8.4 Je bloedsomloop

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Startopdracht:

Pak je boek en lees blz. 93. 

Hoe vaak stroomt het bloed door ons hart bij één ''rondje''? 

Leerdoelen 8.4 les 1 - de dubbele bloedsomloop

- Je kunt beschrijven hoe het bloed door je lichaam stroomt.

- Je kunt benoemen wat de functie is van de kleine bloedsomloop. 

- Je kunt benoemen wat de functie is van de grote bloedsomloop. 

Het bloedvatenstelsel

Organen: hart en bloedvaten

Functie/taak: vervoert bloed met o.a. zuurstof, glucose en CO2 door het hele lichaam. 

Dubbele bloedsomloop

Bloed van zoogdieren stroomt per rondje 2x door het hart.

Grote bloedsomloop:

hart -> alle organen -> hart

Kleine bloedsomloop:

hart -> longen -> hart

Kleine bloedsomloop

hart -> longen -> hart

1) Welk gas wordt er afgegeven via de longen?

2) Welk gas wordt er opgenomen in de longen?

Grote bloedsomloop

Hart -> alle organen -> hart

3) Welke stof en welk gas gaan van het hart naar de organen?

4) Welke stof en welk gas gaan van de organen terug naar het hart?

Verbranding

- Nodig voor verbranding: Glucose en zuurstof

- Afvalproducten van verbranding: Koolstofdioxide en water

De dubbele bloedsomloop

Kleine bloedsomloop: de rechterhelft van het hart pompt het bloed naar de longen. Vanuit de longen stroomt het bloed naar de linkerhelft van het hart.

Grote bloedsomloop: van de linkerhelft van het hart wordt het bloed het hele lichaam doorgepompt en weer terug naar de rechterhelft van het hart. 

Maken

Eerste 8 minuten in stilte

Zelf bestuderen/doorlezen: 8.4

Maken: 

Klaar? Nakijken -> antwoorden staan op itslearning, daarna maken samenvatting, oefenen begrippen via SlimStampen of oefenen op biologiepagina.nl

Startopdracht:

Noteer in je schrift de antwoorden op de leerdoelen van de vorige les. 

1) Wat is de functie van de kleine bloedsomloop?

2) Wat is de functie van de grote bloedsomloop?

Wees nauwkeurig in je antwoord en denk aan de reactie van verbranding! 

Leerdoelen 8.4 les 2 - het hart

- Je kunt de vier ruimtes in het hart aanwijzen en benoemen. 

- Je kunt benoemen hoe bloed door het hart stroomt.

- 

Het hart

Functie/taak: bloed rond pompen

Vier ruimtes: rechterboezem, rechterkamer, linkerboezem, linkerkamer

Het hart en de dubbele bloedsomloop

Bloed stroomt per rondje 2x door het hart. 

Komt binnen via de holle ader (vanuit organen, zuurstofarm) -> rechterboezem -> rechterkamer -> longen -> linkerboezem -> linkerkamer -> aorta (naar alle organen toe, zuurstofrijk)

Hartslag

3 stappen:

1. De boezems knijpen samen en pompen het bloed naar de kamers.

2.De kamers knijpen samen en pompen het bloed naar de longslagader en de aorta.

3. Hartpauze, waarin de boezems weer vollopen met bloed uit de aders.

Maken

Eerste 8 minuten in stilte

Zelf bestuderen/doorlezen: 8.4

Maken: 

Klaar? Nakijken -> antwoorden staan op itslearning, daarna maken samenvatting, oefenen begrippen via SlimStampen of oefenen op biologiepagina.nl

Startopdracht:

Pak je boek en lees vast de tekst in de groene vakken op blz. 10, 11 en 12

Leerdoelen 8.4 les 3 - bloedvaten benoemen

- Je kunt de stroomrichting van slagaders en aders benoemen.

- Je kunt de bloedvaten van blz. 98 benoemen in een afbeelding.

Slagaders en aders

Slagader stromen van het hart naar een orgaan (hart -> orgaan). 

Aders stromen van een orgaan terug naar het hart (orgaan -> hart).

Namen van bloedvaten

Bloedvaten worden genoemd naar het orgaan waar ze naartoe of vanaf stromen.

Uitzonderingen!

bovenste holle ader: vanaf armen, hals en hoofd

onderste holle ader: verzamelader vanaf romp en benen

aorta: grote slagader vanuit het hart, splitst in bijv. armslagader

poortader: ader tussen darmen, maag naar de lever

Poortader

- Verbindt de maag, dunnedarm en dikkedarm met de lever. 

- Voedingsstoffen, die vanuit het verteringsstelsel in het bloed terecht komen, worden via de poortader eerst richting de lever vervoerd. 

