V3 Grieks donderdag 9 oktober

V3 Grieks 
Donderdag 9 oktober
 Klascode: ozdxj 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

V3 Grieks 
Donderdag 9 oktober
 Klascode: ozdxj 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Mededeling over periodeplanner
  • Weektaak
  • TW1
  • Inleiding les 23 & 24 lezen
  • Quiz Herodotos
  • Grammatica: Aant. 23.1: πας, πασα, παν
  • Werken aan de weektaak


Slide 2 - Tekstslide

Planning week 41, 42, 44 
  • Toetsstof t/m les 24
  • In week 44 geen les (Grieks) meer vanwege TW1 vanaf Do.
  • Daarom stof week 41 en 42 in samen in week 41
  • Zo kan les 24 nog uitgebreid worden behandeld en is er nog ruimte voor vragen.

Slide 3 - Tekstslide

Stof TW1

Slide 4 - Tekstslide

Weektaak

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Leer inleiding bij les 23 en 24
Maak aantekeningen

Na 10 minuten volgt een quiz
timer
0:10

Slide 7 - Tekstslide

Sleep de omschrijving naar het juiste Griekse woord.
περίοδος
ὕβρις
ἱστορίη
ὄψις
ἀκοή
γνώμη
logisch redeneren
wat hij had gehoord van ooggetuigen of lokale bewoners
onderzoek
overmoed
rondreis
wat hij met eigen ogen had gezien

Slide 8 - Sleepvraag

Hoe noemen we de voorgangers van Herodotos?

Slide 9 - Open vraag

Wie noemde Herodotos een "barbarenvriendje"?

Slide 10 - Open vraag

Wie is GEEN Griekse geschiedschrijver?
A
Herodotos
B
Herakleitos
C
Ploutarchos
D
Thucydides

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het hoofdonderwerp van het werk van Herodotos?

Slide 12 - Open vraag

Waarom wordt Herodotos wel "de vader van de geschiedschrijving" genoemd?

Slide 13 - Open vraag

Waardoor liet Herodotos zich inspireren bij zijn werk?
A
de Muzen
B
zijn nieuwsgierigheid
C
vreemde vorsten
D
Atheense politici

Slide 14 - Quizvraag

En nu?
  • Leer aant. 23.1 (HB p.100)
  • Maak Ergon 20 (HB p.101) 
  • Werken aan de weektaak

Slide 15 - Tekstslide

Ergon 20
  1. πάντα τον στόλον            Heel de reis / de hele reis
  2. πάσῃ τῃ κεφαλῃ               (Aan) heel het hoofd / het hele hoofd
  3. παντὸς χρηματος             (van) elk/ieder bezit
  4. πᾶσι τοῖς Ἀθηναίοις        (aan) alle Atheners / al de Atheners
  5. παντὶ δουλῳ                       (aan) iedere /elke slaaf
  6. πᾶσαν τέχνην                      elke kunst

Slide 16 - Tekstslide

Weektaak

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide