3A 6.1 Organismen en hun omgeving les 2

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht - Zelfstandig stil

Maak de opdrachten voorkennis 
'Wat weet je al over ecologie?', op je chromebook. (zie boek mavo)





Boek blz. 68
  1. Loop rustig het lokaal binnen en praat zachtjes
  2. Ga zitten op je stoel
  3. Je jas hang je over je stoel
  4. Pak je chromebook, boek, schrift + pen

timer
8:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Ecologie

  • 6.1 Organismen en hun omgeving les 2
  • 6.2 Voedselrelaties / kringlopen
  • 6.3 samenleven
  • 6.4 Natuurbeheer
  • 6.5 Mens en milieu
  • 6.6 Duurzaamheid
  • 6.7 Energiestromen ecosysteem
  • 6.8 Voedselproductie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Leerdoelen
  • Uitleg basisstof 6.1 --> Organismen en hun omgeving deel 2 
  • Opdrachten piramiden
  • Opdrachten maken
  • Afsluiting 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt de invloeden op organismen indelen in biotische en abiotische factoren.
  • Je kunt de niveaus van ecologie beschrijven.
  • Je kunt in een ecosysteem voedselrelaties aangeven.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na het paren vouwt het vrouwtje van de girafkever het ei een blad. Wanneer de larve uit het ei komt, voedt deze zich met het blad. Daarna voeden ze zich met de wortels van dezelfde plant. De larven zijn een prooi voor vogels die de larven uit de grond pikken.
--> Maak een voedselketen aan de hand van deze beschrijving.

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Piramides
Organismen in een voedselketen vormen samen een ecologische piramide.
Twee soorten:
  • Piramide van aantallen
  • Piramide van biomassa

Biomassa is het totale gewicht van
alle energierijke stoffen (koolhydraten, eiwitten, vetten) in een organisme.  

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piramide van aantallen
Een piramide van aantallen geeft 
aan hoeveel individuen van een 
soort er in een voedselketen zijn.

Dit is niet altijd een piramide vorm!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piramide van aantallen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piramide van biomassa
Biomassa = totale hoeveelheid energierijke stoffen in een organisme.


Piramide van biomassa = biomassa per schakel van de voedselketen.

Altijd een piramidevorm!

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verlies van energie
Met iedere schakel in de voedselketen gaat er energie verloren:
1. Door verbranding van de energierijke stoffen
2. Door afval --> de onverteerbare stoffen, de afvalstoffen. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piramide van biomassa

Alleen BOUWSTOFFEN worden meegenomen naar de volgende schakel. 

Een piramide van biomassa heeft altijd de vorm van een piramide.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piramiden van dezelfde voedselketen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gif
  • Giftige stoffen zoals zware metalen (kwik, lood ect.) komen in plantencellen terecht. 
  • De plant kan ze niet gebruiken of kwijtraken --> worden doorgegeven in de voedselketen --> opeenhoping van giftige stoffen = accumulatie



Dieren: slaan gif op in vetweefsel

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Accumulatie: Ophoping

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
In een landschap staan ongeveer 10.000 plantjes. Ongeveer 200 rupsen eten van deze plantjes. Van de rupsen leven ongeveer 20 zangvogels. Deze zangvogels zijn weer het voedsel van 2 roofvogels.

Teken met deze gegevens een piramide van aantallen.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2 piramide van biomassa
In een gebied in de duinen leven 155.000 duindoornplanten. Deze planten hebben besjes. De gemiddelde biomassa van deze plant is 
0,4 kg. De besjes worden door 22.000 konijnen gegeten. Elk konijn heeft een gemiddelde biomassa van 1,2 kg. Deze konijnen worden door 4.000 hermerlijnen gegeten. De hermerlijnen hebben een gemiddelde biomassa van 0,8 kg. De hermerlijnen worden door 950 buizerds gegeten en deze hebben een gemiddelde biomassa van 3 kg.

Maak met deze gegevens een piramide van biomassa. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2 antwoord
  • 155.000 duindoornplanten, gemiddelde biomassa = 0,4 kg. 0,4 x 155.000 = 62000 kg
  • 22.000 konijnen, gemiddelde biomassa = 1,2 kg. 1,2 x 22000 = 26.400 Kg
  • 4.000 hermelijnen, gemiddelde biomassa = 0,8 kg. 0,8 x 4000 x = 3.200 Kg
  • 950 buizerds, gemiddelde biomassa = 3 kg. 3 x 950 = 2.850

Piramide van biomassa 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piramide van aantallen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piramiden van dezelfde voedselketen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk

Lezen 6.1
Maken opdracht 8 t/m 11






Slide 21 - Tekstslide

Klaar: puzzel laten maken