B&F, begrijpend lezen, Grip blok 4 les 2

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 5

Begrijpend lezen

Grip op Lezen 

Blok 4 les 2

Mevrouw Roomsoes is in een winkel. In wat voor winkel?

Wat koopt mevrouw Roomsoes?

1. krentenbollen
2. gebakjes
3. gevulde koeken
4. brood

Wanneer wil ze de koeken op gaan eten?
________ bij de koffie (kijk even terug in de tekst)

Mevrouw Roomsoes wil eigenlijk één gevulde koek. Hoe komt het dat ze er toch meer koopt?

Voor wie is het briefje geschreven?

Wie heeft het briefje geschreven?

waar

niet waar

Bas moet 4 kilo aardappels halen.

Het geld ligt in het laatje.

De moeder van Bas is om 5 uur thuis.

Bij Bas eten ze die avond pizza. 

Waar moet Bas de aardappels halen?

1. bij de groenteboer
2. bij de supermarkt
3. bij de slager
4. op de markt

Op welke dag moet Bas aardappels halen? (tip: kijk naar de titel)

Waar is de mevrouw uit tekst 3?

1. bij de slager
2. bij de groenteboer
3. bij de bakker
4. bij de supermarkt

Wat is de naam van de groente?

1. pastinaak
2. pastiwat
3. pastiraak

Wanneer verkoopt de groenteboer die groente?

1. in de zomer
2. in de winter
3. in de herfst

tijd

plaats

in de winter

bij de groenteboer

vroeger

in Nederland

Wat is de aanbieding op het bord?

1. drie kilo voor de prijs van één
2. twee kilo voor de prijs van één
3. één kilo voor de prijs van twee

De pastinaken zijn in de aanbieding. Wanneer is de aanbieding geldig?

1. de hele week
2. morgen
3. vandaag
4. altijd

Dit was het einde van de les