Dictee 31 trema en verbindingsstreepje + herhaling

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes

Slide 1 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
Indonesia
B
Indonesië
C
Indonesie

Slide 2 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
miljonair
B
miljonnair
C
miljionair

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
olieïmport
B
olie import
C
olie-import

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
ruziën
B
ruzieën
C
rusiën

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
papier-maché
B
papiermaché
C
papiermasjee

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
na-apen
B
naäpen
C
na-ape

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
pasjient
B
pasjiënt
C
patiënt

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
entré
B
entree
C
enturee

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
Azië
B
Azie
C
Azie-je

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
klaarovers
B
klaar-overs
C
klaarövers

Slide 11 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
ru-ine
B
rüine
C
ruïne

Slide 12 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
cafee
B
cafe
C
café

Slide 13 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
pinguïn
B
pin-guin
C
pingüin

Slide 14 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
ge-ergerd
B
geërgerd
C
gërgert

Slide 15 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
Beaufort
B
Beauford
C
beaufort

Slide 16 - Quizvraag

Volgende week...
t als th

Slide 17 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
teorie
B
theory
C
theorie

Slide 18 - Quizvraag