H4 Woordenschat - pleonasme en tautologie

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de planning?
15 minuten lezen
Uitleg woordenschat H5
Oefenen
Aan de slag

Slide 3 - Tekstslide

Woordenschat
Pleonasme en tautologie

Slide 4 - Tekstslide

Doel


Je weet wat pleonasme en tautologie is


Je kunt bovenstaande stijlfiguren in een zin herkennen

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg
Pleonasme en tautologie
Kijk maar eens naar het volgende korte filmpje

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Pleonasme

Met een pleonasme zeg je twee keer hetzelfde met verschillende woorden.

Deze woorden behoren niet tot dezelfde woordsoort.

Een pleonasme gebruik je om een eigenschap van iets te benadrukken (grijs beton, witte schimmel, groen gras etc.).


Bijvoorbeeld:

Vorige week heeft hij zijn werk weer hervat (weer weglaten)

Het groene gras staat er weer mooi bij. (dubbelop)


Slide 8 - Tekstslide

Tautologie

Met een tautologie zeg je twee keer hetzelfde met verschillende woorden. Deze woorden behoren tot dezelfde woordsoort.


Bijvoorbeeld:

Door de regen kon je de overkant haast bijna niet meer zien.

Natuurlijk controleren we vanzelfsprekend de antwoorden.

Slide 9 - Tekstslide

Even checken
Geef van de volgende zinnen aan of je een vorm van tautologie of pleonasme herkent

Slide 10 - Tekstslide

Vorige week heeft hij zijn werk weer hervat
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 11 - Quizvraag

Misschien dat ze er wellicht nog achter komen.
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 12 - Quizvraag

Het is een en al leugens en bedrog in die relatie van haar.
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 13 - Quizvraag

Er is een laag verse witte sneeuw gevallen.
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 14 - Quizvraag

De plakkerige kauwgom bleef aan mijn schoenzool kleven.
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

NU
H4 Woordenschat

Havo: 1, 2, 3, 3, 4, 4, 5, 8

Vwo: 1, 2, 3, 4, 4, 5, 6, 7, 7, 8, 10

Slide 17 - Tekstslide