H4.4 Molariteit (ppm en ppb)

4.4 Molariteit (ppm en ppb)
- inventariseren huiswerk bespreking
- molariteit
- ppm & ppb

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

4.4 Molariteit (ppm en ppb)
- inventariseren huiswerk bespreking
- molariteit
- ppm & ppb

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijn er vragen over het huiswerk van vandaag? Zo ja, type het nummer in.
Deze bespreken we na deze LessonUp.

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

molariteit
De concentratie uitgedrukt in het aantal mol van een opgeloste stof per liter oplossing of gas.
[Na+] = 1,0 M = 1,0 mol/L
De molariteit natriumionen is 1,0 molair (=mol per liter)
Let op: Zowel het symbool voor molaire massa als molariteit is beide hoofdletter M

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In een calciumchloride-oplossing is de molariteit calciumionen 0,20 mM.
Wat is de molariteit van de chloride-ionen?
A
0,20 mM
B
0,40 mM
C
0,10 mM
D
geen idee

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

5,9 g natriumchloride wordt opgelost tot 300 mL.
Wat is de molariteit van de natrium-ionen?

Slide 5 - Open vraag

5,9 : 58,443 = 0,101 mol NaCl, dus 0,101 mol Na+
[Na+]= 0,101 mol / 0,300 L = 0,34 M
21 g kaliumfosfaat wordt opgelost tot 275 mL.
Bereken de molariteit van de kaliumionen

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De molariteit van natronloog is 0,15 molair.
Bereken hoeveel g natriumoxide hiervoor is opgelost in 450 mL.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerkcontrole.
Type je antwoorden van 38abc in
timer
1:00

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerkcontrole.
Type je antwoord van 40a
timer
1:00

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerkcontrole.
Type je antwoord van 40c
timer
1:00

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

%, ppm en ppb

  • percentage betekent "parts per cent" = deeltjes per honderd
  • ppm betekent "parts per million" = deeltjes per miljoen
  • ppb betekent "parts per billion"= deeltjes per miljard
  • alle 3 worden ze gebruikt voor massa's en volumes
  • let op het juiste aantal significante cijfers in je antwoord

ppb=geheeldeel×109
ppm=geheeldeel×106

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een gasmengsel heeft een volume van 715m3 en er zit 3,75ml argon in. Wat is het volume-ppb van argon?
A
0,19ppb
B
5,24ppb
C
190ppb
D
5,24*10^3ppb

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In 1,0 kilogram spinazie zit 0,068 gram caroteen.
Wat is het massa-ppm caroteen in spinazie?
A
0,68 ppm
B
680 ppm
C
68 ppm
D
6,8 ppm

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies