aspect van de vormgeving waaraan je kan zien dat het zomer is. Leg uit.

Slide 20 - Open vraag

het schilderij van van Gogh is geschilderd met olieverf.
Olieverf is een aspect van de
A
Voorstelling
B
Vormgeving

Slide 21 - Quizvraag

Aspecten van de voorstelling
Aspecten van de vormgeving
Wat zie je
Hoe is het gemaakt?
Technieken
Materialen
Beeldende aspecten
Vorm
Kleur
ruimte
Licht
Compositie
verhalend
Inhoud 

Slide 22 - Sleepvraag

Herhaling:
Wat bedoelen we met de voorstelling van een kunstwerk?

Slide 23 - Open vraag

Voorstelling
VOORSTELLING: het onderwerp, wat stelt het kunstwerk voor, waar gaat het over?
Bijvoorbeeld: een torso, een portret, een huis, een fiets, etc.
VOORSTELLINGSASPECTEN: Alles wat je herkent in een beeld. B.v. mensen, dieren, voorwerpen, een gebaar, gezichtsuitdrukking, kleding, haardracht, bergen, de blauwe lucht, enz.

Slide 24 - Tekstslide

Réalistisch/figuratief/abstract

Slide 25 - Tekstslide

Herhaling:
Wat bedoelen we met de vormgeving van een kunstwerk?

Slide 26 - Open vraag

Vormgeving
Vormgeving: Hoe is het gemaakt
Welke materialen en technieken zijn gebruikt
Welk formaat heeft het (hoe groot is het)
Welke beeldaspecten zijn gebruikt
Beeldaspecten: Vorm, kleur, compositie, ruimte, lijn, licht, structuur, textuur en geluid.

Slide 27 - Tekstslide

Compositie = ordening
                                        Horizontaal / Verticaal

    

Slide 28 - Tekstslide

Diagonale compositie

Slide 29 - Tekstslide

Centraal compositie

Slide 30 - Tekstslide

Ruimte
Ruimte suggestie = er lijkt ruimte te zijn in een tekening, foto of schilderij. 
Je krijgt ruimte in een plat vlak door:1. Afsnijding, 2. overlapping, 3. voor groot/achter klein, 4. schaduwwerking, 5. lijnperspectief, 6. atmosferisch perspectief  (vervaging)

Slide 31 - Tekstslide

Ruimte suggestie door:
1. Afsnijding
2. Overlapping
3. Voor groot/ achter klein,
4. Lijnperspectief
5, Atmosferisch perspectief

Slide 32 - Tekstslide

Over dit schilderij gaat de volgende vraag

Slide 33 - Tekstslide

Hoe wordt hier ruimte gesuggereerd? (5x)

Slide 34 - Open vraag

Hier wordt de ruimte voornamelijk gesuggereerd door:
A
afsnijding
B
lijnperspectief
C
standpunt
D
atmosferisch perspectief

Slide 35 - Quizvraag

Hier wordt de ruimte voornamelijk gesuggereerd door:
A
afsnijding
B
lijnperspectief
C
standpunt
D
atmosferisch perspectief

Slide 36 - Quizvraag

Hier wordt de ruimte voornamelijk gesuggereerd door:
A
overlapping
B
lijnperspectief
C
standpunt
D
atmosferisch perspectief

Slide 37 - Quizvraag

Geen
Lijnperspectief
Plasticiteit
Atmosferisch perspectief

Slide 38 - Sleepvraag