Levensloop H6

Hoofstuk 6 Levensloop

De Oude dag
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofstuk 6 Levensloop

De Oude dag

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk doelen
• uitleggen dat de oudedagsvoorzieningen uit drie onderdelen bestaat: AOW, (bedrijfs)pensioen en eigen middelen.
• berekeningen uitvoeren met de hoogte van de AOW-uitkering.
• het verschil uitleggen tussen de begrippen waardevast en welvaartsvast en er berekeningen mee uitvoeren.
• het verschil uitleggen tussen een kapitaaldekkingsstelsel en een omslagstelsel.
• dilemma’s beschrijven bij de keuze tussen pensioenvoorzieningen op basis van het omslagstelsel en het kapitaaldekkingsstelsel.
• kunnen uitleggen dat er bij het opbouwen van een (bedrijfs)pensioen sprake is van ruilen over de tijd.

Slide 2 - Tekstslide

De oudedagsvoorziening
Als je ouder wordt, ga je met pensioen en stop je met werken.

Je inkomen gaat dan fors achteruit.

Toch houd je een bepaald inkomen?!

Slide 3 - Tekstslide

3 Pijlers pensioen
Pijler 3: Zelf gespaard

Pijler 2: Bedrijfspensioen =Collectief bedrijfspensioen

Pijler 1: AOW uitkering

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de AOW?
A
Uitkering die je krijgt als je werkloos bent
B
Uitkering die je krijgt als je oud bent en mag stoppen met werken
C
Uitkering die je krijgt als je niet genoeg loon krijgt
D
Uitkering die je krijgt als je ziek bent en daarom niet kan werken

Slide 5 - Quizvraag

De AOW
  • De AOW is geregeld in de Algemene ouderdomswet (AOW).
  • De AOW is gebaseerd op het omslagstelsel.
  • Een omslagstelsel is gevoelig voor veranderingen in de      bevolkingsopbouw.

Slide 6 - Tekstslide

Vergrijzing
De vergrijzing vormt een gevaar voor de sociale zekerheid

Slide 7 - Tekstslide

Wat is GEEN gevolg van de vergrijzing?
A
Aantal ouderen in de bevolking neemt toe
B
De gemiddelde leeftijd stijgt
C
Het aantal werkenden (actieven) neemt toe
D
Meer mensen hebben een AOW-uitkering

Slide 8 - Quizvraag

Waardevast of welvaartsvast
Een uitkering is waardevast of welvaartsvast. 

Waardevast --> Uitkeringen die aangepast worden aan de inflatie

Welvaartsvast --> Uitkeringen die de loonontwikkeling volgen 

Slide 9 - Tekstslide

Pensioen
  • kapitaaldekkingsstelsel: De uitkeringen worden gedaan van een kapitaal dat in de loop van de tijd is opgebouwd.
  • verplicht voor bijna alle werknemers
  • opgebouwd bij pensioenfonds 
  • pensioen is afhankelijk van economische situatie

Slide 10 - Tekstslide

Pensioen via het kapitaaldekkingsstelsel
Vandaag
Toekomst

Slide 11 - Tekstslide

Wanneer is het pensioen welvaartsvast?
A
Als de pensioenuitkering mee stijgt met de prijzen.
B
Als de pensioen uitkering mee stijgt met de hoogte van de (cao) lonen.
C
Als de pensioenuitkering mee stijgt met de prijzen en de hoogte van de lonen.

Slide 12 - Quizvraag

Maken
6.3, 6.5, 6.7

Slide 13 - Tekstslide

Simo heeft een volledig waardevaste AOW uitkering. Bij inflatie ... de koopkracht van zijn pensioenuitkering.
A
Stijgt
B
daalt
C
blijft gelijk

Slide 14 - Quizvraag

AOW is gebaseerd op het kapitaaldekkingsstelsel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Dekkingsgraad
De dekkingsgraad geeft aan of de pensioenfonds in staat is aan de toekomstige uitkeringsverplichtingen te voldoen. 

waarde huidig kapitaal / toekomstige verplichtingen x 100%.

Slide 16 - Tekstslide

Aanvullend pensioen:
  • Mensen sparen zelf geld voor later. Dit is dus een kapitaaldekkingsstelsel: pensioenstelsel waarbij de pensioenuitkeringen gefinancierd worden door opgebouwd kapitaal.   

Slide 17 - Tekstslide

Bij het omslagstelsel ...
A
betaalt iedereen voor zichzelf
B
zijn uitkeringen waardevast
C
zijn uitkeringen welvaartsvast
D
is er sprake van verplichte solidariteit

Slide 18 - Quizvraag

AOW-uitkeringen worden betaald met gebruik van het omslagstelsel
A
Onjuist; dan zou je zelf voor je AOW betalen
B
Juist; de AOW'ers hebben zelf de premies betaald
C
Juist; de werkenden betalen de premies voor de huidige AOW'ers
D
Onjuist; AOW is gebaseerd op het kapitaaldekkingsstelsel

Slide 19 - Quizvraag

Welvaartvaste uitkeringen groeien mee met:
A
De rente
B
De nominale lonen
C
De inflatie
D
De Cao lonen

Slide 20 - Quizvraag

Pensioen is gebaseerd om het omslagstelsel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Stelling 1: Bij een kapitaaldekkingsstelsel is sprake van ruilen over de tijd
Stelling 2: Bij omslagstelsel is er geen sprake van ruilen over de tijd
A
Stelling 1: Juist Stelling 2: Juist
B
Stelling 1: onjuist Stelling 2: Juist
C
Stelling 1: Juist Stelling 2: onjuist
D
Stelling 1: onjuist Stelling 2: onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Ruilen over tijd

Slide 23 - Tekstslide

Ruilen over tijd
Ruilen over tijd: het uitstellen of vervroegen van je consumptie. 

Sparen: Je stelt je consumptie uit. 
Lenen: Je vervroegt je consumptie. 

De prijs voor ruilen over tijd is de rente

Slide 24 - Tekstslide

Maken
6.8, 6.9. 6.11 en zelftest!

Slide 25 - Tekstslide