Terugkijken live-les 4 - 3VWO

Live LessonUp - online-les 4
Bespreken oefentoets deel 1

Heb je de oefentoets al gemaakt? Lekker bezig! Pak dit gemaakte werk erbij.

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Live LessonUp - online-les 4
Bespreken oefentoets deel 1

Heb je de oefentoets al gemaakt? Lekker bezig! Pak dit gemaakte werk erbij.

Slide 1 - Tekstslide

Planning deze les
  • Bespreken opgave 

Slide 2 - Tekstslide

Bestraling vs. Besmetting
Aantekening

Slide 3 - Tekstslide

David is verwarmingsmonteur en werkt regelmatig in kruipruimtes met een verhoogde concentratie van het radioactieve edelgas radon.
A
Bestraling
B
Besmetting (en bestraling)

Slide 4 - Quizvraag

Albert heeft bij de tandarts een röntgenfoto van een kies laten maken en daarbij een stralingsdosis van 0,005mSv opgelopen.
A
Bestraling
B
Besmetting (en bestraling)

Slide 5 - Quizvraag

Activiteit



Activiteit is het aantal kernen van een radioactieve bron dat per seconde vervalt.
naam
symbool
Grootheid
Activiteit
A
eenheid
Becquerel
Bq
Aantekening

Slide 6 - Tekstslide

Jodium vervalt in Xenon en ......



Activiteit is het aantal kernen van een radioactieve bron dat per seconde vervalt.

Slide 7 - Tekstslide

Jodium vervalt in Xenon en een elektron



Activiteit is het aantal kernen van een radioactieve bron dat per seconde vervalt.
151

Slide 8 - Tekstslide

We hebben een bron met 30 jodiumkernen,
na 1 seconde zijn 3 van die jodiumkernen vervallen
De activiteit van deze bron is dus 3 Becquerel, A = 3 Bq

Slide 9 - Tekstslide

Als je een bron met een activiteit van 20 MBq verdeelt over 2 gelijke delen.

Wat is dan de activiteit van 1 van deze delen?
A
10 MBq
B
20 MBq
C
40 MBq
D
dit kun je niet weten, dit ligt aan de stof waaruit de bron bestaat

Slide 10 - Quizvraag

Halveringstijd/Halfwaardetijd
Dit is de tijd waarin de helft van de radioactieve kernen vervalt. 
Dit is ook de tijd waarin de activiteit halveert.

Slide 11 - Tekstslide

Halveringstijd/Halfwaardetijd

Bijvoorbeeld: Radon-222 vervalt in Polonium-218 en een alfa-deeltje, de halveringstijd is 3,8 dagen.
Dus, iedere 3,8 dag vervalt de helft van de Radon-222.
86222Rn84218Po+24He

Slide 12 - Tekstslide

Halveringstijd/Halfwaardetijd




De hoeveelheid radioactieve atomen halveert steeds
20000 x Radon      -->           10000 x Radon         -->               5000 x Radon           -->         2500 x Radon 
0 x Polonium          -->         10000 x Polonium     -->            15000 x Polonium      -->  17500 x Polonium

De activtiteit halveert steeds
0,02 mBq                 -->                0,01 mBq                 -->                  0,005 mBq              -->         0,0025 mBq

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeldvraag 1
Een bron met een activtieit van 3400 Bq heeft een halfwaardetijd van 12 dagen. Wat is de activiteit na 36 dagen?

Slide 14 - Tekstslide

Uitwerking Voorbeeldvraag 1
Een bron met een activtieit van 3400 Bq heeft een halfwaardetijd van 12 dagen. Wat is de activiteit na 36 dagen?
Je weet dat iedere 12 dagen de activiteit halveert, dus:
Na 0 dagen --> A = 3400 Bq
Na 12 dagen --> A = 1700 Bq
Na 24 dagen --> A = 850 Bq
Na 36 dagen -- > A = 425 Bq
Dus, het juiste antwoord is A = 425 Bq 

Slide 15 - Tekstslide

Werkt precies hetzelfde met aantal atomen
Een bron van 3400 atomen heeft een halfwaardetijd van 12 dagen. Wat is het aantal atomen na 36 dagen?
Je weet dat iedere 12 dagen de activiteit halveert, dus:
Na 0 dagen --> 3400 atomen
Na 12 dagen --> 1700 atomen
Na 24 dagen --> 850 atomen
Na 36 dagen -- > 425 atomen
Dus, het juiste antwoord is 425 atomen 

Slide 16 - Tekstslide

Je hebt een stof met een halveringstijd van 2h. De stof heeft een beginactiviteit van 125 Bq. Hoeveel activiteit is er nog over na 10h?

