Poëzie rijm stijlfiguren en beeldspraak

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Poëzie les 2

• Soorten rijm
• Stijlfiguren
• Beeldspraak 

Volrijm

Sint zat eens te denken

Wat hij jou zou schenken

Zelfs de regen houdt mij niet tegen

alliteratie (= beginrijm)

Welk volrijm zie je?

Welk beginrijm zie je (alliteratie)

Welke stijlfiguur herken je?

O als ik dood zal, dood zal zijn​
Kom dan en fluister, fluister iets liefs

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Herhaling
4. Overdrijving

Schuldig en toch onschuldig​
Weinig maar ook veelvuldig​
Leven en toch heengegaan​
Gestorven en opgestaan​

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Herhaling
4. Overdrijving

Ik zocht in zeeën, bossen, bergen, dromen,​
Nimmermeer rustig tot de plek gekomen,​

1. Opsomming
2. Tegenstelling
3. Herhaling
4. Overdrijving

Wat is een eufemisme?

1. Een stijlfiguur om te overdrijven
2. Een stijlfiguur om iets te verbloemen (zachter maken)

Welke zin is een understatement en geen overdrijving

1. Ik vind dat een beetje vervelend
2. Ik heb geen oog dicht gedaan
3. Ik word doodmoe van jouw gezeur
4. Ik heb het je al honderd keer gevraagd

Zit in deze zin ironie?

1. ja
2. nee

'Je kletst me de oren van het hoofd', zei de leraar tegen het verlegen meisje.

1. Ironie
2. Sarcasme

Wel ja, ga vooral door met niets doen, da ga je het zéker halen!

1. sarcasme
2. ironie

Wat is beeldspraak?

1. Letterlijk taalgebruik
2. Figuurlijk taalgebruik

Letterlijk versus figuurlijk

- Julia zag Yusuf lopen en stond in vuur en vlam (figuurlijk)

- Yusuf struikelde en viel tegen de vuurkorf aan. Hij stond in vuur en vlam (letterlijk)

Beeldspraak

• Heb je zelf voorbeelden?
• Waarom gebruik je beeldspraak?

Beeldspraak

Vergelijkingen, metaforen en personificaties zijn vormen van beeldspraak.     

Vergelijking

• De inbreker ging er als een haas vandoor
•  Hij is een beer van een vent
• Nora kreeg een hoofd als een boei

Personificatie

• Wanneer ik opsta, lacht de zon me vrolijk toe
•  Angst loerde om de hoek

Metafoor

• Wat een zwijnenstal is het hier!
•  Er zitten dit jaar een paar kleuters in 5 havo

Wat is geen vergelijking?

1. Zo gek als een deur
2. Zo is het gegaan
3. Zo zacht als dons
4. Zo eerlijk als goud

Wat is een voorbeeld van een personificatie?

1. De stoel kreunde onder zijn gewicht.
2. Zijn hoofd lijkt wel een varkenskop; er zit geen haar meer op!
3. Karel kreeg op zijn veertiende eindelijk de baard in de keel.

Wat is een metafoor?

1. Mijn opa rookte als een schoorsteen
2. Het schip danste op de golven
3. Niemand wil vriendin zijn met zo'n heks