HC Steden & burgers - LV 3

HC Steden & burgers - LV 3
Vandaag: korte gezamelijke start 
zelf aan de slag met
- opdracht oorzaken Gouden eeuw
-samenvattingsopdracht
-Toetsvragen maken
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

HC Steden & burgers - LV 3
Vandaag: korte gezamelijke start 
zelf aan de slag met
- opdracht oorzaken Gouden eeuw
-samenvattingsopdracht
-Toetsvragen maken

Slide 1 - Tekstslide

leidende vraag 3
In hoeverre bepaalde de burgerij de ontwikkelingen in de republiek in de Gouden eeuw (1602 - 1700)

Slide 2 - Tekstslide

Begin situatie 1602
  • De opstand tegen Spanje is volop bezig en om de oorlog te financieren is geld nodig, vanaf 1588 ontstaat er een oorlogseconomie.
  • De gewesten betaalden belasting en de Staten-Generaal gaven schuldpapieren uit.
  • De regenten herstelden hun oude privileges / particularisme.
  • Veel regenten waren koopman, de handel was nodig om de oorlog te financieren
  • Oprichting VOC 1602 en WIC 1621
  • De overige landen waren erg onrustig.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Bestuur van de Republiek

Slide 5 - Tekstslide

7 gewesten / gewestelijke staten

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Prinsgezinden
  • oorlog voortzetten
  • sterker centraal bestuur o.l.v. de Stadhouder (de prins)gomaristen
  • middenklasse o.l.v. Maurits
Staatsgezinden
  • vrede met Spanje
  • gewestelijke autonomie behouden
  • Arminianen
  • regenten (elite) o.l.v. Oldebarnevelt
Prinsgezinden
  • oorlog voortzetten
  • sterk centraal gezag o.l.v. stadhouder
  • Gomaristen
  • middenklasse en volk o.l.v. Maurits
Het Twaalfjarig Bestand (1609-1621)

Slide 9 - Tekstslide

Escalaties
Regenten en stadhouders
Twee keer leidde de strijd tussen staatsgezinde regenten en de stadhouder tot de dood van de raadspensionaris (belangrijkste regent in de Hollandste Staten en de Staten-Generaal).

- In 1619 liet stadhouder Maurits de staatsgezinde raadspensionaris Johan van Oldebarnevelt onthoofden.
- In 1672 stond stadhouder Willem III toe dat de staatsgezinde raadspensionaris Johan de Witt werd vermoord.

'Het volk redeloos, de regering radeloos en het land reddeloos'.
Willem III
Graaf van Nassau
Koning van Engeland
Prins van Oranje
Stadhouder van de Nederlanden
Maurits bij de slag bij Nieuwpoort 1600
Gebroeders de Witt gelyncht
Links Maurits en rechts van Oldebarnevelt

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag
  1. Opdracht Gouden eeuw
  2. Opdracht Samenvatting

Slide 11 - Tekstslide

Vorige les
De bijzondere plaats in staatskundig opzicht van de republiek

Slide 12 - Tekstslide

Vraag 1 (3 punten)
In 1600 telt Amsterdam, de belangrijkste stad van de Republiek, ongeveer 50.000 inwoners, in 1660 zijn dat er ongeveer 200.000. Deze bevolkingsgroei wordt grotendeels veroorzaakt door de economische bloei van de Republiek.
Leg dit uit door:
− met een voorbeeld uit te leggen waardoor de Republiek economisch tot grote bloei kwam en
− daarmee een verklaring te geven voor de grote bevolkingsgroei van Amsterdam.


Slide 13 - Tekstslide

Vraag 1 (3 punten)
In 1600 telt Amsterdam, de belangrijkste stad van de Republiek, ongeveer 50.000 inwoners, in 1660 zijn dat er ongeveer 200.000. Deze bevolkingsgroei wordt grotendeels veroorzaakt door de economische bloei van de Republiek.
Leg dit uit door:
met een voorbeeld uit te leggen waardoor de Republiek economisch tot grote bloei kwam en
− daarmee een verklaring te geven voor de grote bevolkingsgroei van Amsterdam.


