les 4 Bloedingen en Shock

Bloedingen en Shock
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
EHBsOVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute n3Leerroute 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bloedingen en Shock

Slide 1 - Tekstslide

Wat hebben jullie tijdens de vorige les geleerd?

Slide 2 - Woordweb

Wat gaan we leren?

Jullie leren over welke bloedingen er zijn en wat een Shock is. 

Slide 3 - Tekstslide

EHBsO bij een bloeding,
wat doe jij altijd?

Slide 4 - Woordweb

KLEINE bloedingen:  
EHBO’er is eindbehandelaar 


  • Maak de wond goed schoon met water 
  • Desinfecteer de wond  
  • Dek de wond evt. steriel af met een steriel gaasje + hydrofiel zwachtel  
  • Bij straatvuil/beten = tetanusinjectie!  geldigheid: 10 jaar 

Slide 5 - Tekstslide

ERNSTIGE bloedingen:  
ARTS is eindbehandelaar 


  • Geef druk op de wond  
  • Dek de wond steriel af (snelverband, drukverband, traumazwachtel) 
  •  Houd het slachtoffer in de gaten i.v.m. gevaar op shock 

Slide 6 - Tekstslide

Shock

Slide 7 - Tekstslide

Wat is shock?
Door een te lage bloeddruk ontstaat shock. De EHBO'er kan voorkomen dat het erger wordt. Shock kan lijken op een flauwte, maar bij een flauwte komt het slachtoffer snel weer bij. Een shock kan direct na een ongeval optreden, maar ook enige uren daarna. 

Slide 8 - Tekstslide

Oorzaken Shock
1. inwendig / uitwendig bloedverlies
2. slecht functioneren hart
3. brandwonden
4. uitdroging
5. onderkoeling

Slide 9 - Tekstslide

Herkennen van Shock
1. grauw/ bleek
2. dorstig
3. oppervlakkige snelle ademhaling en hartslag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Wat wordt bedoeld met desinfecteren?
A
schoonspoelen met water
B
zichtbaar vuil verwijderen
C
onzichtbaar vuil verwijderen
D
werken met handschoenen aan

Slide 14 - Quizvraag

Welk verbandmiddel kun je gebruiken bij een schaafwond?
A
B
C
D

Slide 15 - Quizvraag

ernstige bloeding
Zet de handelingen in de juist volgorde
steriel afdekken
drukverband aanleggen
druk op de wond
controleren op shock

Slide 16 - Sleepvraag

Welke 2 vormen van bloedingen heb je?
A
met tetanus of zonder tetanus
B
klein of ernstig
C
arm of been
D
rood bloed of blauw bloed

Slide 17 - Quizvraag

Bij welke bloeding ben jij eindbehandelaar?
A
kleine bloeding
B
ernstige bloeding
C
beide

Slide 18 - Quizvraag

Desinfecteren =
A
spoelen met water
B
reinigen met jodium / sterilon / etc.
C
insmeren met zonnebrandcreme
D
tetanusvaccinatie

Slide 19 - Quizvraag

tetanus.....
A
...kan je van straatvuil krijgen
B
...is niet ernstig
C
...is gevaarlijk zonder vaccinatie
D
...hetzelfde als corona

Slide 20 - Quizvraag

een tetanusinjectie...
A
...is erg duur
B
...kun je krijgen bij een speciale tetanus-arts
C
...is alleen nodig als je jong bent
D
...kun je makkelijk bij de huisarts halen

Slide 21 - Quizvraag

bij een vingerverband gebruik je:
A
nietverklevend wondkompres + hydrofiel zwachtel
B
nietverklevend wondkompres + ideaal zwachtel
C
steriel gaasje + hydrofiel zwachtel
D
steriel gaasje + ideaal zwachtel

Slide 22 - Quizvraag

Bij een ernstige bloeding leg je een wonddrukverband aan.
A
dit is juist
B
dit is onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Voor een wonddrukverband gebruik je:
A
gerold snelverband + hydrofiel zwachtel
B
gerold snelverband + ideaal zwachtel
C
nietverklevend wondkompres + hydrofiel zwachtel
D
nietverklevend wondkompres + ideaal zwachtel

Slide 24 - Quizvraag

op een deken leggen
stop bloedverlies
vitale functies controleren

Slide 25 - Sleepvraag

Shock is...
A
levensbedreigend
B
niet-levensbedreigend

Slide 26 - Quizvraag

Bij shock...
A
is je circulatie in je lichaam te laag
B
heb je iets gebroken
C
heb je een energetisch trauma

Slide 27 - Quizvraag

Oorzaken shock kunnen zijn:
A
zien van geesten, uitwendige bloeding, insectensteek
B
pinda's, onderkoeling, uitwendige bloeding
C
hartfalen, brandwonden, botbreuk
D
hitte, koude, ingegroeide teennagel

Slide 28 - Quizvraag

Symptomen van shock zijn:
A
grauw/bleek of rood gezicht
B
eenmalig zweet
C
dorstig
D
hevige pijn

Slide 29 - Quizvraag

Wat doe je bij:
A
niks, is maar een schaafwond
B
schoonspoelen
C
schoonspoelen en desinfecteren
D
naar de huisarts sturen

Slide 30 - Quizvraag

Wat heb je geleerd tijdens deze les?

Slide 31 - Open vraag

Vooruitblik
Tijdens de volgende maken jullie een Quiz over de behandelde onderwerpen.

Slide 32 - Tekstslide