6.5 Ruzie over slavernij



Hoofdstuk 6


De Verenigde Staten: verdeeld of toch één?
6.5  Ruzie over slavernij
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les



Hoofdstuk 6


De Verenigde Staten: verdeeld of toch één?
6.5  Ruzie over slavernij

Slide 1 - Tekstslide

6.5. Ruzie over slavernij

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk van slavernij?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan je herkennen en uitleggen hoe in het zuiden en in het noorden werd gedacht over slavernij, en hoe slavernij tot steeds grotere spanningen tussen zuidelijke en de noordelijke staten leidde. 

Slide 5 - Tekstslide

Zuid versus Noord
  • Zuiden en Noorden van de VS komen in de 19e eeuw met elkaar in conflict. 
  • Cultureel gezien is er een groot verschil tussen deze twee regio's. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Het Zuiden
  • Veel plantages met tabak en vooral katoen
  • Katoen moet met de hand geplukt worden
  • Engelse textielindustrie: behoefte aan katoen
  • 1793 uitvinding cotton gin zorgde voor stijgende vraag naar slaven

Slide 8 - Tekstslide

Het Zuiden
  • steeds meer plantages in het zuiden
  • enorme groei van het aantal slaven ondanks
  • 1808 afschaffing internationale slavenhandel
  • Kinderen van slaven werden slaven. Dus: binnen de VS bleven slaven handelswaar. 

Slide 9 - Tekstslide

Het Noorden
  • Weinig plantages, vooral fabrieken en industrie
  •  Veel textielindustrie, katoen gekocht van het zuiden. 
  • Maakten gebruik van betaalde arbeiders uit Europa
  • groei witte bevolking door immigratie uit Europa

Slide 10 - Tekstslide

Het Noorden 

- Het noorden vond de slavenarbeid oneerlijke concurrentie. Dit maakte het zuiden te rijk en machtig in de ogen van het noorden.
- Vanaf 1777 verbieden steeds meer Noordelijke staten slavernij
- abolitionisme: slavernij in strijd met ideeën over gelijkheid in de onafhankelijkheidsverklaring en grondwet

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Huiswerktoetsje blz. 131
1. Leg uit waarom de mensen in het Zuiden bang geworden voor het parlement?

2. Leg uit wat de Underground Railroad was en hoe dit werkte. 

Slide 13 - Tekstslide

Spanningen 
- Noorden: witte bevolkingsgroei door immigratie die samenhing met industrialisatie en verstedelijking.
- Steeds meer staten waren tegen slavernij.
- Het zuiden werd bang dat het parlement slavernij zou afschaffen.

Slide 14 - Tekstslide

1820 Missouri - compromis
- Om een oorlog tussen noord en zuid te voorkomen kwamen de staten tot het Missouri-compromis:
- Er komen 12 slavenvrije staten. 
- Boven de 36e breedtegraad werd slavernij verboden.
- Steeds meer slaven vluchten naar de slavenvrije staten. Ze werden ook actief geholpen (Underground Railroad)

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Missouri - compromis

Slide 19 - Tekstslide

Steeds meer spanningen
- 1850: California wordt ook slavenvrij terwijl deze staat onder de 36e breedtegraad ligt.
- Het zuiden wil dat de slavensmokkel stopt en eist dat smokkelaars worden aangepakt en dat slaven worden teruggestuurd.
- Veel mensen in het noorden accepteerden niet dat het zuiden iets te zeggen wilde hebben in het noorden, en dat slaven moesten worden teruggestuurd.
- Het zuiden en het noorden komen lijnrecht tegenover elkaar te staan.

Slide 20 - Tekstslide

begrippen, jaartallen en personen
  • plantage
  • cotton gin (1793)
  • 1808 verbod op internationale slavenhandel in VS
  • abolitionisten
  • 1777-1804 verbod op slavernij in de meeste noordelijke staten 
  • Missouri-compromis
  • 36e breedtegraad werd de grens tussen staten met en zonder slaven
  • Underground Railroad

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan je herkennen en uitleggen hoe in het zuiden en in het noorden werd gedacht over slavernij, en hoe slavernij tot steeds grotere spanningen tussen zuidelijke en de noordelijke staten leidde. 

