Vertelperspectief

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1-3

Oefenen

Hierna volgen verschillende fragmenten. Lees ze goed en bepaald daarna uit welk vertelperspectief het geschreven is. 

Hij staat daar, doodstil, aan de grond genageld. Het vreemde voorwerp dat voor hem op de grond ligt, lijkt hem volledig te hypnotiseren. Het gelei-achtige materiaal gloeit. Een vreemde straling lijkt doelgericht zijn weg te zoeken naar zijn ogen. Pieter beeft. Niet in staat zich te bewegen.

Hij staat daar, doodstil, aan de grond genageld. Het vreemde voorwerp dat voor hem op de grond ligt, lijkt hem volledig te hypnotiseren. Het gelei-achtige materiaal gloeit. Een vreemde straling lijkt doelgericht zijn weg te zoeken naar zijn ogen. Pieter beeft. Niet in staat zich te bewegen.

1. Belevende ik-verteller
2. Vertellende ik-verteller
3. Personeel vertelperspectief
4. Alwetend vertelperspectief

Ik loop op straat en zie voor mij op de grond een vreemd voorwerp liggen. Het is groen en het geeft de suggestie van beweging. Hoewel het maar een klein hoopje drilpudding lijkt, boezemt het me direct angst in. Ik durf er niet naar te kijken, maar kan mijn ogen niet afwenden. Ik moet. Het wil dat ik het zie.

Ik loop op straat en zie voor mij op de grond een vreemd voorwerp liggen. Het is groen en het geeft de suggestie van beweging. Hoewel het maar een klein hoopje drilpudding lijkt, boezemt het me direct angst in. Ik durf er niet naar te kijken, maar kan mijn ogen niet afwenden. Ik moet. Het wil dat ik het zie.

1. Belevende ik-verteller
2. Vertellende ik-verteller
3. Personeel vertelperspectief
4. Alwetend vertelperspectief

Wat Pieter niet wist, terwijl hij aan de stoeptegels vastgevroren naar het vreemde object stond te staren, was dat nog geen vijf minuten daarvoor een ander op die plaats iets verloren was. Een groen, pulserend en zeer gevaarlijk voorwerp. Een voorwerp in paniek meegenomen uit het laboratorium toen daar de hel losbarstte. Toen dokter Hogenstijn zijn creatie niet langer de baas was en zijn collega's met een scalpel te lijf ging.

Wat Pieter niet wist, terwijl hij aan de stoeptegels vastgevroren naar het vreemde object stond te staren, was dat nog geen vijf minuten daarvoor een ander op die plaats iets verloren was. Een groen, pulserend en zeer gevaarlijk voorwerp. Een voorwerp in paniek meegenomen uit het laboratorium toen daar de hel losbarstte. Toen dokter Hogenstijn zijn creatie niet langer de baas was en zijn collega's met een scalpel te lijf ging.

1. Belevende ik-verteller
2. Vertellende ik-verteller
3. Personeel vertelperspectief
4. Alwetend vertelperspectief

We staan op een stuk open terrein. Een vlakte van harde, compacte aarde. Achter de tributen tegenover me zie ik niets wat wijst op een steile helling naar beneden of zelfs een afgrond. Aan mijn rechterhand ligt een meer. Links en achter me een dungezaaid dennenbos. Daar zou Haymitch willen dat ik heen ging. Meteen. Ik hoor zijn instructies in mijn hoofd: ‘Wegwezen daar, creëer zo veel mogelijk afstand tussen jou en de anderen en zoek een waterbron.’

We staan op een stuk open terrein. Een vlakte van harde, compacte aarde. Achter de tributen tegenover me zie ik niets wat wijst op een steile helling naar beneden of zelfs een afgrond. Aan mijn rechterhand ligt een meer. Links en achter me een dungezaaid dennenbos. Daar zou Haymitch willen dat ik heen ging. Meteen. Ik hoor zijn instructies in mijn hoofd: ‘Wegwezen daar, creëer zo veel mogelijk afstand tussen jou en de anderen en zoek een waterbron.’

1. Belevende ik-verteller
2. Vertellende ik-verteller
3. Personeel vertelperspectief
4. Alwetend vertelperspectief

1. Belevende ik-verteller
2. Vertellende ik-verteller
3. Personeel vertelperspectief
4. Alwetend vertelperspectief

1. Belevende ik-verteller
2. Vertellende ik-verteller
3. Personeel vertelperspectief
4. Alwetend vertelperspectief