Grammar music - future will/shall/going to

Klas 2 C Engels H 4 "Future" (toekomst) Les van maandag 23-03
In deze les ga je aan de slag met het 2e grammaticadeel van hoofdstuk 4 "future".
Lees de opdrachten en maak deze zo goed mogelijk. Gebruik je grammar uit hoofdstuk 4.
Wanneer moet het huiswerk  klaar zijn?    : vrijdag  27-03
Ik controleer wie er bezig is, hoe lang je hebt gewerkt en hoe nauwkeurig je dit gedaan hebt. Veel succes!
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Klas 2 C Engels H 4 "Future" (toekomst) Les van maandag 23-03
In deze les ga je aan de slag met het 2e grammaticadeel van hoofdstuk 4 "future".
Lees de opdrachten en maak deze zo goed mogelijk. Gebruik je grammar uit hoofdstuk 4.
Wanneer moet het huiswerk  klaar zijn?    : vrijdag  27-03
Ik controleer wie er bezig is, hoe lang je hebt gewerkt en hoe nauwkeurig je dit gedaan hebt. Veel succes!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

future: will/ to be + going to

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Korte uitleg
Bekijk eerst de volgende video van de volgende slide


Bekijk het net zo vaak totdat je het begrijpt.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Nog even 
herhalen
Hoe zit het ook al weer 
met het gebruik van
 "will" en "to be going to"?

Bestudeer de tekst 
hiernaast 
Begrijp je het?
Ga dan verder. 
Zo niet, ga terug naar het begin.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The sea-level will rise 40 feet.
will
will is used for a prediction.
you THINK it will happen, but you're not sure.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

The phone is ringing! "I will get it."
will
will is also used for a spontaneous decision.
you do NOT have to PLAN it.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I am going to buy a new car.
(to be) + going to
I AM GOING to buy a new car.
Use to be + going to for a PLANNED ACTION/ CERTAINTY

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

He is going to fall.
(to be) + going to
He is going to fall.
You see it coming. Use (TO BE) + GOING TO if it is CERTAIN.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welke zin past hier het best?
A
I think it will rain in a couple of minutes.
B
It looks as if it is going to rain soon.
C
It is raining in 5 minutes.
D
It rains every day.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke zin past hier het best?
A
Trump will build a wall.
B
Trump is building a wall.
C
Trump must build a wall.
D
Trump is going to build a wall.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke zin past hier het best?
A
We're going to hit that horse!
B
We're hitting that horse!
C
We will hit that horse!
D
Shall we hit that horse?

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke zin past hier het best?
A
These kids will go to school.
B
These kids are going to go to school.
C
These kids are going to school.
D
These kids go to school.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke zin past hier het best?
A
My classmate will marry a prince.
B
My classmate is going to go marry a prince.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gotta feeling that I'm going under.
But I know that I ... ... it out alive.

A
will make
B
am going to make

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

So you say everything ... ...
all right now. But how do you really know?
A
will be
B
is going to be

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

This year to save me from tears, I ... ... it to someone special.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Who ... ... the world tonight?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

If I'm alive and well, ... you ... there holding my hand?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wow! We ... ... Ibiza.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

You don't ever want to see me again and your brother ... ... me and he's six feet ten.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

'Cause we ... ... to war, hey

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Come tomorrow, tomorrow I... ... gone.
Save tonight.

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Use WILL to describe an invention

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

use (to be) GOING TO to describe a plan for the summer/this weekend

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hopefully, I ........ my grammar test.
A
am passing
B
will pass
C
would pass
D
am going to pass

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My friends and I ........... Glastonbury festival this Friday.
A
are visiting
B
are going to visit
C
are going to go
D
go

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My bus is delayed.
I ...... too late at the airport.
A
am being
B
will be
C
am going to be
D
shall be

Slide 28 - Quizvraag

Vanwege de vertraging van je bus heb je nu aanleiding om aan te nemen dat je te laat gaat komen.
What would you like to eat?
> I ..... a sandwich, please.
A
will have
B
have
C
am going to have
D
should have

Slide 29 - Quizvraag

Het is een beslissing die je op dit moment maakt. Daarbij hoort het gebruik van will.
What rules do you remember about using FUTURE?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Link

Deze slide heeft geen instructies