2MHT Collectieve sector

Welkom 2MHT
Ga zitten volgens de plattegrond.
Op tafel: Laptop etui, boek, schrift, rekenmachine


timer
5:00
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom 2MHT
Ga zitten volgens de plattegrond.
Op tafel: Laptop etui, boek, schrift, rekenmachine


timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma 2MHT
  • Start 10 min
  • Voorkennis 5 min
  • Terugblik: collectieve sector en particuliere sector 10 min
  • Toepassen 10 min
  • Uitleg belastingen 10 min
  • Toepassen 10 min
  • Uitleg subsidies en accijnzen 5 min
  • Kennisoverzicht 10 min
  • Afsluiting 10 min

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belasting is het geld dat bedrijven en burgers aan de overheid betalen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie draaien op voor de maatschappelijke kosten van TATA?
A
De bedrijven
B
De overheid
C
Degene die vervuilt
D
De burgers, die belasting betalen

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is toegevoegde waarde?
A
Belasting die je moet betalen aan de overheid, omdat je producten aan klanten verkoopt
B
Hoeveel een product meer waard wordt door bewerking door een bedrijf
C
Het bewerken van producten die je uit de grond haalt

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt € 450 geleend. Over je lening betaal je € 14,40 rente.
Bereken hoeveel procent de rente is van het geleende bedrag. Schrijf je berekening op.

Slide 6 - Open vraag

deel ÷ geheel × 100

€ 14,40 ÷ € 450 × 100 = 3,2% 
Terugblik

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Collectieve sector
Overheid en instellingen voor de sociale zekerheid.
Niet uit op winst.
Particuliere sector
Burgers en bedrijven.
Voornamelijk winst maken.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Collectieve voorzieningen
Voorzieningen waar iedereen gebruik van mag maken en die betaald worden door de overheid.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem het verschil tussen bedrijven in de particuliere sector en bedrijven in de collectieve sector.

Slide 10 - Open vraag

Bedrijven in de collectieve sector zijn niet uit op winst. Bedrijven in de particuliere sector moeten wel winst maken.
Welke van de onderstaande voorzieningen zijn collectieve voorzieningen?
A
Supermarkt
B
Tankstation
C
Politie
D
Dijk

Slide 11 - Quizvraag

C en D zijn collectieve voorzieningen.
Waarom is dit een collectieve voorziening?

Slide 12 - Open vraag

  1. Iedereen mag er gebruik van maken.
  2. Betaald door de overheid.
Sociale zekerheid
Alle uitkeringen. Mensen met geen of te weinig inkomen kunnen een uitkering krijgen.
AOW
WW
Sociale premies
Deel van het brutoloon dat naar de overheid gaat voor het betalen van uitkeringen.
Overheid

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theo is al een tijdje met pensioen. Van de overheid krijgt hij een uitkering.
Welke uitkering ontvangt hij?

Slide 14 - Open vraag

AOW-uitkering.

Veel voorkomende fout: pensioen spaar je zelf voor. Dat is geen uitkering van de overheid.
Amber krijgt een uitkering omdat ze na haar ontslag werkloos is.
Welke uitkering ontvangt zij?

Slide 15 - Open vraag

WW-uitkering.
Wat zijn sociale premies?

Slide 16 - Open vraag

Deel van het brutoloon dat naar de overheid gaat voor het betalen van uitkeringen.
Leerdoelen 6.3
  • wat belasting is en waarom we dat moeten betalen
  • wat is het verschil tussen directe en indirecte belastingen
  • wat is subsidie en accijns
  • welke andere inkomsten de overheid heeft

(filmpje duurt 20 minuten totaal, vanaf 7 minuten start paragraaf 6.3)

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belasting
Belasting is een verplichte bijdrage van burgers en bedrijven aan de overheid.
  
Bijvoorbeeld:
Inkomstenbelasting betaal je over je inkomen. Werk je bij een baas, dan heet dat loonbelasting. Dit gaat van je brutoloon af.


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belasting
Bijvoorbeeld:

Btw betaal je als je iets koopt. De winkelier geeft de btw door aan de belastingdienst.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Accijns
De overheid wil dat we minder roken, minder alcohol drinken, minder benzine verbruiken.
Daarom betaal je op tabak, alcohol en brandstof accijns

Deze extra verbruiksbelasting maakt deze producten duurder. De overheid hoopt dat we ze dan minder kopen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Subsidie 
Soms wil de overheid mensen of bedrijven stimuleren om iets te doen. Dat kan door hun geld te geven. Dit noem je subsidie.