Slide 14 - Tekstslide

Antwoord
Drie punten, 
één voor het voorbeeld, 
en één voor de de uitleg. Eén voor de relatie met de bevolkingsgroei.


De economie in de Republiek kwam na 1600 tot grote bloei door de goede handelsnetwerken / de stapelmarktfunctie van de Republiek / door de successen van de VOC / door de groei van Amsterdam, mogelijk na de val van Antwerpen.
- Door de bloei van de handel groeide ook de nijverheid (bijv. de scheepvaart) en de (commerciële) landbouw.

Voor de groeiende handel (pakhuizen / haven / wisselmarkt) en door de groeiende nijverheid (scheepvaart) trok Amsterdam enorm veel werklieden aan en groeide uit tot een grote stad.

Slide 15 - Tekstslide

Vraag 2 (4 punten)
De Franse koning Lodewijk XIV (1643-1715) staat bekend als een absoluut vorst. Hij benoemde Jean-Baptiste Colbert (1619-1683), de zoon van een rijke lakenkoopman, tot minister. Dat was voor die tijd een bijzonder benoemingsbeleid, omdat Colbert niet van adel was.

 

4p Leg uit dat dit benoemingsbeleid:
− paste bij een absoluut vorst uit die tijd en
− samenhing met de maatschappelijke veranderingen die het handelskapitalisme met zich meebracht.

Slide 16 - Tekstslide

Vier punten = twee keer iets noemen dat past bij het begrip en vervolgens uitleggen met de bron
- Het benoemingsbeleid paste bij het absolutisme, want een absolute vorst beslist in zijn eentje en kiest dus zelf de ministers die hij wil hebben, in dit geval Colbert.
- Het benoemingsbeleid hangt samen met de opkomst van het handelskapitalisme, want de Franse koning kiest liever mensen uit de bourgeoisie (=rijke burgers, rijk geworden door het handelskapitalisme) dan uit de groep van edelen, die zich niet bezighielden met handel of kapitalisme. Colbert was rijk geworden als lakenhandelaar.

Slide 17 - Tekstslide

vraag 3
In 1598 werd in Frankrijk het Edict van Nantes uitgevaardigd. Dit maakte een einde aan de burgeroorlog tussen katholieken en protestanten. In 1685 trok koning Lodewijk XIV (1638-1715) het edict weer in, omdat hij één godsdienst in zijn land wilde. Veel Franse protestanten vluchtten toen naar de Nederlandse Republiek.
  Noem twee redenen waarom veel Franse protestanten juist naar de Republiek vluchtten en leg uit dat het beleid van Lodewijk XIV paste bij het absolutisme van veel vorsten in de zeventiende eeuw

Slide 18 - Tekstslide

vraag 3 (4 punten)
In 1598 werd in Frankrijk het Edict van Nantes uitgevaardigd. Dit maakte een einde aan de burgeroorlog tussen katholieken en protestanten. In 1685 trok koning Lodewijk XIV (1638-1715) het edict weer in, omdat hij één godsdienst in zijn land wilde. Veel Franse protestanten vluchtten toen naar de Nederlandse Republiek.
  - Noem twee redenen waarom veel Franse protestanten juist naar de Republiek vluchtten en 
- leg uit dat het beleid van Lodewijk XIV paste bij het absolutisme van veel vorsten in de zeventiende eeuw

Slide 19 - Tekstslide

vraag 3 (Antwoord
Vier punten: twee voor twee redenen; eentje voor uitleg absolutisme en eentje voor relatie absolutisme en maatregel.)


Twee redenen waarom Franse protestanten naar de Republiek vluchtten:
1 in de Republiek was relatieve godsdienstvrijheid / werden protestanten niet vervolgd.
2 in de Republiek was welvaart, waardoor er werk was voor de gevluchte protestanten.
Dit beleid paste bij de het absolutisme, want dan neemt de absoluut vorst in zijn eentje alle besluiten, zoals hier waar Lodewijk XIV alleen besluit het Edict van Nantes in te trekken.

Slide 20 - Tekstslide

De Gouden eeuw

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Einde Gouden Eeuw

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide