Voeding en groei m.o.

Basis microbiologie
Voeding en groeifactoren
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie basisMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Basis microbiologie
Voeding en groeifactoren

Slide 1 - Tekstslide

Estafette
2 teams
Ieder team een whiteboard
Geef antwoord op de vragen
Correcte antwoorden leveren punten op. 
Gelijkspel? Snelste team wint.

Slide 2 - Tekstslide

Vragen
1. Geef 3 manieren waarop bacteriën schadelijk zijn voor de mens.
2. Geef 3 manieren waarop bacteriën nuttig kunnen zijn voor de mens.
3. Teken een bacterie en benoem de onderdelen.
4. Geef aan of de volgende organismen ééncellig zijn, meercellig zijn, of beiden kunnen zijn: bacterie, alg, schimmel.

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen 
Je kan aangeven wat men bedoelt met anabolisme en katabolisme.

Je kan aangeven wat macronutriënten zijn (en voorbeelden noemen).

Je kan aangeven wat micronutriënten zijn (en voorbeelden noemen).

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen 
Je kan beschrijven op welke wijze temperatuur de groei van m.o. beïnvloed.

Je kan beschrijven op welke wijze de zuurgraad de groei van m.o. beïnvloed.

Je kan beschrijven op welke wijze de zuurstofspanning de groei van m.o. beïnvloed.

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen 
Je kan beschrijven op welke wijze de osmotische waarde de groei van m.o. beïnvloed.

Slide 6 - Tekstslide

Nutriënten
Bouwstoffen
Brandstoffen
Anabolisme
Katabolisme
Nutriënten zijn voedingsstoffen die door m.o. worden gebruikt voor anabolisme (opbouw, bouwstoffen, kost energie) en katabolisme (afbraak van brandstoffen, levert energie op).

Slide 7 - Tekstslide

Macronutriënten: voedingsstoffen die de cel in grote hoeveelheden nodig heeft (koolstof, stikstof, fosfor, zwavel, kalium, magnesium, calcium, natrium en ijzer).

Micronutrienten: voedingstoffen die de cel in kleine hoeveelheden nodig heeft (bijvoorbeeld: kobalt, zink, molybdeen, koper, mangaan).

Slide 8 - Tekstslide

De groeifactoren temperatuur en zuurgraad zijn afhankelijk van de eigenschappen van de enzymen van het m.o.

De vorm van eiwitten is afhankelijk van de temperatuur en zuurgraad van de omgeving. Bij het verlies van de juiste vorm neemt de werking van deze eiwitten af (tot er geen activiteit meer mogelijk is).

Slide 9 - Tekstslide

Minimumtemperatuur: laagste temperatuur waarbij het m.o. nog kan groeien. Onder de minimum vindt er geen groei plaats (maar m.o. gaat niet dood).
Optimumtemperatuur: de temperatuur waarbij het m.o. het snelste groeit (ligt dichter bij de maximumtemperatuur dan de minimumtemperatuur).
Maximumtemperatuur: de hoogste temperatuur waarbij het m.o. nog kan groeien. Boven de maximumtemperatuur vindt er geen groei meer plaats (m.o. overleven dit niet).

Slide 10 - Tekstslide

Indeling van m.o. op basis van optimumtemperatuur.

Slide 11 - Tekstslide

Indeling van m.o. op basis van optimum pH.

Bij een pH groeicurve ligt het optimum op even grote afstand van het minumum als het maximum.

Slide 12 - Tekstslide

Zuurstofspanning
1. Strikt (obligaat) aeroob

2. Strikt (obligaat) anaeroob

3. Facultatief anaeroob

4. Micro-aerofiel
Kan alleen groeien in aanwezigheid van zuurstof.
1
Kan alleen groeien in afwezigheid van zuurstof.
2
Kan groeien in aan- en afwezigheid van zuurstof.
3
Groeit het liefst bij een verlaagde zuurstofspanning.
4

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Osmotisch milieu
De waterhuishouding van een m.o. hangt af van de osmotische waarde van de omgeving. 

Slide 15 - Tekstslide

Medium met hoge osmotische waarde onttrekt water aan het m.o. met celdood als resultaat.
Geen netto verplaatsing van water.
Medium met een lage osmotische waarde zorgt voor het opnemen van water door het m.o. De stevige celwand van een bacterie biedt weerstand tegen lyse.

Slide 16 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 17 - Open vraag

Wat is nog niet helemaal duidelijk?

Slide 18 - Open vraag