Adverbs

place of adverbs
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Engels

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

place of adverbs

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Adverbs of manner
e.g.: slowly, carefully, awfully (bijwoorden die iets zeggen van de manier waarop iets gedaan wordt.) 
Deze bijwoorden komen achter het lijdend voorwerp, of, als deze er niet is, achter het werkwoord. 

He drove the car carefully
He drove carefully.

Slide 3 - Tekstslide

Adverbs of place
e.g.: here, there, behind, above (bijwoorden van plaats)
Net als bij de vorige, komen deze bijwoorden achter het lijdend voorwerp of het werkwoord. 

I didn't see him here.
He stayed behind.

Slide 4 - Tekstslide

Adverbs of time
e.g.: recently, now, then, yesterday (bijwoorden van tijd)
Deze staan meestal achteraan in de zin.
           I will tell you the story tomorrow. 
Wanneer er geen nadruk ligt op de tijd, kan deze ook vooraan in de zin.
           Tomorrow I will tell you the story. 

Slide 5 - Tekstslide

Adverbs of frequency
e.g.: always, never, seldom, usually (bijwoorden van frequentie)
Bijwoorden van frequentie komen altijd voor het belangrijkste werkwoord.
                      I often go swimming in the evenings.
                      He doesn't always play tennis.
                      We have never been to Spain.

Slide 6 - Tekstslide

Uitzonderingen
Alleen bij adverbs of frequency is er een uitzondering:
Wanneer er een vorm van 'to be' in de zin staat zonder een hulpwerkwoord, komt het bijwoord NA de vorm van 'to be'.
              I am never eating here again!
              John is always on time.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Link

I saw him yesterday.
A
right
B
wrong

Slide 10 - Quizvraag

The teacher speaks slowly.
A
right
B
wrong

Slide 11 - Quizvraag

We go never swimming.
A
right
B
wrong

Slide 12 - Quizvraag

The children don’t come usually home from school before five pm.
A
right
B
wrong

Slide 13 - Quizvraag

We often think about you.
A
right
B
wrong

Slide 14 - Quizvraag

always / at nine o'clock / out of the garage / in the morning / drives / his car / He

Slide 15 - Open vraag

He / to town / after breakfast / often / Mrs Hodges / takes

Slide 16 - Open vraag

a parking place / near the shops / They / find / rarely

Slide 17 - Open vraag

Where do adverbs of frequency come?

Slide 18 - Open vraag

Where do adverbs of place and time come?

Slide 19 - Open vraag

any questions?

Slide 20 - Open vraag