Nederlands 1A maandag 13 mei 2024

Welkom bij Nederlands!
- ga rustig zitten
- leg je Nederlandse boek, schrift en etui klaar  

 
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 40 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands!
- ga rustig zitten
- leg je Nederlandse boek, schrift en etui klaar  

 

Slide 1 - Tekstslide

plattegrond!

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
 presentaties wie is er morgen aan de buurt?

- Taal, blz. 93



Slide 3 - Tekstslide

presentaties 14 mei
Rinze, Ronan, Wouter, Sem. Lisan (in bijles) 
timer
2:00

Slide 4 - Tekstslide

lesdoel
je leert regionale taalverschillen

Slide 5 - Tekstslide

terugblik
taal uit de buurt

wat wordt bedoeld met regionale taalverschillen?


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

terugblik
taal uit de buurt
- hoe moeilijk is het eigenlijk voor buitenlanders om Nederlandse woorden uit te spreken?

filmpje -> volgende slide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Link

controleren
Opdracht 2, blz. 93

Slide 11 - Tekstslide

huiswerk nakijken
Opdracht 2, blz. 93
1 Zeeland en Groningen liggen ver uit elkaar. De taal heeft zich daar in de loop der tijd anders ontwikkeld vanuit het Germaans.
2 We leren allemaal Standaardnederlands om elkaar in Nederland allemaal te kunnen (blijven) begrijpen.
3 Een streektaal is een taal die in een bepaald gebied wordt gesproken en die wordt gezien als een variant van een taal. Met een taal bedoelen we eigenlijk een standaardtaal.
4 Ja, als je bijvoorbeeld vanaf je geboorte Zeeuws leert spreken, dan is dat je moedertaal en niet het Standaardnederlands.
5 Hierover zullen de meningen verschillen. Sommigen zullen zeggen dat je dan niet tweetaling bent, omdat een streektaal te veel lijkt op de standaardtaal. Anderen zullen vinden dat hun streektaal erg afwijkt van de standaardtaal en zich als tweetalig beschouwen.
6 Het Fries is erkend als taal en zelfs een officiële rijkstaal in Nederland. Het Limburgs niet.
7
a boter, brood en groene kaas
b Eigen antwoord.
8 Duits (of bijvoorbeeld Zweeds, Noors of Deens)

Slide 12 - Tekstslide

opdracht 3, blz. 93
vragen lezen opdracht 3, blz. 93
daarna het fragment bekijken

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

opdracht 3, blz. 93
Maak vraag 1 t/m 4
deze bespreken we samen

Slide 15 - Tekstslide

nakijken
1 Fries, Twents, Limburgs
2 Fries
3
- Ze worden gepest.
- Ze voelen zich een buitentaander.
- Ze spreken volgens anderen niet goed Nederlands.
- Ze worden nagekeken door anderen.
- Ze worden uitgelachen.
4 Eigen antwoord.

Slide 16 - Tekstslide

jeugdjournaal
we kijken samen

tijdens het kijken, maak je aantekeningen!

daarna bespreken we samen

Slide 17 - Tekstslide

waar ging het nieuws over?
bespreken
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

vooruitblik
PRESENTEREN
Wie is er volgende week 
aan de beurt
Noteer in je agenda!

Slide 19 - Tekstslide

agenda presenteren:


donderdag 25 april
Senna, Berkay, Tibbe, Jaydon


Slide 20 - Tekstslide

Gegijzeld!
voorlezen

Slide 21 - Tekstslide

terugblik denken

Je boek is nog dicht!
welke vragen kun je gebruiken om de belangrijkste informatie uit een tekst te halen
Schrijf dit op
timer
1:00

Slide 22 - Tekstslide

terugblik delen
overleg dit met je buur en kies de beste antwoorden
timer
1:00

Slide 23 - Tekstslide

boggle! 
wie haalt de meeste punten??

Slide 24 - Tekstslide

het langste woord!
maak het langste woord!
let op: iedere letter maar 1x 
gebruiken!!
timer
3:00

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

antwoorden opdracht 1
4 Eigen antwoord, bijvoorbeeld:
Dankzij verzamelaars weten we hoe de vorige eeuw er uitzag.
5 a tijd van je overgrootmoeder: houten meubels – kolenkachel – trapharmonium
   b tijd van je oma: radio – stofzuiger – zwart-wittelevisie
   c tijd van je moeder: cassettebandje – fondue – kleurentelevisie
6 Eigen antwoorden, bijvoorbeeld:
- Playstation
- Een klok met wijzers
- Afstandsbedieningen (voor de tv, voor de lampen)
- Stopcontacten

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link

Slide 29 - Link

zelfstandig werken
Maak opdracht 2 t/m 4, blz. 214 en 215

Klaaropdracht: werkblad (bij docent)
timer
15:00

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Huiswerk bespreken

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Link

Slide 34 - Link

terugblik - denken
-noteer: welke tekstdoelen ken je (noem er minimaal 2!!)
                   wat wil de schrijver hiermee bereiken
                   en noem voorbeelden van de tekstsoort hierbij

let op! het boek blijft dicht 







timer
1:30

Slide 35 - Tekstslide

delen
- deel je antwoorden met je buur. Kies samen het beste antwoord. (kies één tekstdoel, wat wil de schrijver hiermee en één voorbeeld)






timer
1:30

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Link

Slide 38 - Link

Slide 39 - Link

Slide 40 - Link