3.2 - Wat levert sparen op?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Welkom  

economen!

Hoofdstuk 3

Paragraaf 2 - Wat levert sparen op?

3TL

Wat moet je kennen/ kunnen?

• 3 spaarmotieven kunnen benoemen
• Wat was inflatie ook al weer?
• Wat is het gevolg van inflatie op je spaargeld?
• Rekenen met rente.

Programma

In verband met verkort rooster:

• Uitleg 3.2

• Maken paragraaf 3.2

Spaarmotieven

• Sparen voor de rente

- Hoe langer je spaart (termijn) hoe hoger de rente!

- Hoe Hoger het bedrag, hoe hoger het rentepercentage

• Sparen voor een bepaald doel (bv. Een nieuwe auto)
• Sparen uit voorzorg (bv. Als de wasmachine kapot gaat)

Verschillende rentes

Enkelvoudige rente 

• De rente wordt elk jaar op je lopende rekening gestort  
• Je krijgt dus elk jaar hetzelfde bedrag aan rente
• bij een spaardeposito gebeurt dit vaak.
  

Hoe bereken je enkelvoudige rente?

Formule

1. Spaarbedrag : 100 x rentepercentage = rente per jaar.
   
2. Rente per jaar x aantal jaren = totale rente.

Verschillende rentes

Samengestelde rente 

• De rente wordt elk jaar toegevoegd aan je spaarsaldo
• Het tweede jaar krijg je dus ook rente over het bedrag aan rente dat je een jaar eerder hebt gekregen 
• rente op rente dus! 

Hoe bereken je samengestelde rente?

Formule 

1. Spaarbedrag : 100 x rentepercentage = rente jaar 1
2. Spaarbedrag jaar 1 + rente = begin spaarbedrag jaar 2.
3. Spaarbedrag jaar 2 : 100 x rentepercentage = rente jaar 2
4. Spaarbedrag jaar 2 + rente = begin spaarbedrag jaar 3 (enz.)

OF:

1. Rentepercentage x (spaarbedrag + bijgeschreven rente) 

Oefensom enkelvoudige rente

Voorbeeld:

Rob heeft € 200 op zijn spaarrekening staan. De bank vergoedt 3% rente.

Bereken:

1. Rente na 1 jaar               
2. Rente na 2 jaar              
3. Rente na 1 maand        
4. Rente na 5 maanden  

Oefensom enkelvoudige rente

Voorbeeld:

Rob heeft € 200 op zijn spaarrekening staan. De bank vergoedt 3% rente.

Rente na 1 jaar               →  € 200 : 100 x 3 = € 6

Rente na 2 jaar              →  (€ 200 : 100 x 3) x 2 = € 12

Rente na 1 maand        →  (€ 200 : 100 x 3) : 12 = € 0,50 

Rente na 5 maanden  →  (€ 200 : 100 x 3) : 12 x 5 = € 2,50

Oefensom samengestelde rente

Voorbeeld:

Rob heeft € 200 op zijn spaarrekening staan. De bank vergoedt 3% rente.

Bereken:

1. Rente na 1 jaar               
2. Rente na 2 jaar              
3. Rente na 3 jaar              
4. Saldo na 10 jaar           

Oefensom samengestelde rente

Voorbeeld:

Rob heeft € 200 op zijn spaarrekening staan. De bank vergoedt 3% rente.

Rente na 1 jaar               →  € 200 : 100 x 3 = € 6

Rente na 2 jaar              →  (€ 206 : 100 x 3)  = €6,18

Rente na 3 jaar              →  (€ 212,18 : 100 x 3)  = €6,37

Saldo na 10 jaar             → €200 x 1,03 ^10 = 268,78

Welke risico’s zijn er als je geld in het buitenland op een spaarrekening zet?

Zou jij snel je geld op een buitenlandse spaarrekening zetten? Leg uit waarom wel of niet.

De spaarrente is op dit moment 1,1%
De inflatie is op dit moment 2,6%
Welk gevolg heeft dit voor de koopkracht van je spaargeld?

Sparen en inflatie!

Voorbeeld:

Een game kost €100,- en je hebt €100,- spaargeld.

Volgend jaar kost de game dan €102,60 (2,6 % inflatie)

Je spaargeld is op dat moment €101,10 (1,1% rente)

• Conclusie: als jij je geld spaart kun je over een jaar de game niet meer kopen. Het heeft dus geen zin om te sparen (voor de rente) als de rente lager is dan de inflatie!

Any vragen?

Wat moet je kennen/ kunnen?

• 3 spaarmotieven kunnen benoemen
• Wat was inflatie ook al weer?
• Wat is het gevolg van inflatie op je spaargeld?
• Rekenen met rente.