les 3 :onregelmatige werkwoorden A2

• NT2
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Onregelmatige werkwoorden A2-B1

Grammatica

Onregelmatige werkwoorden A2-B1

voorbeeld

werkwoord                                              doen

verleden tijd enkelvoud                         deed

verleden tijd meervoud                          deden

voltooide tijd                                            hebben gedaan

dc

eten

at

aten

hebben gegeten

ff

gaan

ging

gingen

zijn gegaan

onregelmatige werkwoorden

dc

genieten

genoot

genoten

hebben genoten

ff

geven

gaf

gaven

hebben gegeven

onregelmatige werkwoorden

Gisteren ... wij patat

1. aten
2. eten
3. hebben ge-eet
4. hebben gegeten

Ben je gisteren nog langs je moeder ...?

1. ging
2. gingen
3. gegaan
4. bent gegaan

Ik heb echt ... van mijn vakantie!

1. genieten
2. genoten
3. genoot
4. heb genoten

Hij ... mij elk jaar een mooie roos voor Valentijnsdag

1. heeft gegeven
2. gaf
3. geven
4. gaven

dc

hangen

hing

hingen

hebben gehangen

ff

hebben

had

hadden

hebben gehad

onregelmatige werkwoorden

dc

helpen

hielp

hielpen

hebben geholpen

ff

houden

hield

hielden

hebben gehouden

onregelmatige werkwoorden t/m eruitzien

Waar is mijn jas? Hij ... gisteren nog aan de kapstok

1. hing
2. hangde
3. hingen
4. heeft gehangen

We ... de instructies niet goed gelezen

1. hebben
2. hadden
3. heb
4. gehad

Gelukkig had ik iemand die mij dagelijks ... met alles

1. hebt geholpen
2. helpte
3. hielp
4. holp

Jan zal gemist worden. Alle inwoners ... van hem

1. hielden
2. hield
3. hebben gehouden
4. houdden

dc

Inschrijven

schreef in

schreven in

hebben ingeschreven

*schreef me/schreven ons/hebben ons/

heb me

ff

Kiezen

koos

kozen

hebben gekozen

onregelmatige werkwoorden

dc

Kijken

keek

keken

hebben gekeken

.

.

Komen

kwam

kwamen

zijn gekomen

onregelmatige werkwoorden

Ik heb onze dochter ... voor de sportdag

1. schreef in
2. schrijf in
3. ingeschrijft
4. ingeschreven

Welk gerecht hebben jullie ...?

1. gekozen
2. gekiest
3. kozen
4. kiezen

Vroeger ... ik altijd met mijn moeder naar NCIS

1. kijkte
2. keek
3. keken
4. kijk

... er veel mensen naar het feest?

1. Zijn gekomen
2. Is gekomen
3. Kwam
4. Kwamen

dc

Kopen

kocht

kochten

hebben gekocht

ff

Krijgen

kreeg

kregen

hebben gekregen

onregelmatige werkwoorden t/m eruitzien

dc

Kunnen

kon

konden

hebben gekund

ff

onregelmatige werkwoorden t/m eruitzien

Wij hebben het huis ...

1. gekocht
2. gekoopt
3. kochten
4. koopten

Ik heb meer geld terug ... dan ik moest krijgen

1. kreeg
2. kreegde
3. gekregen
4. gekrijgen

Ik ... haar niet verstaan want de verbinding was slecht

1. heb gekund
2. kon
3. kunde
4. kan

eten

gaan

genieten

geven

hangen

hebben

helpen

houden

inschrijven

kiezen

kijken

komen

kopen

krijgen

kunnen

Ik ken de onregelmatige
werkwoorden
van les 3

0100