Bipolaire stoornissen en depressie

Bipolaire stoornissen en depressie
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
zorg en welzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

Bipolaire stoornissen en depressie

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

wat is een bipolaire stoornis?
Mensen met een bipolaire stoornis ervaren stemmingswisselingen tussen uitbundige manie en zware depressie. De stemmingen houden lang aan en passen niet bij de situatie waarin de persoon zich bevindt. Vroeger werd de stoornis ook wel een manische depressie genoemd.

Tussen de periodes van manie en depressie in keren patiënten vaak weer terug naar een normale stemming. Een deel van de patiënten heeft echter voortdurend last van de symptomen, vooral symptomen van een depressie. Zelfdoding komt vaak voor bij mensen die lijden aan een bipolaire stoornis.
bron: herseninstituut

Slide 3 - Tekstslide

Een psychiatrische stoornis in de DSM:

Abnormaal verschijnsel of afwijkend gedrag van wat men binnen de cultuur normaal vindt​.


Verschijnsel geeft ongemak, lijden of andere problemen voor cliënt e/o/ omgeving​.


Verschijnsel komt overeen met verschijnselen die bij anderen voorkomen, die aan een beschreven ziektebeeld lijden (DSM)

Slide 4 - Tekstslide

Wie heeft er een cliënt met een bipolaire stoornis?

Slide 5 - Open vraag

Oorzaak van bipolaire stoornis
Ingrijpende negatieve of positieve levensgebeurtenissen hebben vooral invloed op het begin van de bipolaire stoornis. Toch valt er over oorzaken van de bipolaire stoornis nog weinig te zeggen. Mensen kunnen wel extra risico’s lopen. Deze hebben te maken met geslacht en leeftijd, individuele kwetsbaarheid en levensgebeurtenissen.


Slide 6 - Tekstslide

Oorzaken 
Geslacht en leeftijd?
De bipolaire stoornis komt even vaak voor bij mannen als bij vrouwen. Mannen zijn gemiddeld 25 jaar en vrouwen 27 jaar als ze een eerste manisch-depressieve periode doormaken (1e tekenen vaak tussen 15 en 30 jaar). Bepaalde typen bipolaire stoornis komen iets vaker voor bij vrouwen.
Van alle volwassenen in Nederland tot 65 jaar heeft 1-2% ooit in zijn leven te maken gehad met verschijnselen van een bipolaire stoornis. 0,5-1% heeft de stoornis in het afgelopen jaar daadwerkelijk gehad

Slide 7 - Tekstslide

Oorzaken
Individuele kwetsbaarheid
Erfelijkheid speelt zeker een rol, al is het nog niet bekend hoe de kwetsbaarheid voor een bipolaire stoornis wordt doorgegeven. In bepaalde families komt de stoornis vaker voor. De bipolaire stoornis komt vaker voor wanneer een van de ouders het heeft.
Wanneer een eeneiige tweelingbroer of -zus het heeft, dan heeft de ander 50 tot 70% kans op deze stoornis.
Het is niet bekend of drugs, medicijnen en lichamelijke ziektes een rol hebben bij het ontstaan van een bipolaire stoornis. Wel is inmiddels duidelijk dat alcohol- en drugsgebruik verschijnselen uitlokken of die kunnen versterken. Het gebruik van hasj en wiet geeft vijf keer zoveel kans op het ontstaan van een manisch-depressieve periode.

Slide 8 - Tekstslide

Oorzaken
Omgeving
Sociale isolatie, relatieproblemen, 
sociale stress, slechtere woonomstandigheden, minder sociale cohesie, verhoogde vervuiling.
Er is geen verband met opleiding of sociale klasse

Slide 9 - Tekstslide

Oorzaken
Levensgebeurtenissen
Traumatische jeugdervaringen (waaronder mishandeling en verwaarlozing, seksueel misbruik) maken de kans groter.
Mensen met een bipolaire stoornis maken niet meer stressvolle levensgebeurtenissen mee dan anderen.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Casus
Sander is een 32-jarige man met een licht verstandelijke beperking (LVB). Hij woont in een woonvoorziening voor mensen met een beperking en krijgt daar 24-uurs begeleiding. Bij Sander is enkele jaren geleden een bipolaire stoornis vastgesteld.

 
In de afgelopen maanden merkten de begeleiders dat zijn stemming erg wisselt. Tijdens een manische fase is hij druk, praat hij snel en neemt hij soms risico’s, zoals plotseling grote aankopen doen via internet of ’s nachts de woonvoorziening verlaten. Hij heeft dan weinig behoefte aan slaap en vindt dat hij geen begeleiding nodig heeft.

