Weektaak 50 2HM Lezen H3

Nederlands
Weektaak 50 Lezen H3 

Zinsverbanden en signaalwoorden
                           2 hm  Nederlands 

                         Weektaak 50

                              H3 Lezen 

       Zinsverbanden en signaalwoorden
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Weektaak 50 Lezen H3 

Zinsverbanden en signaalwoorden
                           2 hm  Nederlands 

                         Weektaak 50

                              H3 Lezen 

       Zinsverbanden en signaalwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel

Ik  kan opsommingen en tegenstellingen  in een tekst  aan de hand van signaalwoorden vinden. 

Slide 2 - Tekstslide

                              Even Herhalen........

~> Oriënterend lezen: bekijk de tekst + lees inleiding

~> Precies lezen: lees de hele tekst

~> Globaal lezen: lees eerste en laatste zin van de alinea



Slide 3 - Tekstslide

Even herhalen...

1. Onderwerp 
        2.Deelonderwerp
1. Onderwerp
~> waar gaat de tekst over? In 1 of een paar woorden

2. Deelonderwerp
~> onderwerp van een alinea, in 1 of een paar woorden

Slide 4 - Tekstslide

Even herhalen...

Hoofdgedachte
3. Hoofdgedachte
~> Wat is het belangrijkste wat er over het onderwerp wordt gezegd, in 1 volledige zin
~> Soms in inleiding of slot, soms zelf formuleren


Slide 5 - Tekstslide


Even herhalen .....

Hoofd- en bijzaken en samenvatten
1. Hoofd- en bijzaken
- De belangrijkste informatie in een tekst = hoofdzaken
- Wat niet zo belangrijk is = bijzaken

Waar?
- Hoofdzaken: inleiding, slot, eerste en laatste zin van een alinea
- Bijzaken: voorbeelden en meer uitleg

Slide 6 - Tekstslide


Even herhalen....

Hoofd- en bijzaken en samenvatten

2. Samenvatting
*Waarom? Om een tekst beter te onthouden
*Hoe: 
- Zoek de belangrijkste zinnen van de alinea's
- Zet de belangrijkste zinnen onder elkaar in een lopende tekst
- Je begint of eindigt je samenvatting met de hoofdgedachte
- Let op: Voorbeelden of een lange uitleg staan niet in je samenvatting

Slide 7 - Tekstslide

Tekstverbanden en signaalwoorden


In teksten staan signaalwoorden zoals : 
later, terwijl, ten eerste, ook, maar, toch ~> geven aan op welke manier woorden, zinnen en alinea's samenhangen.  Die samenhang heet tekstverband.

Slide 8 - Tekstslide

De zinsverband en signaalwoorden:
1. Opsommend verband:
zaken die bij elkaar horen worden na elkaar genoemd.

 Signaalwoorden voor opsommend verband : ten eerste, om te beginnen, ook, verder,...
Symbolen: dubbele punt, streepjes, getallen, dots

Bv: Zorg ten eerste dat je een vast bedrag krijgt. Spreek verder af hoelang je met het geld moet doen. 

Slide 9 - Tekstslide

De zinsverband en signaalwoorden
                                        2. Tegenstellend verband

zaken worden genoemd die elkaars tegenovergestelde zijn. 
Signaalwoorden: tegenover, maar, hoewel, echter, toch, aan de ene kant,...

Bv: Veel jongeren willen in de vakantie wat bijverdienen, maar er is dit jaar weinig vakantiewerk te vinden.

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag in de les/klas!
Lees de theorie goed door.
Maken: blz .65  opdracht 1
                blz . 66 opdracht 2

Deze opdrachten bespreken wij op school.

Slide 11 - Tekstslide

zelfstandig werken (in de klas en  thuis)
Blz.65  opdracht 1
Blz.66  opdracht 2 en 3
Blz.68 opdracht 5

Slide 12 - Tekstslide