Herhaling hoofdstuk 3 2H

Welkom
      Deze les is bedoeld om je kennis van hoofdstuk 3 te testen.         Ik heb voor elke paragraaf een aantal vragen gemaakt
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom
      Deze les is bedoeld om je kennis van hoofdstuk 3 te testen.         Ik heb voor elke paragraaf een aantal vragen gemaakt

Slide 1 - Tekstslide

3.1 Machthebbers in Europa

Koning Lodewijk XIV breidde het Franse gebied uit en vergrootte zijn macht.
De Engelse koning werd minder machtig
De Republiek had geen koning maar regenten en een stadhouder

Slide 2 - Tekstslide

Frankrijk in de 16de eeuw had godsdienstoorlogen tussen katholieken en ...
A
Moslims
B
Atheisten
C
andere katholieken
D
Hugenoten

Slide 3 - Quizvraag

Absolutisme is een regeringssysteem waarin...
A
De koning absoluut niet mee mag beslissen
B
De koning en de ministers onbeperkte macht hebben
C
De koning onbeperkte macht heeft
D
De ministers onbeperkte macht hebben

Slide 4 - Quizvraag

Engelse koningen wilden ook absolute macht, maar werden tegengewerkt door...
A
Het parlement
B
de Franse koning
C
Het Engelse volk
D
De katholieken

Slide 5 - Quizvraag

Welke uitspraak is juist?
A
De Republiek bestond uit 8 staatjes
B
De stadhouder besliste over de buitenlandse politiek
C
De stadhouder was de hoogste regent
D
De gewesten werkten samen in de Staten-Generaal

Slide 6 - Quizvraag

3.2 Nederland en Europa
De economie bloeide in de Republiek
De Steden groeiden
Er werd veel onderlinge oorlog gevoerd

Slide 7 - Tekstslide

Tijdens de Gouden Eeuw was Nederland het centrum van...
A
De Gouden Eeuw
B
Het internationale handelskapitalisme
C
De beurs
D
De stapelplaatsen

Slide 8 - Quizvraag

Hugo de Groot schreef veel over oorlog en vrede, volgens hem...
A
was de Noordzee van Nederland
B
mag een land alleen oorlog voeren met een goede reden
C
Moesten regels niet worden opgeschreven

Slide 9 - Quizvraag

In 1672, het rampjaar, werd Nederland aangevallen door...
A
Frankrijk en Engeland
B
Frankrijk en Keulen
C
Engeland en Münster
D
Frankrijk, Engeland, Keulen en Münster

Slide 10 - Quizvraag

Hoe noemen we de mogelijkheid voor betaald werk?

Slide 11 - Open vraag

3.3 Europa en de wereld
De handel groeide tussen alle werelddelen; er ontstond een wereldeconomie
Europeanen begonnen hun macht te gebruiken in...
  • Azië
  • Oost-Afrika
  • Amerika
  • West-Afrika

Slide 12 - Tekstslide

Wat zien we hier?
A
De handtekening van Jan Pieterszoon Coen
B
De stempel van Lodewijk XIV
C
Het logo van de VOC
D
Een geheim teken van de regenten

Slide 13 - Quizvraag

Door de wereldeconomie...
A
Werden alle landen rijker
B
Begonnen er veel oorlogen
C
Werden nieuwe producten populair
D
Groeide de kennis over de wereld

Slide 14 - Quizvraag

De VOC was een enorm bedrijf. Het was de grootste ... in de Republiek, met duizenden ...

Slide 15 - Open vraag

Welke Europese landen stichtten als eerste kolonies?
A
Frankrijk en Duitsland
B
De Republiek en Frankrijk
C
Portugal en Spanje
D
Engeland en Spanje

Slide 16 - Quizvraag

3.4 De stedelijke cultuur in Nederland

De rijkdom leidde tot een bloeiende cultuur
Door de vrijheid kwamen er veel migranten naar Nederland

Slide 17 - Tekstslide

Wat was kenmerkend voor Nederland in de Gouden Eeuw?
A
Calvinisme
B
Katholicisme
C
Rijke burgers met veel geld
D
Een vorst en rijke adel

Slide 18 - Quizvraag

Nederland in de 17de eeuw had ..., je mocht geloven wat je wilde maar het niet altijd laten merken

Slide 19 - Open vraag

Veiligheid, werkgelegenheid en gewetensvrijheid zijn...
A
Pullfactoren
B
Immigranten
C
Emigranten
D
Pushfactoren

Slide 20 - Quizvraag

Wetenschap en techniek
In de 17de eeuw gingen wetenschappers anders te werk.
De wetenschap werd praktisch toegepast, met directe gevolgen; ook voor de gewone bevolking.

Slide 21 - Tekstslide

Een verandering in de manier van denken in de 17de eeuw noemen we de ... Revolutie

Slide 22 - Open vraag

De nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen waren nuttig voor...
A
de politiek
B
Het leger
C
De scheepvaart
D
de boeren

Slide 23 - Quizvraag

Tot zover Hoofdstuk 3
Heb je nog vragen?
Maak eventueel ´test jezelf´ of ´herhaling´ in het werkboek.

Slide 24 - Tekstslide