Trabitour deel 2 herhaling

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Heeft Duitsland een koning of koningin?

1. Ja!
2. Nein!

Waar staat dit bekende Stadion?

1. Berlin
2. München
3. Köln

Hoe heet dit bekende gebouw?

1. Berliner Dom
2. der Reichstag
3. Brandenburger Tor

Wat zijn de kleuren van de Duitse vlag (van boven naar beneden)?

1. zwart-rood-geel
2. rood-zwart-geel
3. geel-zwart-rood

"Hast du Geschwister?" betekent:

1. Heb je een broer?
2. Heb je broers?
3. Heb je broers en zussen?

Wat betekent: "gute Besserung!"?

1. goed gedaan!
2. veel succes!
3. beterschap!

"Wie alt bist du?" betekent:

1. Hoe heet je?
2. Hoe oud ben je?
3. Waar woon je?

De letter: "ß" spreek je in het Duits uit als een:

1. f
2. b
3. s

Welk woord past erbij?
der Junge und...

1. das Kind
2. das Mädchen
3. die Mutter
4. die E-Mail-Adresse

Welk vraagwoord past in de zin?
"_____ bist du so froh (vrolijk)"?

1. Was
2. Wie
3. Woher
4. Warum

Welk vraagwoord past in de zin?
"____ heißt du?"

1. Wie
2. Was
3. Wer
4. Woher

Het Duitse voetbalteam wordt .. genoemd.

1. die Fußballspieler
2. die Mannschaft

Welke automerken komen uit Duitsland?

1. Audi, BMW, Porsche
2. Audi, Porsche, Renault
3. Volkswagen, BMW, Fiat

Wat is de oudste stad van Duitsland?

1. Oldenburg
2. Berlin
3. Trier
4. Stuttgart

Wie zie je op de achtergrond?

1. Steffi Graf
2. Angela Merkel
3. Claudia Pechstein
4. Helene Fischer

Welke woorden schrijf je in het Duits met een Hoofdletter?

1. werkwoorden
2. bijvoeglijke naamwoorden
3. zelfstandige naamwoorden
4. bijwoorden

Welk getal zie je op het plaatje?

1. sechzehn
2. siebzehn
3. siebenzehn

Welk getal zie je op het plaatje?

1. zwanzig
2. dreißig
3. zweizig

Op welk plaatje zie je: "Flammkuchen"?

1. 
2. 
3. 

Op welk plaatje zie je "Pommes"?

1. 
2. 
3. 
4. 

Heeft Duitsland een koning of koningin?

1. Ja!
2. Nein!