Friday the 8th of January

Friday the 8th of January
basis
kader (groen)
herhalen : klok
wb: p79 catch-up 1
self test page 87 , E
herhalen rangtelwoorden, dagen /maanden
herhalen have got / has got
wb: catch-up 2 , 3
selftest F & G
herhaling van de klok
Flashback page 89 t/m 93
catch-up 4 -5
uitleg much/many (catch-up 6)
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Friday the 8th of January
basis
kader (groen)
herhalen : klok
wb: p79 catch-up 1
self test page 87 , E
herhalen rangtelwoorden, dagen /maanden
herhalen have got / has got
wb: catch-up 2 , 3
selftest F & G
herhaling van de klok
Flashback page 89 t/m 93
catch-up 4 -5
uitleg much/many (catch-up 6)

Slide 1 - Tekstslide

What time is it?
8:00
A
eight o'clock
B
half past eight
C
quarter to eight
D
quarter past eight

Slide 2 - Quizvraag

what time is it?
10:10
A
ten past ten
B
ten tot ten

Slide 3 - Quizvraag

what time is it?
11: 20
A
twenty to eleven
B
twenty past eleven

Slide 4 - Quizvraag

what time is it?
4: 25
A
twenty-five past four
B
twenty-five to four

Slide 5 - Quizvraag

what time is it?
5:35
A
twenty-five past five
B
twenty-five to six

Slide 6 - Quizvraag

what time is it?
6: 40
A
twenty to seven
B
twenty past six

Slide 7 - Quizvraag

what time is it?
9:45
A
quarter to nine
B
quarter to ten

Slide 8 - Quizvraag

what time is it?
1:57
A
three minutes to one
B
three minutes to two

Slide 9 - Quizvraag

Remember?  Can or can't?
je gaat het werkwoord can nog eens oefenen. Dit doe je via de Catch-up op p 79 van je werkboeks

Slide 10 - Tekstslide

try it
self test page 87 E

Slide 11 - Tekstslide

to have got   = hebben
ik heb = I have got
jij hebt = you have got
hij heeft = he has got
zij heeft = she has got
het heeft = it has got
wij hebben = we have got
jullie hebben = you have got
zij hebben = they have got
ontkenning
I haven't got
you haven't got
he hasn't got
she hasn't got
it hasn't got
we haven't got
you haven't got
they haven't got

Slide 12 - Tekstslide

extra uitleg
hij heeft een mooie auto    =  he has got a beautiful car
Marc heeft een mooie auto = Marc has got a beautiful car
Lindsey heeft een mooie auto = Lindsey has got a beautiful car

1 naam is het zelfde als bij : he / she / it

maak nu F+G (voor G kun je kijken op  blz 192)

Slide 13 - Tekstslide

 Wat zijn rangtelwoorden?

Rangtelwoorden (ordinal numbers) gebruik je om een volgorde aan te geven.


Slide 14 - Tekstslide

Rangtelwoorden
1st = first
2nd = second
3rd = third
4th = fourth
5th = fifth

20th = twentieth

21st = twenty-first

22nd = twenty - second

23rd = twenty - third

30th = thirtieth

Slide 15 - Tekstslide

Days
Months

Slide 16 - Tekstslide

datums maken
dinsdag 5 januari = Tuesday the fifth of January
woensdag 8 maart = Wednesday the eighth of March
4 juni = the fourth of June
1 mei = the first of May
26 december = the twenty-sixth of december

Slide 17 - Tekstslide

Klaar met de selftest?
Dan ga je aan de slag met alles opnieuw te herhalen met Flashback
Je kan hieraan beginnen vanaf blz 89 en je maakt tot blz 93. (niet verder dus)

Slide 18 - Tekstslide

at work!
workbook page: 79& 80
exercice 2 &3 b

voor 3B: dit zijn de datums die je voluit in woorden gaat op schrijven:
01-01 / 30-1  / 03-02 /14-02
12-03/20-03 / 09-04 / 19-04

Slide 19 - Tekstslide

What time is it?
8:00
A
eight o'clock
B
half past eight
C
quarter to eight
D
quarter past eight

Slide 20 - Quizvraag

what time is it?
10:10
A
ten past ten
B
ten tot ten

Slide 21 - Quizvraag

what time is it?
11: 20
A
twenty to eleven
B
twenty past eleven

Slide 22 - Quizvraag

what time is it?
4: 25
A
twenty-five past four
B
twenty-five to four

Slide 23 - Quizvraag

what time is it?
5:35
A
twenty-five past five
B
twenty-five to six

Slide 24 - Quizvraag

what time is it?
6: 40
A
twenty to seven
B
twenty past six

Slide 25 - Quizvraag

what time is it?
9:45
A
quarter to nine
B
quarter to ten

Slide 26 - Quizvraag

what time is it?
1:57
A
three minutes to one
B
three minutes to two

Slide 27 - Quizvraag

Try it!

catch-up page 80 & 81  exercice 4 and 5

Slide 28 - Tekstslide