Slide 17 - Open vraag

Je hebt een stof met een halveringstijd van 2h. De stof heeft een beginactiviteit van 125 Bq. Hoeveel activiteit is er nog over na 10h?

na 0 h -> 125 Bq
na 2 h -> 62,5 Bq
na 4 h -> 31,25 Bq
na 6 h -> 15,63 Bq
na 8 h -> 7,81 Bq
na 10 h -> 3,91 Bq
Dus: het antwoord is 3,91 Bq

Slide 18 - Tekstslide

Een bron met een halfwaardetijd van 3 h heeft na
9 h een activiteit van 96 Bq.

Wat was de oorspronkelijke activiteit?
A
12 Bq
B
96 Bq
C
288 Bq
D
768 Bq

Slide 19 - Quizvraag

Een bron met een halfwaardetijd van 3 h heeft na 
9 h een activiteit van 96 Bq. 
Wat was de oorspronkelijke activiteit?

na 0 h   ->  .....  Bq
na 3 h   ->  ...... Bq
na 6 h   -> ....... Bq
na 9 h   ->  96  Bq

Slide 20 - Tekstslide

Een bron met een halfwaardetijd van 3 h heeft na  
9 h een activiteit van 96 Bq. 
Wat was de oorspronkelijke activiteit?

na 0 h   -> 768 Bq
na 3 h   -> 384 Bq
na 6 h   -> 192 Bq
na 9 h   ->  96  Bq

Slide 21 - Tekstslide

Een bron heeft een halfwaardetijd van 20 seconden. Hoeveel procent is er over na 50 seconden?
(maak een schatting en kies)
A
90%
B
26%
C
17,7%
D
11,5%

Slide 22 - Quizvraag

Een bron heeft een halfwaardetijd van 20 seconden. Hoeveel procent is er over na 50 seconden? (maak een schatting)

na 0 s      -->    100%
na 20 s   -->     50%
na 40 s   -->     25 %
na 60 s   -->    12,5 %

Slide 23 - Tekstslide

Een bron heeft een halfwaardetijd van 20 seconden. Hoeveel procent is er over na 50 seconden? (maak een schatting)

na 0 s      -->    100%
na 20 s   -->     50%
na 40 s   -->     25 %
na 60 s   -->    12,5 %
antwoorden:
A : 90%
B : 26 %
C : 17,7 %
D : 11,5 %

Slide 24 - Tekstslide

Algemene vervalkromme
In een vervalkromme kun je de halveringstijd aflezen.
Probeer het eens af te lezen

Slide 25 - Tekstslide

Specifieke vervalkromme
In een vervalkromme kun je de halveringstijd aflezen.
Je ziet in het begin de activiteit:

Je ziet dat na 5700 jaar de activiteit 
gehalveert is. (                                )

De halveringstijd van deze stof is dus:
5700 jaar


A=10105Bq
A=5105Bq

Slide 26 - Tekstslide

Wat is de halveringstijd van deze stof?

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide

Overzichtje
Grootheid
Eenheid
Betekenis
Activiteit [A]
Bequerel [Bq]
- Eigenschap van specifieke bron
- Activiteit is het aantal kernen van een radioactieve bron dat per seconde vervalt.
- wordt steeds minder naarmate de bron verder vervalt
Dosisequivalent [H]
Sievert [Sv]
- Eigenschap van specifiek mens
- Geef aan hoe erg beschadigd je bent door straling
Halveringstijd [T]
sec., jaar, min. ect.
- Eigenschap van stof
- De tijd waarin het aantal kernen en activiteit halveert
- Halveringstijd veranderd nooit, het is een stofeigenschap
Aantekening

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

bespreken vraag 49 

Slide 31 - Tekstslide

Medische tracer

Slide 32 - Tekstslide

Bedankt voor jullie aandacht
weektaak deze week:
Bekijk instructie 8 & maak inleveropdracht 8 in LessonUp
Deadline: 29 mei 23:30

Slide 33 - Tekstslide

Wat kan ik nog verbeteren aan de instructie, inleveropdracht of deze online-les?

Slide 34 - Open vraag

Bedankt voor jullie aandacht
weektaak deze week:
Bekijk instructie 8 & maak inleveropdracht 8 in LessonUp
Deadline: 29 mei 23:30

Slide 35 - Tekstslide