H3 instructie paragraaf 1.3

Welkom!

Instructie paragraaf 1.3

1 / 42

Slide 1: Tekstslide

WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Lesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Instructie paragraaf 1.3

Slide 1 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Vandaag leer je:

een (veel) sneller trucje dan de balansmethode

Slide 2 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Ken je nog de balansmethode?

5 x - 6 = 3 x + 8

Slide 3 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Ken je nog de balansmethode?

5 x - 6 = 3 x + 8

- 3 x

- 3 x

Slide 4 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Ken je nog de balansmethode?

5 x - 6 = 3 x + 8

- 3 x

- 3 x

2 x - 6 = 8

Slide 5 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Ken je nog de balansmethode?

5 x - 6 = 3 x + 8

- 3 x

- 3 x

2 x - 6 = 8

+ 6

+ 6

Slide 6 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Ken je nog de balansmethode?

5 x - 6 = 3 x + 8

- 3 x

- 3 x

2 x - 6 = 8

+ 6

+ 6

2 x = 14

Slide 7 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Ken je nog de balansmethode?

5 x - 6 = 3 x + 8

- 3 x

- 3 x

2 x - 6 = 8

+ 6

+ 6

2 x = 14

: 2

: 2

Slide 8 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Ken je nog de balansmethode?

5 x - 6 = 3 x + 8

- 3 x

- 3 x

2 x - 6 = 8

+ 6

+ 6

2 x = 14

: 2

: 2

x = 7

Slide 9 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Nu het snellere trucje:

5 x - 6 = 3 x + 8

Slide 10 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Nu het snellere trucje:

5 x - 6 = 3 x + 8

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

Slide 11 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Nu het snellere trucje:

5 x - 6 = 3 x + 8

5 x - 3 x =

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

Slide 12 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Nu het snellere trucje:

5 x - 6 = 3 x + 8

5 x - 3 x = 8 + 6

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

Slide 13 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Nu het snellere trucje:

5 x - 6 = 3 x + 8

5 x - 3 x = 8 + 6

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

2 x = 14

Slide 14 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Nu het snellere trucje:

5 x - 6 = 3 x + 8

5 x - 3 x = 8 + 6

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

2 x = 14

x = 7

Slide 15 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Probeer het zelf met het snellere trucje:

6 x - 12 = 8 x + 3

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

Slide 16 - Tekstslide

6 x - 12 = 8 x + 3

Slide 17 - Open vraag

1.3 Lineaire vergelijkingen

Probeer het zelf met het snellere trucje:

6 x - 12 = 8 x + 3

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

6 x - 8 x = 3 + 12

Slide 18 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Probeer het zelf met het snellere trucje:

6 x - 12 = 8 x + 3

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

6 x - 8 x = 3 + 12

- 2 x = 15

Slide 19 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Probeer het zelf met het snellere trucje:

6 x - 12 = 8 x + 3

Haal je een term (getal of x) naar de andere kant van het = teken

dan verandert + in - en omgekeerd

6 x - 8 x = 3 + 12

- 2 x = 15

x = - 7, 5

Slide 20 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Je leert ook wat

'los op' betekent.

Eerst algebraïsch

Slide 21 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Wat betekent "Los op"?

Slide 22 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Wat betekent "Los op"?

je eindigt dan met:

x =

a =

Slide 23 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Start altijd eerst met de haakjes wegwerken!

Slide 24 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Weet je nog hoe je haakjes moet wegwerken?

3 (5 - x)

- (8 - 2 x)

8 - 7 (x - 6)

Slide 25 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Had jij deze antwoorden ook?

3 (5 - x) = 15 - 3 x

- (8 - 2 x) = - 8 + 2 x

8 - 7 (x - 6) = 8 - 7 x + 42

= - 7 x + 50

Slide 26 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken?

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

Slide 27 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken?

Dan ALLES met een handig getal vermenigvuldigen!

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

Slide 28 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken?

Dan ALLES met een handig getal vermenigvuldigen!

De noemers zijn 4 en 3, dus 12 KAN handig zijn.

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

Slide 29 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken?

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

ALLES keer 12

Slide 30 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken?

3 x + 24 = 4 x - 12

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

ALLES keer 12

Slide 31 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken?

3 x + 24 = 4 x - 12

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

ALLES keer 12

Enzovoort...

Slide 32 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken én haakjes?

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} (x - 3)

Slide 33 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken én haakjes?

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} (x - 3)

Dan eerst de haakjes wegwerken!

Slide 34 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken én haakjes?

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} (x - 3)

Dan eerst de haakjes wegwerken!

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

Slide 35 - Tekstslide

1.3 Lineaire vergelijkingen

Staan er breuken én haakjes?

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} (x - 3)

Dan eerst de haakjes wegwerken!

Enzovoort...

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​} x + 2 = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 ​} x - 1

Slide 36 - Tekstslide

even oefenen...

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Los op:

5 (x - 6) = 3 x

Slide 39 - Open vraag

Los op:

4 x - 8 = 8

Slide 40 - Open vraag

9 + 3 (x + 2) = 5 (x - 3)

Slide 41 - Open vraag

Nu zelf aan de slag!

Aan de slag met 27 t/m 34
Zelfstandig of fluisterend in tweetallen
klaar? nakijken!

timer

10:00

Slide 42 - Tekstslide

H3 instructie paragraaf 1.3

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Open vraag

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Open vraag

Slide 42 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

3A2: H1-1.1

Lineaire vergelijkingen

3A2: H1-VK

3H Lineaire vergelijkingen oplossen

H4 Grafieken en vergelijkingen

balansmethode en vgl. oplossen klas2 hst 3.4 en 3.5

Lineaire vergelijkingen

hv2 instructie laatste paragraaf hfd 3