Met subsidie kan een sportvereniging bijvoorbeeld de contributie verlagen. Dan is er kans dat meer mensen gaan sporten.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Subsidie
Goed gedrag belonen door het geven van een financiële bijdrage.
Accijns
Slecht gedrag afremmen door producten duurder te maken.
Extra verbruiksbelasting op alcohol, brandstof en tabak.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van subsidie?

Slide 24 - Open vraag

Afremmen van het gebruik van alcohol, brandstof en tabak.

Het is een extra verbruiksbelasting op alcohol, brandstof en tabak. Hierdoor worden de producten duurder en minder aantrekkelijk.
Niet belasting ontvangsten
De overheid krijgt niet alleen geld van de belastingen. Ze ontvangt ook:

  • Inkomsten uit aardgas, dit wordt minder!!
  • Winst van overheidsbedrijven;
  • Inkomsten van boetes;
Die noem je de niet-belastingontvangsten.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de winter fiets je een keer zonder licht naar school terwijl het nog donker is. Net die dag is er een politiecontrole. Je krijgt een bekeuring. Je bent verplicht een bedrag te betalen. Is dit bedrag wel of geen belasting die je aan de overheid moet betalen?
A
Wel belasting
B
Geen belasting

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In een krantenartikel staat dat de accijns op tabak wordt verhoogd.
Wat is accijns?
A
Een soort loonbelasting
B
Een prijsverhoging voor meer winst
C
Een extra belasting op ongezonde producten
D
Dat is de korting op een pakje sigaretten

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van accijns?

Slide 29 - Open vraag

Afremmen van het gebruik van alcohol, brandstof en tabak.

Het is een extra verbruiksbelasting op alcohol, brandstof en tabak. Hierdoor worden de producten duurder en minder aantrekkelijk.
Aan de slag!
WAT?               Maak  opdrachten 6.3
HOE?               Op papier, in je boek
MET WIE?      Alleen of met z'n 2-en       
GELUID?        Fluistertoon
Vragen?         Check eerst het boek, daarna vingers
TIJD?               20 minuten
KLAAR?          Ga verder met de rekenopdrachten (blz 202 ev)
timer
15:00

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kennisoverzicht
Wat? Vul het kennisoverzicht in.
Klaar? Maak het schoolwerk of de plusopdrachten.


Schoolwerk: § 6.2 opdracht 1 t/m 14 (blz. 184-189) en
§ 6.3 opdracht 9 t/m 13 (blz. 192-193).
timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens deze les leer je:
  • Over verschillende belastingen;
  • Waarom de overheid soms subsidie geeft;
  • Waarom de overheid soms accijns heft;
  • Wat voor niet-belastingontvangsten er zijn.


Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem het verschil tussen bedrijven in de particuliere sector en bedrijven in de collectieve sector.

Slide 35 - Open vraag

Bedrijven in de collectieve sector zijn niet uit op winst. Bedrijven in de particuliere sector moeten wel winst maken.
Voor wie is de sociale zekerheid bedoeld?

Slide 36 - Open vraag

Deel van het brutoloon dat naar de overheid gaat voor het betalen van uitkeringen.
Wat is het doel van accijns?

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Pak je agenda
Datum:
Maken: § 6.2 opdracht 1 t/m 14 (blz. 184-189) en
§ 6.3 opdracht 9 t/m 13 (blz. 192-193).
Leren: kennisoverzichten les 1 en 2


timer
0:30

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassen
Wat? Maak § 6.2 opdracht 1 t/m 4 en 
11 t/m 14 (blz. 184-189)
Klaar? Maak het schoolwerk of de plusopdrachten.


Schoolwerk: § 6.2 opdracht 1 t/m 14 (blz. 184-189) en
§ 6.3 opdracht 9 t/m 13 (blz. 192-193).
timer
10:00

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassen
Wat? Maak § 6.2 opdracht 5 t/m 10 (blz. 184-189)
Klaar? Maak het schoolwerk of de plusopdrachten.


Schoolwerk: § 6.2 opdracht 1 t/m 14 (blz. 184-189) en
§ 6.3 opdracht 9 t/m 13 (blz. 192-193).
timer
10:00

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies