Schrijven 4 - Les 5

Schrijven 4 - Les 5
Dieper duiken
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Schrijven 4 - Les 5
Dieper duiken

Slide 1 - Tekstslide

Een goede tekst sluit aan bij het tekstdoel en het publiek.

Ga naar Blink en open de Toolbox - kenmerken van een goede tekst.

Wat zijn de 6 kenmerken van een goede tekst?

Slide 2 - Open vraag

In les 1 heb jij een onderwerp voor je tekst gekozen.

Wat is het onderwerp van jouw tekst?

Slide 3 - Open vraag

In les 1 heb jij te horen gekregen wat het tekstdoel moet zijn.

Wat is het tekstdoel van jouw tekst?

Slide 4 - Open vraag

Hoofdgedachte = in 1 zin zeggen waar de tekst vooral over gaat.
Wat wil de schrijver over het onderwerp zeggen?


Wat is de hoofdgedachte van jouw tekst?

Slide 5 - Open vraag

In les 1 heb jij het publiek voor jouw tekst gekozen.

Wat is het publiek van jouw tekst?

Slide 6 - Open vraag

In les 1 heb jij ingevuld waar jouw tekst gepubliceerd kan worden.

Waar kan jouw tekst gepubliceerd worden?

Slide 7 - Open vraag

Je hebt al 4 deelonderwerpen gekozen en daarover heb je geschreven in je Word-document met de naam: Tekst schrijven 4.

OPDRACHT 1:
Je gaat er nu nog 1 deelonderwerp bij bedenken. Je bedenkt een passende titel voor dat deelonderwerp en je gaat op pagina 8 van je Word-document over dat deelonderwerp schrijven.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 2
Je gaat nu bij elk deelonderwerp een passend plaatje zoeken (of meerdere plaatjes) en die zet je erbij.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 3

Op pagina 1 maak je de kaft.
Hierop komt:

De titel (dus je onderwerp)
Een plaatje
Jouw gegevens (naam, klas én datum)

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 4
Op pagina 2 maak je de inhoudsopgave.

Hierin komt te staan wat op welke pagina staat.


Zie voorbeeld 


Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 5
Op pagina 3 schrijf je de inleiding.
In de inleiding van je minitijdschrift zet je kort en duidelijk:

1. Waar het over gaat (het onderwerp).
2. Waarom je dit onderwerp hebt gekozen (je motivatie of interesse).
3. Wat je wilt onderzoeken of vertellen (je hoofdvraag of doel).
4. Je sluit af met een vraag om de lezer nieuwsgierig te maken (het antwoord op de vraag moet natuurlijk wel in je minitijdschrift staan)

Zie volgende pagina voor een voorbeeld van een inleiding


Slide 12 - Tekstslide

Maak nu jouw inleiding op pagina 3 van je document

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 6
Op de laatste pagina schrijf je het slot.
In het slot van je minitijdschrift zet je:

1. Wat je hebt geleerd of ontdekt (samenvatting van de belangrijkste dingen).
2. Wat je ervan vond
3. Een vraag of tip voor de lezer om over na te denken


Zie volgende pagina voor een voorbeeld van een inleiding



Slide 14 - Tekstslide

Schrijf nu jouw slot op de laatste pagina

Slide 15 - Tekstslide

Controleer nu of jouw product er als volgt uitziet:

Slide 16 - Tekstslide

Laatste opdracht
Lever jouw product in.


Ga naar:
- Magister
- ELO
- Opdrachten
- Schrijfopdracht Schrijven 4

Slide 17 - Tekstslide



     Je gaat nu een klaaropdracht doen.

Slide 18 - Tekstslide