2.8 De rol van de koloniën tijdens de Industriële revolutie

2.8 De rol van de koloniën in G-B 1750-1900
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

2.8 De rol van de koloniën in G-B 1750-1900

Slide 1 - Tekstslide

Britse Rijk in kaart

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Economische voorsprong G-B
 -> Koloniale rijk + beheersing van de handelsroutes =

1) Grondstoffen (uit koloniën)
2) ondernemers investeerden hun winst in GB
3) Afzetmarkt 

Slide 5 - Tekstslide

Brits imperialisme voor of door de Industriële Revolutie
  •  I.R. = Overgang van kleinschalige handmatige productie naar grootschalige machinale productie

  • Mogelijk door uitvindingen: - Spinning Jenny 1764
     - Stoommachine (1e stoomspinnerij                                          1790) 

Slide 6 - Tekstslide

Bevolkingsgroei
Door:
- Landbouwverbeteringen (mechanisering, kunstmest en nieuwe gewassen) - Meer gevarieerd voedsel
- Ziektebestrijding

Gevolg: 
- Groter aanbod goedkope arbeid --> nog vergroot door herverkaveling. 

Slide 7 - Tekstslide

- Ontstaan sociale klassen o.bv. bezit en inkomen i.p.v standen

- Rijke industriëlen willen meer macht: Reform Bill (censuskiesrecht)


Slide 8 - Tekstslide

Protest arbeiders
Woon- en werkomstandigheden zijn erg slecht. 


Slide 9 - Tekstslide

Botsing overheid en arbeiders
Regel tegen het verzet: Combination Acts, 1799-1800 = Geen vakbonden vormen.
1825 opgeheven -> veel stakingen.

Overheid bedenkt: Factory Acts: regels over veiligheid. Kortere werktijden voor vrouwen en kinderen. 

-> Langzaam via vakbonden steeds meer rechten.

Slide 10 - Tekstslide

Handelskapitalisme -> Industrieel kapitalisme:


In middeleeuwen nijverheid en handel belangrijk ->handelskapitalisme. 

Industrieel kapitalisme:
- Draait om fabrieken en mijnen 
- Productie in handen van fabrikanten en grootindustriëlen 
- Vanaf 1870: ondernemingen naamloze vennootschap (NV). Samen bedrijf bezitten, middels aandelen.

Slide 11 - Tekstslide

Liberale markteconomie
Ondernemers streefden naar een liberale markteconomie:

 - Vrijhandel (Adam Smith)
- Kleine rol overheid


Slide 12 - Tekstslide

Invloed ondernemers Britse wereldrijk
 - Britse marine dwingt vrijhandel (soms) af
- Ondernemers investeren in projecten in de koloniën 


Slide 13 - Tekstslide

Londen financiële hart van de wereld
- Leidende functie banken/verzekeringen
- Bescherming Royal Navy
- Verbonden met netwerk van spoorwegen


Slide 14 - Tekstslide

Antwoord op concurrentie V.S. en DLD Britse wereldrijk uitgebreid

Slide 15 - Tekstslide

Maken 
- Basisvragen (blz 59): 
32 t/m 47

Slide 17 - Tekstslide

Factory Acts in Engeland

Wat waren de belangrijkste bepalingen uit de Fabriekswet van 1833? In het kort kwam de Factory Act op het volgende neer:

  • Fabriekseigenaren moesten voor alle kinderen in hun fabriek een leeftijdscertificaat hebben.
  • Kinderen van 13 -18 jaar mochten voortaan niet meer dan twaalf uur per dag werken.
  • Kinderen van 9-13 jaar mochten niet meer dan acht uur per dag werken, met een maximum van 48 uur per week.
  • Er kwam een verbod op nachtelijke werktijden voor kinderen.
  • Ieder kind diende minimaal twee uur per dag onderwijs te krijgen.
  • Kinderen die werkten hadden recht op minimaal anderhalf uur eettijd per werkdag

Slide 18 - Tekstslide

Bron: Robert Owen en New Lanark

In de tijd dat Robert Owen het management van New Lanark overnam werd al schande gesproken van de levensomstandig-heden van de nieuwe arbeidersklasse. Owen had zich voor-genomen te bewijzen dat dit niet het onvermijdelijke gevolg hoefde te zijn van industrialisering of winstbejag. Wat dat betreft verschilde hij niet van andere filantropische industriëlen. 

Maar Owen ging een stapje verder: zijn programma in Lanark was niet alleen gebaseerd op filantropie, efficiëntie of op plichtsbesef jegens de werknemers, maar op zijn overtuiging dat 'het menselijk karakter niet gevormd wordt door, maar voor de mens'. Het kwam erop neer dat hij dacht het karakter van mensen te kunnen veranderen door wijziging van hun levensomstandigheden. 'Het einddoel van de karaktervorming is het geluk', zo geloofde hij, 'want het streven naar geluk zal de enige godsdienst van de mens zijn'. 

Bron: https://histoforum.net/lesmateriaal/newlanark.htm

Slide 19 - Tekstslide