4.2 Drie revoluties in één jaar

Rusland wordt communistisch


4.2 Twee revoluties in één jaar
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Rusland wordt communistisch


4.2 Twee revoluties in één jaar

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen vorige les

Je kan uitleggen hoe de Russische samenleving was opgebouwd, functioneerde en werd bestuurd.


Je kan uitleggen waar het anarchisme en marxisme ideologisch voor staan.


Je kan voorbeelden geven van oorzaken voor de Russische Revolutie.

 

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling: Noem een oorzaak van de Russische Revolutie.
A
Het hofleven van de tsaar
B
Afschaffing van de lijfeigenschap
C
De ongelijke behandeling van de 3e stand
D
Het moeten leven in de mir

Slide 4 - Quizvraag

Herhaling: Bij wie hoort:
"Wij zien de mir als iets moois, dit is voor ons de ideale bestuurseenheid"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 5 - Quizvraag

Herhaling: Bij wie hoort:
"De arbeidersklasse zal in opstand moeten komen"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 6 - Quizvraag

Herhaling: Bij wie hoort:
"Boeren zijn de motor van een socialistische revolutie (met geweld)."
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 7 - Quizvraag

Herhaling: Bij wie hoort:
"Onze ideologie wordt ook wel boerensocialisme genoemd"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 8 - Quizvraag

Herhaling: Bij wie hoort:
"De staat, tsaar, kerk en privé-bezit moet allen worden afgeschaft"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 9 - Quizvraag

Anarchisten / socialisten

Slide 10 - Tekstslide

Herhaling: Welke oorzaken van de Russische Revolutie heb je geleerd?
A
Absolutistisch bestuur
B
Onvrede bojaren
C
Doema geen macht
D
Onvrede derde stand

Slide 11 - Quizvraag

Lesdoelen 4.2

Je kan uitleggen hoe de tsaar zijn eigen positie in gevaar bracht met zijn beslissingen rond WO I.


Je kan uitleggen wat er gebeurde tijdens de Februarirevolutie.


Je kan uitleggen wat er gebeurde tijdens de Oktoberrevolutie.

 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

De Eerste Wereldoorlog
De Eerste Wereldoorlog verliep slecht voor Rusland:  
- weinig (moderne) wapens, 
- slecht getraind leger (boeren)
Al in 1915: 4.000.000 manschappen dood.

Nicolaas II neemt opperbevel op zich, maar
het gaat niet beter -> wordt de tsaar persoonlijk aangerekend.

Winter 1916-1917: hongersnood

Slide 14 - Tekstslide

De Eerste Wereldoorlog
Gevolg: muiterij en opstanden, oprichting van sovjets (= raden die fabrieken, boerderijen en dorpen gaan besturen) in de steden, en ook gedeserteerde soldaten doen mee! 

Dit is de Februarirevolutie (= een opstand)

De tsaar treedt af en er komt een Voorlopige Regering onder leiding van Kerenski (= sociaal-revolutionair / boerensocialist).

Slide 15 - Tekstslide

Oorzaken Russische Revolutie
  • De ongelijke behandeling van de 3e stand (privileges 1e en 2e stand),
  • Het absolutistisch bestuur van de tsaar (bijvoorbeeld tijdens WO I),
  • Het verlies in de Russisch-Japanse Oorlog (nooit eerder verloor een
      Europees land van een Aziatisch 'minderwaardig' land),
  • De mislukking van de Doema,
  • De hongersnoden van 1916-1917, 
  • De grote aantallen doden in de Eerste Wereldoorlog.

Slide 16 - Tekstslide

Februarirevolutie / Voorlopige regering
Premier Alexandr Kerenski:
  • wil Eerste Wereldoorlog voortzetten
  • schrijft verkiezingen uit voor een Doema met meer macht.
  • lijdt grote nederlagen in de Eerste Wereldoorlog, waardoor veel soldaten deserteerden (= het leger verlieten).






Slide 17 - Tekstslide

Lenin (marxist)
Vladmir Lenin en Leon Trotski (marxisten):
 
  • Hadden de revolutie (nog) niet verwacht (zitten nog in het buitenland)
  • Aanhangers (marxisten) proberen de macht in de sovjets te grijpen.
  • Krijgen hulp van Duitsland. Lenin wordt door de Duitsers naar Rusland gebracht.
  • Aprilstellingen: vrede, land en brood.

Slide 18 - Tekstslide

Oktoberrevolutie
  • Onrust in Rusland neemt verder toe, leidt tot de Oktoberrevolutie (= machtgreep marxisten)

  • Communisten (= marxisten) onder leiding van Lenin grijpen met geweld de macht en de Voorlopige Regering wordt afgezet.

  • De tsaar en zijn familie worden vermoord (juli 1918).

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

WO I is de directe oorzaak van de Russische revolutie?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Waarom leidde WO I tot de Februari- Revolutie?
A
Er werden veel verliezen geleden
B
Er werd veel landbouwgrond verloren
C
Er brak hongersnood uit
D
Omdat de Doema geen macht had

Slide 22 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen de februarirevolutie (F) en de oktoberrevolutie (O) ?
A
F: staatsgreep en O: massa-opstand
B
F. muiterij en O opstand
C
F: massa-opstand, en O staatsgreep
D
F. Opstand en O muiterij.

Slide 23 - Quizvraag

Begrippen uit deze les
  • tsaar
  • bojaren
  • lijfeigene (lijfeigenschap)
  • mir
  • anarchisme
  • socialisme
  • narodniki
  • socialisten-revolutionairen
  • Doema
  • koelakken
  • ideologie
  • marxistisch socialisme
  • Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij
  • bolsjewieken
  • mensjewieken





Slide 24 - Tekstslide

Personen uit deze les

  • Michael Bakoenin
  • tsaar Alexander II
  • tsaar Alexander III
  • tsaar Nicolaas II
  • Karl Marx
  • Vladimir Lenin

Slide 25 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les
hebt geleerd

Slide 26 - Open vraag

Jaartallen uit deze les
  • 1861: Afschaffing lijfeigenschap
  • 1881: Narodniki vermoord
    Alexander II
  • 1903: Partijvergadering RSA (Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij) over het begin van de arbeidersrevolutie (splitsing in boljewieken / mensjewieken)

Slide 27 - Tekstslide

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 28 - Open vraag

Huiswerk
Voor de volgende les:
Maken de opdrachten 1 t/m 8 van 
4.2 Twee revoluties in één jaar
timer
1:00

Slide 29 - Tekstslide