12.3 - Soorten veranderen V2

12.3 - Soorten veranderen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

12.3 - Soorten veranderen

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les
Je leert:
wat Darwin ontdekte
hoe verschillende rassen ontstaan
wat natuurlijke selectie is
hoe nieuwe soorten ontstaan
hoe erfelijke variatie ontstaat
wat evolutie is

Slide 2 - Tekstslide

Hoe is er leven op aarde ontstaan?

Slide 3 - Woordweb

Evolutie

Slide 4 - Woordweb

Charles Darwin
1809 - 1882


Slide 5 - Tekstslide



- De organismen die het best zijn 'aangepast' aan hun biotoop (omgeving) overleven
- Ze planten zich voort en geven hun gunstige eigenschappen door aan hun nakomelingen


- De organismen niet goed zijn 'aangepast' aan hun biotoop (omgeving) overleven het niet
- De minder gunstige eigenschap wordt dus ook niet doorgegeven aan nakomelingen: de soort sterft uit.
Natuurlijke selectie

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeelden van natuurlijke selectie

Slide 7 - Tekstslide

LET OP: Een individu past zich niet aan. Een soort past zich in de loop van de tijd aan. Dit duurt vele generaties.

Dus niet: Een giraf ziet blaadjes hoog in een boom hangen en krijgt een langere nek om erbij te kunnen.

Maar wel: De giraffes met een langere nek hebben een grotere overlevingskans. De eigenschap lange nek geven ze door aan hun nakomelingen.

Slide 8 - Tekstslide

De drie voorwaarden voor evolutie
1. Er is variatie in fenotype
* door omgeving
* door verandering 
in genotype (mutatie)

Slide 9 - Tekstslide

De drie voorwaarden voor evolutie
2. De variatie is erfelijk
* als het erfelijk is, staat het
in het DNA en wordt het 
doorgegeven aan de 
nakomelingen

Slide 10 - Tekstslide

De drie voorwaarden voor evolutie
3. Er is (natuurlijke) selectie
* individuen met bepaalde
gunstige eigenschappen
hebben een grotere kans om
te overleven en zich voort te
planten. Die individuen geven
hun gunstige eigenschappen door

Slide 11 - Tekstslide

De ontwikkeling van larve
tot lieveheersbeestje is een
voorbeeld van evolutie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

De ontwikkeling van vissen tot amfibieën is een voorbeeld van evolutie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Hoe kon het dat de 'Darwinvinken' in de loop van de tijd verschillende soorten werden
A
isolatie
B
variatie in fenotypen
C
verschil in omgeving
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 14 - Quizvraag

Natuurlijke selectie noemen we ook wel "Survival of the ......."
A
firmest
B
fattest
C
fastest
D
fittest

Slide 15 - Quizvraag

Wat houdt survival of the fittest in?

Slide 16 - Open vraag

Huiswerk
Van 12.3 maken opdr: 3, 4, 6, 13, 15, 16, 17, 18, 20, 23

Slide 17 - Tekstslide

Oefenvragen

Slide 18 - Tekstslide

Cyanobacteriën waren de eerste organismen op aarde. Waarom waren ze zo belangrijk voor het ontstaan van andere organismen?
A
Ze produceren zuurstof
B
Ze produceren zonlicht
C
Ze produceren koolstofdioxide
D
Ze produceren water

Slide 19 - Quizvraag

Met welke soort vertoont soort 2 de meeste verwantschap?
A
1
B
3
C
4
D
7

Slide 20 - Quizvraag

Mutaties zijn niet noodzakelijk voor evolutie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Waarvan spreken we als het gaat om het best aangepaste dier overleeft?
A
Isolatie
B
Natuurlijke selectie
C
Kunstmatige selectie
D
Mutaties

Slide 22 - Quizvraag

Wat zijn de 3 voorwaarden voor evolutie?

Slide 23 - Open vraag