Slide 22 - Tekstslide

drie video's, zelf te bekijken
(De eerste is Engelstalig en niet ondertiteld, maar zal voor de meesten van jullie goed te volgen zijn. De andere twee zijn Nederlandstalig. 
Het tweede filmpje gaat over hoe slavernij kon bestaan in het vrije Amerika, de derde is een uitlegfilmpje over slavernij en abolitionisme )

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

video, zelf te bekijken
Histoclip: slavernij

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Moeten wij ons schuldig voelen over vroegere slavernij?

Slide 29 - Tekstslide

Wie zijn er schuldig aan de slavernij?
A
Arabieren
B
Romeinen
C
Chinezen
D
Nederlanders

Slide 30 - Quizvraag

Slavernij is van alle tijden

Slide 31 - Tekstslide

Het was ''gebruikelijk''

Slide 32 - Tekstslide

Slaven zijn niet altijd zwart

Slide 33 - Tekstslide

Ook witte mensen waren slaven

Slide 34 - Tekstslide

geschiedenis van slavernij

Slavernij bestaat minstens zo lang als de geschiedschrijving. Het Oude Egypte, Oude Griekenland, de Romeinen, maar ook modernere Afrikaanse, Amerikaanse, Arabische en Aziatische culturen maakten en maken veel gebruik van slavenarbeid. Slavernij kwam ook in de Chinese, Indische en Amerikaanse indianenculturen voor.  In de vroege middeleeuwen bleef slavernij wijdverbreid aanwezig, waarbij vooral Slavische bevolkingen in Oost-Europa tot slaaf werden gemaakt. De Vikingen hadden slaven en tijdens hun rooftochten ontvoerden ze mensen en maakten die tot slaaf. De Arabische slavenhandel was de handel in slaven in het Midden-Oosten en Noord- en Oost-Afrika, voornamelijk tussen 650 en 1900. Het grootste deel van die handel betrof zwarte Afrikanen met een Bantoe achtergrond, maar ook blanken uit West-Europa en Zuid-Europa werden als slaaf verhandeld. Slavernij in het Ottomaanse Rijk vormde een legaal en belangrijk onderdeel van zowel de economie als de samenleving van het Rijk.

Slide 35 - Tekstslide

Trans-atlantische slavernij

Slide 36 - Tekstslide

geschiedenis van slavernij
De trans-Atlantische slavenhandel bracht vooral zwarte Afrikanen naar Noord- en Zuid-Amerika. In Afrika werden de slaven aangeboden door zwarte stamhoofden die ontdekt hadden dat er te verdienen viel als je bij een stammenoorlog buitgemaakte gevangenen niet doodde, maar voor een goede prijs te koop aan te bieden. Zo werden vanuit Elmina in Ghana 2000 slaven per jaar naar het Amerikaanse continent verscheept. Daar werden zij op plantages tewerkgesteld. Zij werden hierbij zeer slecht behandeld. 

Slide 37 - Tekstslide

Hoe kan het nou dat juist Europeanen veel gingen handelen in mensen uit Afrika?

Slide 38 - Tekstslide

Afrika

Rond het jaar 1000 was slavernij heel normaal, in Afrika en in andere werelddelen.


Hoe meer slaven je had, hoe meer aanzien. Slaven waren dus belangrijk voor Afrikanen.

Slide 39 - Tekstslide

Rol Europa
  • Er was in Afrika al een bestaand netwerk om in slaven te handelen
  • Het was dus vrij eenvoudig om te handelen in slaven
  • De slaven waren vaak al gevangen
  • Europeanen betaalden meer dan Afrikanen en hebben daardoor de slavernij buiten Afrika wel doen toenemen


Slide 40 - Tekstslide

Afschaffing slavernij
  • De drang naar het afschaffen van slavernij werd ook wel: abolutionisme genoemd.
Slavenhandel neemt af, hoe komt dat?

Slide 41 - Tekstslide

Waarom wilde men slavernij afschaffen?

  • Tijdens de verlichting veranderde de meningen over slavernij
  • Iedereen moest vrij zijn, ook slaven.
  • Daarom waren verlichtingdenkers vaak ook abolutionisten

Slide 42 - Tekstslide

Bestaat er nog slavernij?

Slide 43 - Tekstslide