Omgeving - omgeving - les 4a woordenschat

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

De leerlingen hebben bij deze les een wisbordje (of een schrift) nodig om woorden/ zinnen op te schrijven bij de animatie over de sluis.

De woorden van Lowan worden soms op een wat andere volgorde aangeboden, ook heb ik woorden om richting aan te geven toegevoegd. Dit thema is bedoeld om gelijktijdig met Lowan de omgeving aan te bieden.
Het thema maakt deel uit, van het grotere thema rondom 'de omgeving'. Lowan het huis kan hiervoor gegeven worden. Hier is ook een Lesson Up en papierenopdrachten serie van.
Joyce.
Thema omgeving
De omgeving - les 4a

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

het park
Er staan bomen in het park. 

We lopen ‘s ochtends door het park naar school.


 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de sluis
De sluis heeft twee sluisdeuren.

De boten moeten wachten in de sluis.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de buren
Mijn buren zijn erg aardig.

Mieke en Salman wonen naast mij, zij zijn mijn buren. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de buurvrouw/
de buurman

Henk is mijn buurman; hij woont naast mij. 

De buurman en de buurvrouw praten over de schutting met elkaar.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de slagerij
Ik koop vlees bij de slagerij.

De slager verkoopt vlees in de slagerij. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de bakkerij
De bakker maakt heerlijke broodjes.

De bakker verkoopt brood in de bakkerij. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de buurt
Is er een supermarkt in de buurt?

Mijn vrienden wonen bij mij in de buurt.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de kerk
Elke zondag gaat Emma naar de kerk.

In de kerk kun je bidden tot god. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies