Paragraaf 4.1 - Een stroomkring maken ONLINE

LessonUp
jezelf toevoegen aan een klas
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1,2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

LessonUp
jezelf toevoegen aan een klas

Slide 1 - Tekstslide

kies: Leerlingen / studenten

Slide 2 - Tekstslide

kies: werk vanuit mijn browser


Slide 3 - Tekstslide

vul code in bij code invoeren

Slide 4 - Tekstslide

kies: inloggen

Slide 5 - Tekstslide

als het goed is kom je nu in je eigen klas uit.

Slide 6 - Tekstslide

leerdoelen
je kunt uitleggen hoe je een gesloten stroomkring maakt
je weet het verschil tussen geleiders en isolatoren
je kunt een aantal geleiders en isolatoren noemen
je kunt uitleggen op welke manier je de stroomsterkte meet
je kunt beschrijven wat elektrische stroom is

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

zelf stroomkring maken
hoe laat ik een lampje branden op een batterij.
wie kan dat uitleggen?

Slide 9 - Tekstslide

 Een gesloten stroomkring maken

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Introductie
Je komt in huis allerlei apparaten tegen die op elektriciteit werken. Zoals ...............?

Slide 12 - Tekstslide

lading
-stroom, stroomkring : iets stroomt of beweegt er door de snoeren en het lampje.
-dat "iets" hebben ze bij NaSk de naam LADING  gegeven.
-een electrische stroom bestaat uit bewegende lading.
-als stroomkring onderbroken wordt valt die beweging stil, de lading is er nog wel maar kan niet meer door de stroomkring heen bewegen.
 

Slide 13 - Tekstslide

schakelaar
Hoe werkt een schakelaar?

Slide 14 - Tekstslide

Isolerende en geleidende stoffen

Slide 15 - Tekstslide

hoe werkt dat?
een bureaulamp met kabel en stekker?

Slide 16 - Tekstslide

Geleiders 
Stoffen waar een elektrische stroom gemakkelijk doorheen kan lopen, heten geleiders. 

noem voorbeelden van geleiders?
Isolatoren 
Stoffen die een elektrische stroom niet of heel slecht doorlaten, heten isolatoren. 

noem voorbeelden van isolatoren?

Slide 17 - Tekstslide

De stroom meten
 Met een stroommeter kun je meten hoe ‘sterk’ de elektrische stroom door een stroomkring is. 

Je meet  op een bepaald punt in de stroomkring hoeveel lading er in 1 seconde voorbijkomt.
hoeveelheid lading in 1 seconde is de stroomsterkte


 

Slide 18 - Tekstslide

De stroomsterkte heeft als eenheid de ampère (A)
Een stroommeter wordt ook wel ampèremeter genoemd.
Als de stroomsterkte klein is, meet je de stroom meestal in milliampère (mA).

Omrekenen doe zo:
1 mA = 0,001 A
1 A = 1000 mA 

Slide 19 - Tekstslide

Twee manieren om de stroomsterkte te meten.
De stroomsterkte is op elke plaats in de stroomkring even groot (zie figuur ). Het maakt dan ook niet uit waar je de stroommeter in de stroomkring opneemt: links of rechts van het lampje.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Wat is de eenheid voor stroomsterkte?
A
Meter
B
Volt
C
Ampere
D
Kilo

Slide 22 - Quizvraag

0,375 A =……………. mA
A
375 mA
B
3,75 mA
C
0.000375 mA

Slide 23 - Quizvraag

als je een stroomkring onderbreekt dan werken apparaten
A
Wel
B
Niet

Slide 24 - Quizvraag

Wat is een geen isolator
A
Lucht
B
Rubber
C
Aluminium
D
Kunststof

Slide 25 - Quizvraag

Geleiders laten de stroom ........ door
A
Goed
B
Slecht
C
Niet

Slide 26 - Quizvraag

Hieronder staan 4 stoffen.
Welke stoffen zijn isolatoren?
A
goud
B
lucht
C
plastic
D
hout

Slide 27 - Quizvraag