In een depressieve periode trekt Sander zich juist terug, slaapt hij veel en zegt hij vaak dat het allemaal geen zin meer heeft. Hij negeert afspraken en kan prikkelbaar reageren als iemand hem vraagt mee te doen aan een activiteit.
De begeleiding zoekt naar manieren om hem beter te ondersteunen in beide fasen. Ook merken ze dat medebewoners soms last hebben van zijn drukke gedrag, maar tegelijkertijd bezorgd zijn wanneer hij somber is.

Slide 29 - Tekstslide

1. Welke signalen van een naderende manische of depressieve episode zouden begeleiders vroegtijdig kunnen oppikken bij Sander?
2. Ondersteuning: Hoe kun je als begeleider aansluiten bij zijn behoeften tijdens een manische fase, en wat juist in een depressieve fase?

3. Welke rol spelen de medebewoners en hoe kan de begeleiding hun draagkracht vergroten of beschermen?

4.  Hoe kan Sander, ondanks zijn bipolaire stoornis en LVB, betrokken worden bij zijn eigen behandel- en begeleidingsplan?

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Hoe kun je een bipolaire stoornis behandelen?
Medicatie
Medicatie bij een bipolaire stoornis zorgt ervoor dat stabiele periodes langer stabiel blijven. Je hebt minder last van diepe dalen en extreme pieken. 
Psychotherapie
In gesprek met een psycholoog of psychotherapeut op zoek  gaan naar de oorzaak of aanleiding van de bipolaire stoornis. Daarnaast leren anders naar het leven kijken en nieuwe manieren om met de aandoening om te gaan. Dit wordt gedaan door middel van cognitieve gedragstherapie (CGT) of interpersoonlijke sociaal ritme therapie (IPSRT). Soms zal de behandelaar groepstherapie adviseren.
Psycho-educatie
Is er een bipolaire stoornis? belang van het goed snappen wat deze stemmingsstoornis inhoudt. Dit wordt psycho-educatie genoemd.
Zelfmanagement
Een bipolaire stoornis kan grote lichamelijke en psychosociale gevolgen hebben. Daarom is het belangrijk dat om er stap voor stap mee om te leren gaan.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Opname

Wanneer een manische of depressieve periode zeer ernstig is, kan opname nodig zijn. Je vormt op dat moment een gevaar voor jezelf en voor anderen. Er is bijvoorbeeld sprake van lichamelijke uitputting, extreme zelfverwaarlozing, ernstige financiële problemen, reputatieschade of suïcidale neigingen.

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

herken je de signalen bij een client?

Slide 39 - Woordweb

Slide 40 - Tekstslide

Wat is een depressie?
Depressie is een stemmingsstoornis. 

Een depressie houdt in dat men somber is, nergens meer plezier aan kan beleven en weinig energie heeft om dingen te doen.

Slide 41 - Tekstslide

heb je ervaring met depressie binnen je werk?

Slide 42 - Woordweb

Verschillende soorten depressie
 * Manische depressie 

* Postnatale depressie 

* psychotische depressie

* Seizoensgebonden depressie

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Video

Vroege signalen van een depressie
1. Niet lekker in je vel zitten (neersdlachtig, somber, negatieve gedachten)
2. Verminderde intersesse, minder genieten van dingen, neiging tot terugtrekken.
3. Hoofdpijn, buikpijn, slaapproblemen, veranderde eetlust.
4. Rusteloosheid, gejaagdheid, prikkelbaarder
5. Concentratieproblemen, vertraagd denken

Slide 45 - Tekstslide

Feiten 
  • Een depressie komt bij vrouwen twee maal vaker voor dan bij mannen
  • Komt het meeste voor tussen de 25 en 45 jaar
  • Ouderen hebben een vergrote kans op een depressie
  • Een depressie bij een oudere wordt vaak niet herkent

Slide 46 - Tekstslide

Depressie komt vaker voor bij vrouwen door een combinatie van biologische factoren, zoals hormonale schommelingen tijdens zwangerschap en menstruatie, en sociale factoren, waaronder grotere blootstelling aan stress door genderongelijkheid, het dragen van zorgtaken en het vaker malen over negatieve gedachten. Daarnaast kunnen verschillen in copingstijlen en de minder gebruikelijkheid van mannen om hulp te zoeken, bijdragen aan de waargenomen verschillen in depressiecijfers. 

Slide 47 - Tekstslide

Genderongelijkheid is de ongelijke sociale en economische positie van individuen, meestal vrouwen, ten opzichte van mannen, voortkomend uit maatschappelijke normen en stereotypen.

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Wat neem je mee naar de praktijk?
Tips en Tops voor deze les en docent?

Slide 50 - Woordweb