2. 30-11-2023 Opsommingen, tegenstellingen en voorbeelden

Welkom!
Pak je spullen uit je tas en leg alles op de hoek van je tafel.

Je hebt nodig vandaag:
  • Chromebook
  • Boek + A4-schrift
  • pen

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Pak je spullen uit je tas en leg alles op de hoek van je tafel.

Je hebt nodig vandaag:
  • Chromebook
  • Boek + A4-schrift
  • pen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Lezen 3 - tekstverbanden en signaalwoorden (deel 1)



Leerdoelen
Theorie
Zelf aan de slag
Evaluatie les

Slide 2 - Tekstslide

DOEL
verbanden en signaalwoorden
- je kunt met behulp van signaalwoorden
opsommingen, tegenstellingen en voorbeelden
in een tekst herkennen en begrijpen

Slide 3 - Tekstslide

SIGNAALWOORDEN

Verbinden zinnen of alinea’s met elkaar.

Woorden die aangeven wat voor verband er tussen de verschillende alinea’s of zinnen bestaat.

Signaalwoorden helpen de lezer, geven structuur aan de tekst en zorgen voor samenhang tussen alinea’s.
 Welk signaalwoord? Dat ligt aan het soort tekstverband.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Verbanden tussen zinnen herkennen


1. Let op de signaalwoorden als je een tekst leest!
De signaalwoorden zeggen: Let op! Er komt nu een verband aan.

2. Lees het stukje tekst goed. Onderstreep signaalwoorden.

3. Bedenk steeds: bij welk verband hoort het signaalwoord.
Welk verband kan het zijn?

4. Lees de zinnen in de tekst nog een keer. Bedenk of het verband klopt.

Slide 11 - Tekstslide

Als ik op zoek ga naar verbanden in een tekst, dan lees ik de tekst heel
A
globaal
B
langzaam
C
goed
D
snel

Slide 12 - Quizvraag

Tijdens het lezen let ik op speciale
woorden; dat zijn de

Slide 13 - Open vraag

Deze woorden geven aan welk verband er bedoeld wordt.
Ik zet een streep onder deze _______________woorden.
A
moeilijke
B
verband
C
signaal
D
goede

Slide 14 - Quizvraag

En ik bedenk welk
____________________ dat woord
aangeeft.

Slide 15 - Open vraag

Daarna lees ik de zinnen __________________ ,
om te kijken of ___________________ .

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

TEKSTVERBANDEN

Zorgen ervoor dat

woorden, zinnen en alinea's

met elkaar samenhangen.

Slide 18 - Tekstslide

Peppels - M3 Lezen 3

Ga verder met de opdrachten:
1. Maak in je schrift opdracht 2 en 4 (boek blz. 65 t/m 69)
 Laat controleren en kijk na
2. Maak in de online methode opdrachten 5, 6 en 7 (lezen H 3)
3. Leerdoelen bekijken en afvinken

4. Maak de oefentoets online


ZELF AAN DE SLAG

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk volgende les
1. Maak in je schrift opdracht 2 en 4 (boek blz. 65 t/m 69)
2. Maak in de online methode opdrachten 5, 6 en 7 (lezen H 3)
3. Leerdoelen bekijken en afvinken

Slide 20 - Tekstslide

Evaluatie les
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 21 - Tekstslide

Tot de volgende les!

Slide 22 - Tekstslide