kern

De 18 en 19e eeuw
                                                               Verlichting, romantiek en het (sociaal) realisme

                                                                                        
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

De 18 en 19e eeuw
                                                               Verlichting, romantiek en het (sociaal) realisme

                                                                                        

Slide 1 - Tekstslide

De drie culturele stromingen van de 19e eeuw zijn Verlichting, Romantiek en realisme
A
waar
B
niet waar

Slide 2 - Quizvraag

Niet waar!
De Verlichting hoort bij de 18e eeuw....

Slide 3 - Tekstslide

De industriële revolutie begon in Engeland en Nederland in het laatste kwart van de 18e eeuw (1775 - 1800)
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Niet waar!
In Engeland wel, maar in Nederland volgde de industriele revolutie pas veel later...

Slide 5 - Tekstslide

Het opvoeden van kinderen was een speerpunt in de Verlichting
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

cogito ergo sum is de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Niet waar, de term hoort bij Descartes, een Franse verlichte filosoof. Willem Kloos en de tachtigers schreven pas over de allerindividueelste emotie...

Slide 8 - Tekstslide

' Sehnsucht' is het romantische verlangen naar het onbereikbare geluk
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

'Escapisme' betekent het willen ontsnappen aan de wereld zoals die hier en nu is
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Rationalisme en originaliteit zijn min of meer tegengestelde begrippen.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Niet waar, je kunt best rationeel 
en origineel tegelijk zijn!

Originaliteit is eerder in tegenspraak
met het classicisme (imitatio)

Slide 12 - Tekstslide

Tijdens de verlichting ontstaan tijdschriften ter verspreiding van kennis en debat
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Het reisverhaal is typerend voor de verlichting
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

De uitdrukking 'Museum Nederland' is typerend voor het modernisme
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

De roman ontstond in de tijd van de Romantiek.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Niet waar! Jullie waren Saartje toch niet al vergeten?

Slide 17 - Tekstslide

Het realisme als stroming bestond al vóór de 19e eeuw
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Niet waar, 
alleen als kenmerk van kunst
(bijv. een portret)

Slide 19 - Tekstslide

Ik ben een God in 't diepst van mijn gedachten... dit citaat is van:
A
Gorter
B
Kloos
C
De Gids
D
Van Deyssel

Slide 20 - Quizvraag

Sonnet
Het is de eerste regel van een beroemd sonnet. 
Het voorbeeld van het nieuwe geluid in de literatuur na 1880. 

Slide 21 - Tekstslide

De uitdrukking l'art pour l'art is typerend voor het sociaal realisme
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Nee...
Dit hoort bij de Tachtigers. Literatuur is niet langer om iets te leren, maar staat op zichzelf. In het sociaal realisme wordt juist wel iets aan de kaak gesteld: het onrecht, bijvoorbeeld de wantoestanden in de fabrieken. 

Slide 23 - Tekstslide

In het naturalisme staan determinisme en fatalisme centraal
A
waar
B
onwaar

Slide 24 - Quizvraag

Dat klopt
Het plot van een naturalistische roman is meestal een ontgoocheling... het noodlot is onvermijdelijk, je leven wordt bepaald door je afkomst en je genen. 

Slide 25 - Tekstslide

Het onzegbare zeggen. Dit past bij de literaire stroming van het sociaal realisme
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Nee...
Dit hoort bij het symbolisme, de poëzie die rond 1900 populair werd.  

Slide 27 - Tekstslide

Het verhaal van Saidjah en Adinda is waargebeurd
A
waar
B
niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Het is niet waar gebeurd maar...
... Het is wel een voorbeeld van wat er zoal kon gebeuren. Het verhaal is verzonnen maar bevat feiten van schrijnende situaties zoals Max Havelaar ze aantrof in Indië. 

Slide 29 - Tekstslide