Feit, mening of gevoel

     Kijk- en luistervaardigheid
Ik ken het verschil tussen mening, feit en gevoel. 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

     Kijk- en luistervaardigheid
Ik ken het verschil tussen mening, feit en gevoel. 

Slide 1 - Tekstslide

Wat leer je?
Je kunt 
een feit, gevoel
en een mening 
herkennen.

Slide 2 - Tekstslide

Feit
  • het is de waarheid
  • het is echt gebeurd
  • je kunt het bewijzen door het op te zoeken of te meten

Slide 3 - Tekstslide

Mening
  • wat iemand vindt
  • iedereen kan een andere mening hebben
  • kan je niet bewijzen of meten

Slide 4 - Tekstslide

Gevoel
  • wat iemand voelt
  • het is voor iedereen anders
  • je kan een gevoel niet bewijzen of meten

Slide 5 - Tekstslide

Wat klopt over een mening?
A
Dit is echt gebeurd.
B
Piet kan een ander antwoord geven dan Jan
C
Het antwoord is voor Jan precies hetzelfde als voor Piet.
D
Een mening is nooit waar.

Slide 6 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Hij praat heel snel.
A
mening
B
feit
C
gevoel

Slide 7 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Jan werkt erg hard.
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 8 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Vandaag is het donderdag.
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 9 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Ik voel mij niet lekker.
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 10 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

"Het is hier ijskoud!"
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 11 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Ik heb gewoon kippenvel!
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 12 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

3 x 3 = 9
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 13 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Ik zit niet lekker in mijn vel.
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 14 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Omdat hij vreemde ideeën heeft.
A
Gevoel
B
Mening
C
feit

Slide 15 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Omdat hij goede standpunten heeft.
A
Feit
B
Mening
C
Gevoel

Slide 16 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Sigaretten bevatten nicotine en teer.
A
Feit
B
Mening
C
Gevoel

Slide 17 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Ik ben boos op mijn broertje.
A
Feit
B
Mening
C
Gevoel

Slide 18 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Morgen moet ik naar de tandarts.
A
Feit
B
Mening
C
Gevoel

Slide 19 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Nederlands is het leukste vak op school.
A
Feit
B
Mening
C
Gevoel

Slide 20 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Ik ben verliefd.
A
Feit
B
Mening
C
Gevoel

Slide 21 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Op mijn school wordt goed lesgegeven.
A
feit
B
mening
C
Gevoel

Slide 22 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Ik vind het hier lekker warm.
A
feit
B
mening
C
Gevoel

Slide 23 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Ik heb een hekel aan vroeg opstaan.
A
feit
B
mening
C
Gevoel

Slide 24 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Amsterdam is de hoofdstad van Nederland.
A
feit
B
mening
C
gevoel

Slide 25 - Quizvraag

Feit, gevoel of mening?

Als je te laat bent, dan moet je je melden.
A
Feit
B
Mening
C
Gevoel

Slide 26 - Quizvraag