Beweiding les 5

Grasland les 5
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
BeweidingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Grasland les 5

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Stelling: voor beweiden kun je het best rode klaver gebruiken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Vanaf welke temperatuur groeit gras?
A
5 graden
B
7 graden
C
8 graden
D
10 graden

Slide 4 - Quizvraag

Wat is verhouting?
A
Het gras wordt stengelig
B
Het gras breekt af
C
Het gras schiet in de bloei

Slide 5 - Quizvraag

De koeien krijgen één tot drie keer per dag een nieuwe strook gras aangeboden.
A
Omweiden
B
Standweiden
C
Stripgrazen
D
Pure Graze

Slide 6 - Quizvraag

De koeien gaan tweemaal per dag een korte tijd naar buiten, op deze manier komt het voer gespreid over de dag in de pens
A
Pure Graze
B
Siëstabeweiding
C
Omweiden
D
Kurzrasen

Slide 7 - Quizvraag

Er wordt geroteerd binnen één weideblok. Binnen het blok lopen de koeien iedere dag in een nieuw perceel
A
Standweiden
B
Omweiden
C
Stripgrazen
D
Roterend standweiden

Slide 8 - Quizvraag

Het weiland wordt opgedeeld in 2 of 3 blokken. Koeien grazen hier 2 tot 6 weken achter elkaar. Dan wordt het blok gemaaid
A
Standweiden
B
Roterend standweiden
C
Nieuw Nederlands Weiden
D
Omweiden

Slide 9 - Quizvraag

Koeien grazen het hele jaar door op dezelfde percelen met een grashoogte van 3 tot 5 cm
A
Nieuw Nederlands Weiden
B
Pure Graze
C
Kurzrasen
D
Iers beweiden

Slide 10 - Quizvraag

Welk beweidingssysteem geeft weinig vertrapping?
A
Standweiden
B
Stripgrazen
C
Siestabeweiding
D
Pure Graze

Slide 11 - Quizvraag

Stel: je wil 100 koeien weiden en ze 8 kg DS weidegras laten opnemen. Hoeveel kg ds moet je ze dan op stal bijvoeren?

Slide 12 - Open vraag

Wat zijn de 6 aandachtsgebieden bij beweiden?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

De koe scheidt eitjes uit via de mest
De eitjes ontwikkelen zich tot trilhaarlarven
Het leverbotslakje neemt de trilhaarlarven op
De trilhaarlarven worden staartlarven
De staartlarven hechten zich aan het gras
Gras net de staartlarven worden opgenomen door de koe

Slide 20 - Sleepvraag

Slide 21 - Tekstslide

Wat zegt het ureumgehalte?

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Wat zijn de kenmerken van najaargras?

Slide 26 - Woordweb

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Welke onkruidsoorten kennen we?

Slide 34 - Woordweb

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide