Het huis

Het huis 
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het huis 

Slide 1 - Tekstslide

Quiz
Welke kamer zie je op de foto?
Kies het juiste antwoord.

Slide 2 - Tekstslide

Dit is ...
A
C
B
D
A
de woonkamer
B
de slaapkamer
C
de badkamer
D
de keuken

Slide 3 - Quizvraag

Dit is ...
A
C
B
D
A
de trap
B
de tuin
C
de badkamer
D
de zolder

Slide 4 - Quizvraag

Dit is ...
A
C
B
D
A
de zolder
B
de slaapkamer
C
de woonkamer
D
de badkamer

Slide 5 - Quizvraag

Dit is ...
A
C
B
D
A
de slaapkamer
B
de badkamer
C
de zolder
D
de keuken

Slide 6 - Quizvraag

Dit is ...
A
C
B
D
A
de slaapkamer
B
de tuin
C
de trap
D
de gang

Slide 7 - Quizvraag

Welke kamer zie je?
A
de zolder
B
de keuken
C
de speelkamer
D
de kelder

Slide 8 - Quizvraag

Dit is ...
A
C
B
D
A
het balkon
B
de tuin
C
de badkamer
D
de zolder

Slide 9 - Quizvraag

Dit is ...
A
C
B
D
A
de slaapkamer
B
de tuin
C
de woonkamer
D
de trap

Slide 10 - Quizvraag

De koelkast staat in..
A
de slaapkamer
B
de badkamer
C
de zolder
D
de keuken

Slide 11 - Quizvraag

de keuken
de kelder
de tuin
het dak
de garage
de slaapkamer
de gang
de badkamer
de zolder
de woonkamer

Slide 12 - Sleepvraag

de woonkamer
de badkamer
de zolder
de slaapkamer
de keuken

Slide 13 - Sleepvraag

Tip: schrijf de woorden van het begin van de les.
Tip
Welke dingen
staan er
in jouw huis?

Slide 14 - Woordweb

het meubel

Een voorwerp in het huis, bijvoorbeeld:
  • een tafel;
  • een stoel;
  • een kast;
  • zin: Het meubel staat in de woonkamer.

Slide 15 - Tekstslide

                       De woonkamer 
                               Welke meubels zie je?

Slide 16 - Tekstslide

Dit is ...
A
een zetel
B
een stoel
C
een tafel
D
een kast

Slide 17 - Quizvraag

Dit is ...
A
een koelkast
B
een bed
C
een lamp
D
een toilet

Slide 18 - Quizvraag

Dit is ...
A
een lamp
B
een bed
C
een stoel
D
een toilet

Slide 19 - Quizvraag

Dit is ...
A
een kast
B
een koelkast
C
een bed
D
een stoel

Slide 20 - Quizvraag

Dit is ...
A
een kast
B
een bed
C
een tafel
D
een stoel

Slide 21 - Quizvraag

Geef het meervoud van het meubel

Slide 22 - Tekstslide

één tafel
twee ...

Slide 23 - Open vraag

één stoel
vier ...

Slide 24 - Open vraag

één kast
vijf ...

Slide 25 - Open vraag

één bed
drie ...

Slide 26 - Open vraag

In welke kamer vind je het voorwerp?

Slide 27 - Tekstslide

de wc
de woonkamer
de hal
de slaapkamer
de badkamer

Slide 28 - Sleepvraag

woonkamer
keuken
slaapkamer

Slide 29 - Sleepvraag

De woonkamer
De badkamer

De slaapkamer
De keuken

Slide 30 - Sleepvraag

Van wie is dit huis? 

Slide 31 - Sleepvraag

Van wie is dit huis? 

Slide 32 - Sleepvraag

Van wie is dit huis? 

Slide 33 - Sleepvraag

wat is een woonkamer?
A
daar slaap je
B
daar eet je
C
daar zit je
D
daar neem je een bad

Slide 34 - Quizvraag