- Via de leverader komen de opgenomen voedingsstoffen pas in de bloedcirculatie terecht. 

Maak opdracht 16 op blz. 99.

Klaar? Werk NIET verder, maar oefen vast met de bloedvaten leren op blz. 98.

Maak opdracht 18 op blz. 100.

Klaar? Werk NIET verder, maar oefen vast met de bloedvaten leren op blz. 98.

Maken

Eerste 8 minuten in stilte

Zelf bestuderen/doorlezen: 8.4

Maken: 

Klaar? Nakijken -> antwoorden staan op itslearning, daarna maken samenvatting, oefenen begrippen via SlimStampen of oefenen op biologiepagina.nl

Startopdracht:

Start je laptop op en neem deel aan de LessonUp.

Klaar? Bestudeer blz. 98 nog eens. 

Grote bloedsomloop:

onderste

holle

ader

linker

boezem

linker

kamer

rechter

boezem

bovenste

holle

ader

slagader

aorta

haarvaten Hoofd

haarvaten benen

rechter

kamer

Kleine bloedsomloop: Vul de onderdelen van de kleine bloedsomloop in de juiste volgorde. Rechterkamer = 1 

Zuurstofrijk en 

zuurstofarm voeg je aan de juiste bloedvaten toe!

1

2

3

4

5

linkerboezem 

longhaarvaten 

longslagader 

linkerkamer 

longader 

rechterboezem 

rechterkamer 

zuurstofrijk 

zuurstofarm 

Grote bloedsomloop: Vul de onderdelen van de grote bloedsomloop in de juiste volgorde. Linkerkamer = 1

1

2

3

4

5

6

7

linkerboezem 

Haarvaten in organen 

aders 

linkerkamer 

aorta 

rechterboezem 

rechterkamer 

holle ader (onderste of bovenste

slagaders 

Leerdoelen 8.4 les 4 - krans(slag)aders, cholesterol en hartinfarct

- Je kunt de functie benoemen van de kransslagaders en kransaders.

- Je kunt benoemen wat cholesterol is en waarom een te hoge cholesterol gevaarlijk is.
- Je kunt uitleggen wat er aan de hand is bij een hartinfarct. 

kransslagaders en kransader

Kransslagaders: geven het hart zelf zuurstof en glucose

Kransaders: voeren co2 af van het hart

Cholesterol

Cholesterol: vetachtige stof die ophoopt in het bloed

Kan bloedstolsels veroorzaken waardoor bloedvaten verstopt raken. 

Hartinfarct

Verstopping van een kransslagader waardoor een deel van het hart geen zuurstof krijgt. 

Maken

Eerste 8 minuten in stilte

Zelf bestuderen/doorlezen: 8.4

Maken: 

Klaar? Nakijken -> antwoorden staan op itslearning, daarna maken samenvatting, oefenen begrippen via SlimStampen of oefenen op biologiepagina.nl

Opdracht

Je werkt in 2-tallen

1. geef met pijlen aan in welke richting het bloed stroomt en hoe het bloed door het hart stroomt.

2. Benoem de bloedvaten 1 t/m 12 en benoem de delen van het hart

3. Geef onderaan aan door welke bloedvaten zuurstofrijk bloed en door welke bloedvaten zuurstofarm bloed stroomt.

4. Noteer de naam van het bloedvat dat tussen de darmen en lever stroomt.

Klaar? nakijken H8 en maken samenvatting (blz. 108) en test jezelf (blz. 112)

Extra filmpjes om te bekijken:

Bekijk de filmpjes voor extra uitleg

https:

https:

Exit vragen

Kleine bloedsomloop: Vul de onderdelen van de kleine bloedsomloop in de juiste volgorde.

Start met de ruimte van waaruit het bloed  uit het hart stroomt.

Zuurstofrijk en 

zuurstofarm voeg je aan de juiste bloedvaten toe

1

2

3

4

5

linkerboezem 

longhaarvaten 

longslagader 

linkerkamer 

longader 

rechterboezem 

rechterkamer 

zuurstofrijk 

zuurstofarm 

Grote bloedsomloop: Vul de onderdelen van de grote bloedsomloop in de juiste volgorde. 

Zuurstofrijk en zuurstofarm bij de aorta of holle ader voegen 

Start met de ruimte van waaruit het bloed uit 

het hart stroomt.

1

2

3

4

5

6

7

linkerboezem 

Haarvaten in organen 

aders 

linkerkamer 

aorta 

rechterboezem 

rechterkamer 

zuurstofrijk 

zuurstofarm 

holle ader (onderste of bovenste

slagaders 

20. Wat is de stroomrichting van de kleine bloedsomloop? ( Begin bij de kamer van het hart.)

1.

2

3.

4.

5.

Rechterkamer

Longslagader

Longen

Longader

Linkerboezem