Le transport en commun à Bruxelles

Le transport en commun à Bruxelles
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransSecundair onderwijs

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Le transport en commun à Bruxelles

Slide 1 - Tekstslide

Info générale
Le métro ouvre à 06h00 du matin les samedis, dimanches et jours fériés. Certaines lignes comme la 3 et la 4 opèrent quotidiennement à partir de 05h00. La fréquence de passage oscille entre 6 et 10 minutes durant les horaires normaux. Jusqu'à 06h00 et à partir de 23h00, la fréquence de passage passe à 20 minutes.

Slide 2 - Tekstslide

Qu'est-ce qu'on voit sur cette carte?

Slide 3 - Tekstslide

Ajoutez le vocabulaire à votre liste.

Slide 4 - Tekstslide

Quels partenaires s'occupent du transport en commun à Bruxelles?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

votre point de départ
votre destination
la date du voyage
l'heure

Slide 7 - Tekstslide

numéro
station
ligne
couleur

Slide 8 - Sleepvraag

X
X
X
X
X
X

Slide 9 - Sleepvraag

Ajoutez les phrases à votre liste de mots.
Hij kijkt op het plan.
Laurent gaat binnen in de metro.
Hij wandelt in de gangen.
Hij heeft zijn ticket.
Hij neemt een ticket.
Hij komt aan op het perron van de metro.
Het metrostel komt aan in het station.
Hij stapt in in het compartiment.
Hij gaat naast andere reizigers zitten.
een station
een lijn
Laurent neemt de metro.

Slide 10 - Tekstslide

monter
descendre
changer
instappen
uitstappen
overstappen
je / j'
tu
il / elle / on
nous
vous
ils / elles
Schrijf de vervoegingen op je blad. Controleer daarna met de volgende dia.

Slide 11 - Tekstslide

monter
descendre
changer
instappen
uitstappen
overstappen
je / j'
monte
descends
change
tu
montes
descends
changes
il / elle / on
monte
descend
change
nous
montons
descendons
changeons
vous
montez
descendez
changez
ils / elles
montent
descendent
changent
Controleer je antwoorden.

Slide 12 - Tekstslide

partir
passer par
s'arrêter
vertrekken
rijden langs
stoppen
je / j'
tu
il / elle / on
nous
vous
ils / elles
Schrijf de vervoegingen op je blad. Controleer daarna met de volgende dia.

Slide 13 - Tekstslide

partir
passer par
s'arrêter
vertrekken
rijden langs
stoppen
je / j'
pars
passe par
m'arrête
tu
pars
passes par
t'arrêtes
il / elle / on
part
passe par
s'arrête
nous
partons
passons par
nous arrêtons
vous
partez
passez par
vous arrêtez
ils / elles
partent
passent par
s'arrêtent
Controleer je antwoorden.

Slide 14 - Tekstslide

présenter son ticket
valider son ticket
zijn ticket tonen
zijn ticket valideren
je / j'
tu
il / elle / on
nous
vous
ils / elles
Schrijf de vervoegingen op je blad. Controleer daarna met de volgende dia.

Slide 15 - Tekstslide

présenter son ticket
valider son ticket
zijn ticket tonen
zijn ticket valideren
je / j'
présente mon ticket
valide mon ticket
tu
présentes ton ticket
valides ton ticket
il / elle / on
présente son ticket
valide son ticket
nous
présentons notre ticket
validons notre ticket
vous
présentez vos tickets
validez vos tickets
ils / elles
présentent leurs tickets
valident leurs tickets
Schrijf de vervoegingen op je blad. Controleer daarna met de volgende dia.

Slide 16 - Tekstslide

Dialogue
Bekijk het filmpje op de volgende dia.
Noteer de woorden die je nodig hebt om de weg uit te leggen in de metro.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Expliquez l'itinéraire
Vraag aan je leerkracht het plan dat je op de volgende dia ziet. 
Je krijgt het op papier, zodat je een goed overzicht hebt. 
Maak een schriftelijke voorbereiding van wat je gaat zeggen.
  • Zeg wat je doet voor je in de metro stapt (zie dia Laurent)
  • Kies een station om van te vertrekken.
  • Leg de weg uit naar een ander station. 
  • Stap minstens twee keer over. 
Maak een opname van deze uitleg en post die op Smartschool.

Slide 19 - Tekstslide

Regardez la vidéo
Ecoutez bien et notez les mots qu'il faut pour expliquer le chemin au métro.

Slide 20 - Tekstslide