KT2 woordenschat, figuurlijk taalgebruik

Woordenschat - figuurlijk taalgebruik




Figuurlijk taalgebruik
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Woordenschat - figuurlijk taalgebruik




Figuurlijk taalgebruik

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
- ik kan/weet figuurlijk taalgebruik herkennen en begrijpen

- ik kan/weet de betekenis van onbekende uitdrukkingen opzoeken in een woordenboek

- ik kan/weet de betekenissen van alle woorden en uitdrukkingen uit deze paragraaf

Slide 2 - Tekstslide

Wat is figuurlijk taalgebruik?

In teksten kom je vaak woorden of uitdrukkingen 
met een figuurlijke betekenis tegen. Er wordt 
dan iets anders bedoeld dan er eigenlijk staat.

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeelden
Er staat (figuurlijk)                                  Bedoeld wordt (letterlijk)
Hij woont in het hart van de stad.             Hij woont in het centrum /  
                                                                 het midden van de stad.

We sliepen onder de blote hemel.            We sliepen buiten.

De radijsjes schoten de grond uit.            De radijsjes groeiden heel snel.

Slide 4 - Tekstslide

Bij twijfel
Dan gebruik je een woordenboek.
  • Zoek op het eerste zelfstandige naamwoord uit de uitdrukking.
  • Niet gevonden? Zoek dan op een ander belangrijk (zelfstandig) woord.

Slide 5 - Tekstslide

Quizz

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent deze uitdrukking?
A
Naast de kippen zitten.
B
Niets te doen hebben.
C
Vroeg naar bed gaan.
D
Lui zijn.

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent deze uitdrukking?
A
rennen als een malle
B
brandweer spelen
C
nieuws snel verspreiden
D
iets warms achterna zitten

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent deze uitdrukking?
A
zere voeten hebben
B
iets kapot maken
C
eieren vies vinden
D
zeer voorzichtig handelen

Slide 9 - Quizvraag

Theorie

In teksten kom je vaak woorden of uitdrukkingen met een figuurlijke betekenis tegen. Er wordt dan iets anders bedoeld dan er eigenlijk staat.
Maken




Leerdoel
- ik kan/weet figuurlijk 
  taalgebruik herkennen en begrijpen
- ik kan/weet de betekenis
 van onbekende uitdrukkingen opzoeken in     een woordenboek
- ik kan/weet de betekenissen van alle  
  woorden en uitdrukkingen uit deze 
  paragraaf

Slide 10 - Tekstslide