§ 2.1 Productie

§ 2.1 Productie
Wat heb je nodig om te produceren?

Kernwoorden:
- productiefactor
- productiefunctie

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

§ 2.1 Productie
Wat heb je nodig om te produceren?

Kernwoorden:
- productiefactor
- productiefunctie

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Productiefactoren
Om te produceren zijn productiefactoren nodig. Deze zijn:

  • arbeid: alle geestelijke en lichamelijke inspanning van mensen (die daarvoor loon krijgen). 

  • kapitaal(goederen): bijvoorbeeld grondstoffen, machines, transportmiddelen en gebouwen. 


Slide 4 - Tekstslide

  • natuur / natuurlijke hulpbronnen: grond, mineralen, klimaat, maar ook geografische ligging en de aanwezigheid van waterwegen. 

  • ondernemerschap: het risico dat de ondernemer neemt door het bezit van een eigen bedrijf. 

Slide 5 - Tekstslide

De productiefunctie
De productiefunctie geeft het verband tussen de productie en de hoeveelheid ingezette productiefactoren

Als er meer werknemers worden aangenomen in een bedrijf, of als een werknemer meer uur gaat werken, neemt de productie toe. Maar, de stijging van de productie hoeft niet altijd hetzelfde te zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld
Een tuinder heeft een boomgaard met appelbomen. 
Hiernaast staat hoeveel 
hij kan produceren 
(plukken) met 
verschillende 
hoeveelheden 
werknemers:

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld
Een tuinder heeft een boomgaard met appelbomen. 
Hiernaast staat hoeveel 
hij kan produceren 
(plukken) met 
verschillende 
hoeveelheden 
werknemers:

Slide 8 - Tekstslide

Productiefunctie:
Eerst neemt de 
hoeveelheid producten 
steeds verder toe bij 
toevoeging van een 
extra werknemer, 
daarna neemt 
de stijging af.

Slide 9 - Tekstslide

Arbeidsmarkt
Aanbod van arbeid: werkzame beroepsbevolking/ werkzoekende beroepsbevolking.
Vraag naar arbeid: Werkgelegenheid 

Slide 10 - Tekstslide