Presentatie Link B1 Thema 10 Taak 1

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Beroepsopleiding

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema 10 Taak 1
Wat vond je van deze werkongelukken?
Grappig? Of niet? Heb jij weleens een ongeluk op werk gehad?

Bespreek samen.
timer
1:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Spreken en schrijven over veiligheid.
  2. Het passief gebruiken in imperfectum en perfectum en met ER
Programma
Terugblik: Grammatica
Terugblik: Thema 9 Taak 4
Lezen
Spreken
Schrijven

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een vorm erbij:
  1. Tegenwoordige tijd: worden + voltooid deelwoord
    Mijn moeder bakt de taart. - De taart wordt gebakken door mijn moeder. 
  2. Verleden tijd: werden + voltooid deelwoord
    Mijn moeder bakte de taart. - De taart werd gebakken door mijn moeder.
  3. Voltooide tijd: zijn + voltooid deelwoord
    Mijn moeder heeft de taart gebakken. - De taart is gebakken door mijn moeder.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk voorbeeld is een passieve zin?
A
De brief wordt geschreven.
B
Hij schrijft elke dag.
C
Ik schrijf de brief.
D
Zij leest een boek.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk tijdsvorm is niet passief?
A
Ik zal de opdracht maken.
B
De opdracht wordt gemaakt.
C
De opdracht wordt gemaakt.
D
De opdracht was gemaakt.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vormt men het passief in de presens?
A
Met 'hebben' en het bijvoeglijk naamwoord.
B
Met 'zijn' en de infinitief.
C
Met 'kunnen' en de stam.
D
Met 'worden' en het voltooid deelwoord.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het passief van 'De man leest de krant'?
A
De krant wordt gelezen door de man.
B
De krant is gelezen door de man.
C
De man leest de krant.
D
De krant lezen de man.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vormt men het passief in het imperfectum / verleden tijd?
A
Met 'werden' en het voltooid deelwoord.
B
Met 'zijn' en de infinitief.
C
Met 'kunnen' en de stam.
D
Met 'worden' en het voltooid deelwoord.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het passief van 'De man las de krant'?
A
De krant wordt gelezen door de man.
B
De krant is gelezen door de man.
C
De krant werd gelezen door de man.
D
De krant lezen de man.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vormt men het passief in het perfectum / voltooide tijd?
A
Met 'werden' en het voltooid deelwoord.
B
Met 'zijn' en het voltooid deelwoord.
C
Met 'kunnen' en de stam.
D
Met 'worden' en het voltooid deelwoord.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het passief van 'De man heeft de krant gelezen'?
A
De krant wordt gelezen door de man.
B
De krant is gelezen door de man.
C
De krant werd gelezen door de man.
D
De krant lezen de man.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tegenwoordige tijd
Actief: Men rookt hier niet.
Passief: Hier wordt niet gerookt.

Actief: De cursisten bellen de docent.
Passief: De docent wordt gebeld (door de cursisten)

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verleden tijd
Actief: De glazenwasser zeemde elke maand de ramen.
Passief: De ramen werden elke maand gezeemd.

Actief: De monteur repareert morgen mijn auto.
Passief: Mijn auto wordt morgen gerepareerd.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voltooide tijd
Actief: De nieuwslezer heeft het nieuwsbericht gelezen.
Passief: Het nieuwsbericht wordt gelezen.

Actief: De baas heeft de werknemer ontslagen.
Passief: De werknemer is ontslagen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het passief met ER
De man bezorgt de krant

De krant wordt bezorgd (door de man).

De studenten lachen veel.                                 Geen subject?

Er wordt veel gelachen (door de studenten).

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De cursisten kletsen.
A
De cursisten worden gekletst.
B
De cursisten zijn gekletst.
C
De cursisten werden gekletst.
D
Er wordt gekletst (door de cursisten).

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De kinderen speelden buiten.
A
De kinderen worden buiten gespeeld.
B
De kinderen zijn buiten gespeeld.
C
Er wordt buiten gespeeld (door de kinderen).
D
Er werd buiten gespeeld (door de kinderen).

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hij heeft gevoetbald.
A
Hij is gevoetbald.
B
Hij wordt gevoetbald.
C
Er wordt gevoetbald (door hem).
D
Er is gevoetbald (door hem).

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een passieve zin bij de vorige foto

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een passieve zin bij de vorige foto

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een passieve zin bij de vorige foto

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Kijk samen de opdracht op het werkblad na. Kloppen ze?
timer
1:00

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik: Thema 9 Taak 4
Bespreek de vragen op p. 158 en 159. Hebben jullie hetzelfde? 
timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veiligheid
Waar denken jullie aan?

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Taak 1: Schrijven en praten over veiligheid op werk.
Kijk naar de woorden op de woordenlijst.

Welke woorden ken je (nog) niet? Onderstreep deze, die gaan we bespreken.

timer
1:00

Slide 29 - Tekstslide

Onbekende woorden worden op het bord geschreven. Vervolgens deze woorden bespreken met de klas.
Opdrachten maken in je boek:
Lees de tekst in het boek. 

Maak Zelfstandig of Samen 
Opdr. 2 
Opdr. 3
Opdr. 4
Opdr. 5
Opdr. 6  

Klaar? Pak een laptop en ga verder met huiswerk. Thema 10 Taak 2.



timer
20:00

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugkijken 
Lesdoelen:
Spreken en schrijven over veiligheid op werk.
Het passief gebruiken in imperfectum en perfectum en met er.

Schrijf een vraag op de post-it om volgende les te bespreken. 




Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk Vrijdag



- Thema 10 Taak 1 - af in het boek
- Opdracht veiligheid op werk, stage of opleiding.
- Werkblad passief gemaakt en mee


timer
1:00

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies