12.4 Verbranding

12.4 Verbranding
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

12.4 Verbranding

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling 12.3
Weet je het nog?

Slide 2 - Tekstslide

bemesten
krachtvoer
gewasbeschermingsmiddelen
hygiëne
plaag
antibiotica

Slide 3 - Sleepvraag

Accumulatie is ...
A
.. het ophopen van gifstoffen in het milieu
B
.. het afbreken van gifstoffen door het milieu
C
.. het afbreken van gifstoffen door een ziekteverwekker
D
.. het ophopen van gifstoffen in organismen

Slide 4 - Quizvraag

Welke organismen nemen sterk toe bij waterbloei?
A
Koeien
B
Algen
C
Waterhoentjes
D
Eendenkroos

Slide 5 - Quizvraag

Verbranding
Bij verbranding reageert een stof met zuurstof waarbij er Ernergie vrijkomt (warmte, licht) en afvalstoffen ontstaan.

Er zijn drie voorwaarden voor een verbranding:
  1. Brandstof
  2. Zuurstof
  3. Ontbrandingstemperatuur


Slide 6 - Tekstslide

Verbrandingsproducten
Wanneer een stof verbrandt, reageert het met zuurstof. Er ontstaan dan nieuwe stoffen.

Bij de verbranding van aardgas, glucose en veel andere brandstoffen ontstaan Koolstofdioxide en waterdamp als vebrandingsproduct.

Slide 7 - Tekstslide

Onvolledige verbranding
Wanneer en niet genoeg zuurstof is, loopt de verbrandingsreactie niet goed door. Er ontstaan dan andere verbrandingsproducten zoals roet (C) en het giftige koolstofmonoxide (CO)

Een onvolledige verbranding is vaak te herkennen aan een gele vlam, een volledige verbranding heeft een blauwe vlam.

Slide 8 - Tekstslide

Explosies
Wanneer zuurstof en brandstof in precies de juiste verhouding aanwezig zijn, kan de verbrandingsreactie extreem snel gaan. De gassen die hierbij vrijkomen zetten zich enorm snel uit en veroorzaken dan een explosie.
Explosies

Wanneer zuurstof en brandstof in precies de juiste verhouding aanwezig zijn, kan de verbrandingsreactie extreem snel gaan. De gassen die hierbij vrijkomen zetten zich enorm snel uit en veroorzaken dan een explosie.

Slide 9 - Tekstslide

Waarom gaat een kaars
uit als je er een potje
overheen zet?

Slide 10 - Open vraag

Wat zijn de drie voorwaarden voor een verbranding?

Slide 11 - Open vraag

Als een gasbrander een gele vlam heeft, wat voor soort verbranding is er dan?
A
Volledige verbranding
B
Onvolledige verbranding

Slide 12 - Quizvraag

Verbranding en het milieu
Verbranding en het Milieu
Verbrandingsproducten komen vrij in het milieu en kunnen schadelijk zijn.

Koolstofdioxide is een broeikasgas dat bijdraagt aan een versterkt broeikaseffect.

Slide 13 - Tekstslide

In sommige brandstoffen zit stikstof (N) of zwafel (S)
Als deze stoffen verbranden ontstaan er stikstofoxiden(NOx) en zwafeloxiden (SO2).
Hierdoor kan er zure regen ontstaan. Dit is erg schadelijk voor de natuur, maar ook voor gebouwen.

Slide 14 - Tekstslide

In verbrandingsgassen zitten miniscule stofdeeltjes die we fijnstof noemen. Deze kunnen in grote hoeveelheden schadelijk zijn voor je longen en luchtwegen

Wanneer het erg warm is en er staat weinig wind, kan de laag verbrandingsgassen blijven hangen, dat heet Smog

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het versterkt broeikaseffect?

Slide 16 - Woordweb

welke stoffen veroorzaken zure regen?
A
Koolstofdioxide
B
Koolstofmonoxide
C
Stikstofoxiden
D
Zwaveloxiden

Slide 17 - Quizvraag

Andere manieren om je huis te verwarmen
Andere manieren om je huis te verwarmen
Je kunt de energie van de zon gebuiken om water te verwarmen, water word door een zonnecollector gepompt en het warme water word opgeslagen in een boiler.

Slide 18 - Tekstslide

Aardwarmte is een methode waarbij je gebruikt maakt van de warmte van de aarde zelf. Het binnenste van de aarde is erg warm en deze warmte kun je gebruiken door koud water naar beneden te pompen waar het opgewarmd wordt. Daarna kan je het warme water weer omhoog pompen. Het nadeel is dat deze methode nog erg duur is

Slide 19 - Tekstslide

Opdrachten werkboek
maken opdrachtt 2 t/m 12 en 14 t/m 18

Slide 20 - Tekstslide