M&A Kennismaken met organisaties (uitgeversgroep)

Kennismaken met organisaties

Mens
en
Activiteiten
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Kennismaken met organisaties

Mens
en
Activiteiten

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen 
Aan het einde van deze week..
  • weet je het verschil tussen zorg en welzijn
  • je kan beroepen in de zorg en welzijn onderscheiden 
  • je kent verschillende doelgroepen en je kan voorbeeld hiervan geven. 

Slide 2 - Tekstslide

Beroepen binnen
zorg en welzijn

Slide 3 - Woordweb

Zorg
  • Verpleegkundige
  • Operatieassistent
  • Kraamverzorgende
  • Ambulancechauffeur
  • Doktersassistent
  • Laborant 
Welzijn 
  • Activiteitenbegeleider
  • Sportbegeleider
  • Groepsbegeleider
  • Schoonheidsspecialist 
  • Kapper 
  • Pedagogisch medewerker 
  • Politie
  • Veva

Slide 4 - Tekstslide

Doelgroepen
  • Kinderen
  • Jongeren 
  • Ouderen
  • Mensen met een beperking
Kenmerken
- Leeftijd
- Hobby's
- Beperking 

Slide 5 - Tekstslide

Organisaties 
  • Kinderopvang 
  1. Kinderdagverblijf: 0-4 jaar 
  2. Peuterspeelzaal: 2-4 jaar 
  3. Basisschool: 4 -12 jaar
  4. Buitenschoolse opvang (bso): 4-13 jaar 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

KDV biedt opvang
Noem (re)creatieve activiteiten voor kinderen van 2 jaar

Slide 8 - Open vraag

Voorlezen...
Waar let je op?

Slide 9 - Woordweb

PSZ heeft geen
opvangfunctie.
Wat dan wel?

Slide 10 - Woordweb

Noem redenen om gebruik te maken van een BSO

Slide 11 - Open vraag

Brede scholen  
Basisschool werkt samen met verschillende organisaties. Doel: ontwikkelkansen van kinderen vergroten door in te spelen op hun talenten. 
  • kinderopvang en peuterspeelzalen
  • Sport- en cultuur                                                 
  • welzijn-instellingen 

Slide 12 - Tekstslide

Buurthuis en jongerencentrum 
  • Buurthuis of wijkcentrum: activiteitencentrum van en voor bewoners in de buurt
  • Jongerencentrum: een instelling waar jongeren zich kunnen ontspannen en informatie krijgen over thema's of onderwerpen bij hun leefwereld 

Slide 13 - Tekstslide

Buurthuis of wijkcentrum
Opdracht: 
a. Zoek via internet een buurthuis of wijkcentrum bij jou in de
     buurt. Wat is de naam van dit buurthuis of wijkcentrum?
b. Noem 2 activiteiten die daar worden aangeboden voor
     ouderen.
c. Noem activiteiten die jaar aangeboden worden voor jongeren.
d. Aan welke activiteiten zou je zelf mee willen doen?

Slide 14 - Tekstslide

Les 2

Slide 15 - Tekstslide

Crisis opvangcentra
Opvang voor:
  • Vluchtelingen
  • Kinderen met verslaafde ouders
  • Asielzoekers
  • Dak- en thuislozen 
  • Vrouwen en kinderen (huisgeweld) 

Slide 16 - Tekstslide

Dagbesteding 
  • Activiteitencentra: mensen zonder baan 
  • Medisch kinderdagverblijf: kinderen met ernstig handicapt of ziekte
  • Centra voor dagbesteding: dagbesteding voor verschillende doelgroepen. (recreatieve activiteiten) 
  • Zorgboerderijen: mensendieck niet meer zelfstandig kunnen wonen. 

Slide 17 - Tekstslide

Verpleeghuis, verzorgingshuis en woon zorgcentrum

Slide 18 - Woordweb

Activiteit organiseren

Slide 19 - Woordweb

Activiteiten aanbieden aan een groep

 Homogene groepen: Zelfde kenmerken, bijvoorbeeld: zelfde leeftijd & zelfde geslacht

 Heterogene groepen: Verschillen zijn groter, bijvoorbeeld: Leeftijdsverschil, verschillende geslacht


Verticale groep: Niet iedereen is even oud. Bijvoorbeeld 0 t/m 4 in een groep



Horizontale groep: Iedereen is even oud. Bijvoorbeeld alleen baby's in de zelfde groep.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Grove motoriek 
Grote bewegingen

Bijvoorbeeld:
  • Lopen
  • Zwemmen
  • Fietsen
  • Rennen
  • Traplopen
Fijne Motoriek
Kleinere bewegingen die je met je handen en vingers maakt. 

Bijvoorbeeld:
  • Tekenen 
  • Schrijven

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Welke antwoord is fout?

Activiteiten zijn belangrijk...
A
omdat je andere mensen ontmoet
B
Er is eten erbij
C
om te ontspannen en om je zorgen te vergeten
D
om regelmaat in je dag te vinden

Slide 24 - Quizvraag

Voor welke leeftijd is de opvang bij het kinderdagverblijf

Slide 25 - Open vraag

Welke antwoord hoor bij BSO
A
BSO is voor opvang van zieke kinderen
B
BSO is voor opvang kinderen tussen 4 en 13 jaar
C
BSO vangt kinderen voor en na schooltijd op
D
BSO vangt kinderen op in de middagpauze

Slide 26 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen grove en fijne motoriek?

Slide 27 - Open vraag