Spelling - aan elkaar of los

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

WELKOM 

bij Nederlands 

Planning vandaag

• uitleg periode
• herhalen vorige les
• start h2

Periode A

• Spelling: vrijdag 8 november

• Betoog: donderdag 14 november

Vorige les:

Spelling: hoofdletters en leestekens.

Bekijk de afbeelding. Waarin maakt de spatie verschil in betekenis?

Aan elkaar of los?

• Je weet wanneer je woorden los of aan elkaar moet schrijven.
  
• Je kunt alle werkwoorden in een samengestelde zin goed spellen

Aan elkaar of los?

• Samenstellingen (tuinman)
  
• Getallen tot twintig, tientallen, honderdtallen (negentien, tweehonderd)
• Voornaamwoordelijke bijwoorden (erachter, daarnaast)
• Tekort, teveel, tegoed (als zelfstandig naamwoorden)

Maken (10 minuten): 

Hoofdstuk 1 (hoofdletters en leestekens): opdr. 1 en opdr. 8

Hoofdstuk 2 (aan elkaar of los): opdr. 1 en opdr. 8

Elke dinsdag wordt het ___ opgehaald.

1. huis vuil
2. huisvuil

Bah, wat is dit ___!

1. huis vuil
2. huisvuil

Leon moest invallen voor zijn zieke ___.

1. team genoot
2. teamgenoot

Het hele ___ van de wedstrijd.

1. team genoot
2. teamgenoot

Welke spellingsregels vond je tot nu toe moeilijk?

• Denk aan: hoofdletters, leestekens, aan elkaar of los. 
• Zet in je daltonplanagenda neer welke dag je hiermee gaat oefenen op cambiumned.nl.
• Zet de opdrachten die je nog niet af hebt in je daltonplanagenda bij woensdag!