Leerjaar 2 GL, 6.2 gelijkvormige driehoeken vergroten en verkleinen

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo
• Leerjaar 1

Wat gaan we deze les doen?

• Berekenen vergrotingsfactor binnen gelijkzijdige driehoeken.

getalenruimte.digitaal.noordhoff.nl

Welke hoek is
gelijk aan hoek B?

1. Hoek Q
2. Hoek P
3. Hoek R
4. Hoek A

Welke hoek is
gelijk aan hoek C?

1. Hoek Q
2. Hoek P
3. Hoek R
4. Hoek A

Welke zijde is een
vergroting van zijde BC?

1. ZIJDE PR
2. ZIJDE PQ
3. ZIJDE QR
4. ZIJDE AB

Driehoek KLM is gelijkvormig aan driehoek RPQ, verbind de hoeken die even groot zijn.

K

L

M

P

Q

R

Driehoek KLM is gelijkvormig aan driehoek RPQ, verbind de zijden die een vergroting van elkaar zijn

KL

LM

KM

PR

QR

PQ

Maak de tabel.
Wat is de vergrotingsfactor?
(afgerond op 2 decimalen)

1. 0,75
2. 1,48
3. 1,33
4. 3,08

Maak de tabel.
Hoe groot is DE?
(afgerond op hele cm)

1. 17
2. 25
3. 30
4. 36

Wat heb je deze les geleerd?

Het gebruiken van de vergrotingsfactor bij gelijkvormige driehoeken. 

Wat? hoofdstuk 6.2

Waar? dit moet in het schrift.

Wanneer? Deze les. Alles wat niet af is, is huiswerk voor de volgende les.

Klaar? Ga aan de slag met 6.3/volgende paragraaf (in het schrift).

Niet overleggen, geen vragen             -->

Niet overleggen, wel vragen                -->

Overleg én vragen wel toegestaan    -->