voltooid deelwoord: regelmatig en onregelmatig

voltooid deelwoord
regelmatig en onregelmatig
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

voltooid deelwoord
regelmatig en onregelmatig

Slide 1 - Tekstslide

Kies de goede zin:
A
Ik heb koffie gehaalt.
B
Ik heb koffie gehaald.
C
Ik ben koffie gehaalt.
D
Ik ben koffie gehaald.

Slide 2 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik heb mijn haar knipt.
B
Ik ben mijn haar geknipt.
C
Ik heb mijn haar geknipt.
D
Ik heb mijn haar geknipd.

Slide 3 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik ben naar Amsterdam gereist.
B
Ik ben naar Amsterdam gereisd.
C
Ik heb naar Amsterdam gereisd.
D
Ik heb naar Amsterdam gereist.

Slide 4 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik ben met de trein gereist.
B
Ik ben met de trein gereisd.
C
Ik heb met de trein gereisd.
D
Ik heb met de trein gereist.

Slide 5 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik heb dat broodje betaalt.
B
Ik heb dat broodje betaald.
C
Ik heb dat broodje gebetaald.
D
Ik heb dat broodje gebetaalt.

Slide 6 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik heb een jas gekocht.
B
Ik ben een jas gekocht.
C
Ik heb een jas gekoopt.
D
Ik heb een jas gekoopd.

Slide 7 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik heb naar de supermarkt gewandelt.
B
Ik ben naar de supermarkt gewandeld.
C
Ik ben naar de supermarkt gewandelt.
D
Ik heb naar de supermarkt gewandelt.

Slide 8 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik heb met het kindje gewandeld.
B
Ik heb met het kindje gewandelt.
C
Ik ben met het kindje gewandeld.
D
Ik ben met het kindje gewandelt.

Slide 9 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik heb het pakje geophaald.
B
Ik heb het pakje opgehaald.
C
Ik heb het pakje opgehaalt.
D
Ik heb het pakje geophaalt.

Slide 10 - Quizvraag

Kies de goede zin:
A
Ik heb besluit naar welke school ik ga.
B
Ik heb besloten naar welke school ik ga.
C
Ik heb besluiten naar welke school ik ga.
D
Ik heb besluitend naar welk school ik ga.

Slide 11 - Quizvraag

(halen): Ik heb de trein ..................

Slide 12 - Open vraag

(wassen): Ik heb de baby ..............

Slide 13 - Open vraag

(verven): Ik heb het huis .............

Slide 14 - Open vraag

(geloven): Ik heb dat verhaal niet ...........

Slide 15 - Open vraag

(kopen): Ik heb gisteren een nieuwe Iphone ...........

Slide 16 - Open vraag

(snijden): De bakker heeft het brood alvast ...........

Slide 17 - Open vraag

(drinken): We hebben vanmorgen samen koffie ...........

Slide 18 - Open vraag

Maak zelf een zin met het voltooid deelwoord: gehad

Slide 19 - Open vraag

Maak zelf een zin met het voltooid deelwoord: geweest

Slide 20 - Open vraag