Bedenk twee voorbeelden van toetsvragen over jouw paragraaf. Schrijf elke vraag op een apart blaadje. Hou de vragen voor jezelf!
Schrijf in je schrift het juiste, volledige antwoord op beide vragen.
timer
10:00
Slide 4 - Tekstslide
Ronde 2: speel het spel
Je docent zet jullie tegenover een ander duo.
Duo 1 begint met een vraag te stellen aan duo 2.
-> Is het antwoord juist? Dan krijgt duo 2 het blaadje met de vraag.
-> Is het antwoord onjuist? Dan vertelt duo 1 het juiste antwoord maar houdt het blaadje met de vraag zelf.
Duo 1 stelt dan de volgende vraag.
Duo 2 kan nu hun beide vragen stellen aan duo 1.
Als de docent het zegt, dan schuif je door.
timer
4:00
Slide 5 - Tekstslide
Ronde 3: speel het spel
Je docent zet jullie tegenover een ander duo.
Duo 1 begint met een vraag te stellen aan duo 2.
-> Is het antwoord juist? Dan krijgt duo 2 het blaadje met de vraag.
-> Is het antwoord onjuist? Dan vertelt duo 1 het juiste antwoord maar houdt het blaadje met de vraag zelf.
Duo 1 stelt dan de volgende vraag.
Duo 2 kan nu hun beide vragen stellen aan duo 1.
Als de docent het zegt, dan schuif je door.
timer
4:00
Slide 6 - Tekstslide
Ronde 4: speel het spel
Je docent zet jullie tegenover een ander duo.
Duo 1 begint met een vraag te stellen aan duo 2.
-> Is het antwoord juist? Dan krijgt duo 2 het blaadje met de vraag.
-> Is het antwoord onjuist? Dan vertelt duo 1 het juiste antwoord maar houdt het blaadje met de vraag zelf.
Duo 1 stelt dan de volgende vraag.
Duo 2 kan nu hun beide vragen stellen aan duo 1.
Als de docent het zegt, dan schuif je door.
timer
4:00
Slide 7 - Tekstslide
Afsluiting
Welk duo heeft de meeste blaadjes met vragen verzameld?
-> winnaars
van welke vraag heb je iets geleerd?
welke vraag verwacht je dat die op de toets komt?
welke vraag wist je al?
Slide 8 - Tekstslide
Laatste les Hfst 4, verschillende opties:
1. Samenvatting Hoofstuk 4
2. Diagnostische toets maken (je mag hem sowieso mee naar huis nemen)
Slide 9 - Tekstslide
Hfst 4 Samenvatting
Slide 10 - Tekstslide
4.1. Energie
Je kunt uitleggen wat de wet van behoud van energie is
Je kunt benoemen welke energieomzetting plaatsvindt
je kunt het verschil uitleggen tussen exotherm en endotherme reacties
je kunt de begrippen reactiewarmte en activeringsenergie uitleggen en toepassen
je kunt de reactiewarmte en de activeringsenergie in een energiediagram weergeven
Slide 11 - Tekstslide
Wet van behoud van energie
Vormen van energie:
warmte, licht, mechanische energie, elektrische energie, stralingsenergie en chemische energie
Slide 12 - Tekstslide
Exotherme reacties
Exotherm: Er komt energie vrij
De beginstoffen staan energie af aan de omgeving
Chemische energie producten lager dan chemische energie beginstoffen
Slide 13 - Tekstslide
Endotherme reacties
Endotherm: Er is energie nodig.
Er is constant energie vanuit de omgeving nodig om de chemische reactie te laten plaatsvinden.
Chemische energie producten hoger dan chemische energie beginstoffen
Slide 14 - Tekstslide
Exotherme en endotherme reacties
Voor beide soort reacties is altijd energie nodig om te beginnen!
Dat is de activeringsenergie
Bij exotherme reacties is er genoeg energie om daarna zelf te verlopen
Slide 15 - Tekstslide
Energiediagram
x-as : geen eenheid
y-as : energie
Beginstoffen
Geactiveerde toestand
Reactieproducten
Reactie-energie
Slide 16 - Tekstslide
Faseovergangen
Smelten en verdampen zijn endotherme processen
Stollen en condenseren zijn exotherme processen
Slide 17 - Tekstslide
4.2. Reactiesnelheid
Je kunt uitleggen wat de reactiesnelheid van een chemische reactie inhoudt
Je kunt met behulp van het botsende-deeltjesmodel uitleggen welke invloed de factoren temperatuur, concentratie en verdelingsgraad hebben op de reactiesnelheid
Je kunt uitleggen hoe een katalysator de reactiesnelheid beïnvloedt
Slide 18 - Tekstslide
Reactiesnelheid
De snelheid waarmee het reactieproduct wordt gevormd.
Aantal mol dat per liter gevormd wordt in een seconde in mol/(L*s)
Slide 19 - Tekstslide
Botsende-deeltjesmodel
Effectieve botsing: leidt tot een chemische reactie
Slide 20 - Tekstslide
Reactiesnelheid
De reactiesnelheid wordt beïnvloed door:
Temperatuur
Concentratie
Verdelingsgraad
Katalysator
Slide 21 - Tekstslide
Temperatuur
Slide 22 - Tekstslide
Concentratie
(hoeveelheid deeltjes per Liter)
Slide 23 - Tekstslide
Grotere verdelingsgraad
Slide 24 - Tekstslide
Katalysator
Een stof die ervoor zorgt dat een bepaalde reactie sneller verloopt
Hij wordt zelf niet verbruikt tijdens een reactie en is na afloop van de reactie nog aanwezig!
Slide 25 - Tekstslide
4.3 Massa
Je kunt op microniveau uitleggen waarom de wet van massabehoud altijd geldt
Je kunt molverhoudingen gebruiken om massaberekeningen uit te voeren aan reacties
Je kunt uitleggen wat de begrippen overmaat en ondermaat inhouden
Je kunt uitleggen welke stof in overmaat/ondermaat aanwezig is
Slide 26 - Tekstslide
Wet van behoud van massa
Tijdens een chemische reactie gaat geen massa verloren